Direct naar artikelinhoud
Vier vragen aanRomain Cools van Belgapom

Ramp dreigt voor Belgische friet: ‘Elke nieuwe friet wordt er een waar je geen weg mee kunt’

Een aardappelboer in een loods gevuld met aardappelen.Beeld ANP

De Belgische friet zit door de coronacrisis in de puree. Romain Cools, secretaris van sectorfederatie Belgapom, ziet de markt stilvallen nu ook de zomerfestivals in het gedrang komen. ‘En de diepvriezers geraken nu bijna vol.’

De aardappelketen staat onder druk, klinkt het in uw sector. Wat is het probleem precies?

Romain Cools: “De laatste 25 jaar hebben we van de aardappel het vlaggenschip van onze akkerbouw gemaakt, waar dat voordien eerder de granen en suikerbieten waren. De verwerking van aardappelen – vooral tot diepvriesfrieten maar ook chips of verse producten – is in die periode vertienvoudigd. Er heeft zich dus een heel sterk netwerk rond die aardappelproducten gevestigd, met in ons land vooral familiebedrijven. Die zien de markt nu helemaal kelderen.

“Er zijn de restaurants en de horeca die dicht zijn gegaan, net als de grootkeukens in scholen en bedrijven. Frituren kunnen dan wel leveren, maar een premie is voor de meesten aantrekkelijker dan openblijven. In de rij gaan staan in de frituur, blijkt toch voor een stukje emotioneel. Dat grote evenementen in de zomer, zoals festivals, nu overal in het gedrang komen, zal  extra pijn doen. Het enige wat overeind blijft, is de retail, aardappelen blijven gelukkig de weg naar mensen thuis vinden via de supermarkten.”

Wat met de export? Er is de laatste jaren flink wat geïnvesteerd in het veroveren van nieuwe markten, zoals de Aziatische.

“Die export is inderdaad goed voor 90 procent van de sector. Onze groei is namelijk voor een groot stuk te danken aan de wereldwijde populariteit van de fastfoodketens, waar vaak frietjes worden geserveerd. In onze belangrijkste afzetmarkt, Europa, gaan zowat alle landen in lockdown, dus daar zitten we met hetzelfde afzetprobleem. Voor verre bestemmingen is het probleem vooral de beperkte beschikbaarheid van containers voor transport.”

Kunnen we die frieten niet in de diepvries stockeren tot de lockdown voorbij is?

“Dat is wat de sector nu natuurlijk probeert. De diepvries volsteken met de producten die we tijdelijk niet kunnen serveren. Maar ook andere sectoren, zoals de zuivelindustrie, zijn op zoek naar een manier om hun overschotten goed te houden. Iedereen is op zoek naar diepvriescapaciteit, en we zitten bijna op het punt dat de diepvriezers vol geraken.

“Als we dat punt bereiken, wordt elke nieuwe friet er een waar je geen weg mee kunt. Niet alleen voor de industrie is dat een probleem, maar ook voor de telers. Die proberen hun aardappelstocks nu verder en verder door te schuiven, maar technisch gezien kan dat slechts tot augustus. We schatten dat er nu nog 2 miljoen ton aardappelen klaarligt in ons land, maar die geraken wellicht nooit opgesoupeerd. In Nederland schatten ze dat er 1 miljoen ton vernietigd zal moeten worden, we verwachten voor ons land een soortgelijke hoeveelheid.”

Moet de Belg zich dan even ‘opofferen’ en tijdelijk wat meer frieten eten?

“Ik moet zeggen dat we op dat vlak al redelijk veel steun krijgen van de consument. Veel Belgen blijven vasthouden aan één keer per week frietjes eten. Het zou misschien handiger zijn mocht die boodschap om meer Belgische frieten te eten wereldwijd uitgedragen worden.”