Direct naar artikelinhoud
Wonen

Afschaffing woonbonus doet vastgoedprijzen nog niet dalen

Afschaffing woonbonus doet vastgoedprijzen nog niet dalen
Beeld Wouter Van Vooren

De afschaffing van de woonbonus doet de woningprijzen voorlopig niet dalen. Tijdens het eerste kwartaal van 2020 steeg de gemiddelde prijs van zowel huizen als appartementen in Vlaanderen, zo blijkt uit een vastgoedbarometer van notarisfederatie Fednot.

en

Met de woonbonus kunnen mensen die een hypothecaire lening hebben afgesloten voor hun eerste woning, gedurende de looptijd van de lening genieten van een belastingvermindering. De Vlaamse regering besliste echter om het fiscale voordeel vanaf dit jaar af te schaffen voor nieuwe kredieten.

Volgens de regering ging het niet om een simpele besparingsmaatregel, maar was het doel om de vastgoedprijzen te doen zakken. Daarnaast verlaagde ze in ruil de registratierechten op de aankoop van een woning van 7 naar 6 procent.

De aankondiging leidde eind vorig jaar tot een rush op vastgoed. Daardoor daalde het aantal vastgoedtransacties begin dit jaar. Tussen 1 januari en 29 maart ging het om een daling met 10 procent in Vlaanderen, al spelen daar voor een groot deel ook de coronamaatregelen. In de periode van 1 januari tot 17 maart ging het om een daling van 3,3 procent. “Die daling met 3,3 procent leek eerder een logische correctie van de markt”, zegt notaris Bart van Opstal.

Grootste prijsstijging in tien jaar

Maar de prijzen volgen die dalende trend voorlopig niet. Tijdens de eerste drie maanden bedroeg de gemiddelde prijs van een huis in Vlaanderen 291.358 euro. Dat is 1,4 procent meer dan het jaargemiddelde van 2019. In de periode 2015-2020 steeg de gemiddelde prijs van een woonhuis zo al met 13,2 procent. Appartementen wisselden tijdens het eerste kwartaal dan weer voor gemiddeld 245.355 euro van eigenaar, 5,5 procent meer dan het gemiddelde van vorig jaar. “Het ging om de grootste prijsstijging van de laatste tien jaar”, luidt het.

Wat appartementen betreft, deed de stijging zich voor in alle provincies. De grootste prijsstijging werd opgetekend in Antwerpen: +7,4 procent tot een gemiddelde prijs van 231.224 euro. Oost-Vlaanderen kende dan weer de kleinste groei: +1,2 procent tot 237.835 euro.

Bij de huizen zijn er wel verschillen. In Antwerpen (tot 315.237 euro, +3,6 procent), Limburg (247.007 euro, +2,3 procent) en Vlaams-Brabant (334.893 euro, +1 procent) stegen de prijzen, in Oost- en West-Vlaanderen daalden de gemiddelde prijzen dan weer zeer licht met 0,3 procent en 0,6 procent.