Leden Nationale Strijdersbond krijgen coronaboete voor herdenking jodentransport
De eerste schepen van Boortmeerbeek, Michel Baert (Open VLD), en twee leden van de Nationale Strijdersbond van België (NSB) hebben een boete in de bus gekregen voor het niet naleven van het samenscholingsverbod en een niet-essentiële verplaatsing. Eind vorige week legde het drietal bloemen neer aan het herdenkingsmonument van Transport XX, een jodentransport dat vanuit de Dossinkazerne in Mechelen naar Auschwitz vertrok.
Door het coronavirus werd de jaarlijkse herdenking van Transport XX - dat normaal gezien op 19 april zou doorgaan - afgelast. Drie leden van de Boortmeerbeekse afdeling van de Nationale Strijdersbond van België (NSB) beslisten om toch bloemen aan het monument te gaan leggen. "We legden de bloemen neer, hielden een minuut stilte en gingen weer naar huis. We bleven de hele tijd op een veilige afstand van elkaar", vertelt NSB-voorzitter en schepen voor Vaderlandslievende verenigingen Michel Baert. "Verder was er niemand aanwezig. Ik was dan ook heel erg verbaasd toen we een paar dagen later plots alle drie een boete van de politie in de bus vonden."
Voorbeeld van de premier gevolgd
Voorzitter Baert liet zich voor de actie inspireren door premier Wilmès die op 22 maart - in volle coronalockdown - bloemen neerlegde aan het monument voor de slachtoffers van de aanslagen in Brussel en op de luchthaven van Zaventem. "Ik zag haar op televisie en besloot om ook een kleine plechtigheid te organiseren ter nagedachtenis van de helden van Transport XX. In Brussel was er zelfs meer volk aanwezig dan bij ons. Wat is dan het verschil? Ik vind dit zeker en vast een essentiële verplaatsing. Het is een cruciale boodschap naar de maatschappij toe en belangrijk voor het nageslacht", vindt Baert.
Hij zal de boete dan ook betwisten. "Ik heb daarvoor tijd tot het einde van de maand en dat ga ik zeker doen. Meer nog: ik zou het zo opnieuw doen."
