Partner van Truiense burgemeester Veerle Heeren (CD&V) weer thuis na 47 dagen ziekenhuis: "Blij dat ik er nog ben"

Na 47 dagen in het ziekenhuis is Dimitri Flossy weer thuis, de partner van burgemeester Veerle Heeren (CD&V) van Sint-Truiden. Hij was een van de eerste patiënten met het coronavirus in het Sint-Trudo Ziekenhuis en lag meer dan twee weken in coma.

Hij klinkt goed als we hem opbellen in het middagprogramma van Radio 2 Limburg, maar schijn bedriegt. De weg naar volledig herstel is nog lang. “Ik kan goed praten als ik goed ben uitgerust", vertelt Dimitri Flossy, "maar als ik wat te veel doe, dan gaat praten moeizaam."

"Ik ben 12 kilo afgevallen, ben spieren kwijt en daardoor is het ook fysiek soms niet makkelijk. Ik kan zware dingen niet optillen bijvoorbeeld en ben nog heel zwak. Volgens de dokter kan het nog een half jaar duren vooraleer alles weer normaal is. In mijn rechtervoet heb ik ook nog altijd geen gevoel. Ik ga dus nog veel kine moeten doen.”

"Het begon met lichte koorts"

De ernst van de ziekte was bij hem, net zoals bij vele andere mensen, niet meteen duidelijk. “Ik ben met koorts naar het ziekenhuis gegaan. Daar kreeg ik het verdict dat het corona was en kwam ik op de COVID-afdeling terecht. Dat is wel schrikken. Een aparte gang, personeel in beschermende pakken met helmen en maskers op. Die beelden zijn nu vertrouwd maar dat was de eerste keer dat ik zoiets zag. De koorts bleef ook maar stijgen en mijn longen gingen snel achteruit.”

Er zit een groot gat in het geheugen van Dimitri Flossy. Over de periode in coma kan hij weinig zeggen. “Veel mensen vragen me hoe dat was, eerlijk, geen idee. En het wakker worden was ook een geleidelijk proces, met veel medicatie. Dan krijg je ook waanbeelden en hallucinaties. Daar zijn maar flarden van blijven hangen.”

"Zeer dankbaar voor alle goede zorgen"

Het ontslag uit het Sint-Trudo Ziekenhuis op de laatste dag van april was een grote opluchting voor Dimitri Flossy. Hij is vooral erg dankbaar voor de goede zorgen die hij gekregen heeft. “Mensen zijn er dag en nacht in de weer geweest, in helse omstandigheden. Dat besef je ook pas achteraf, want over de omvang van de pandemie weet je niet veel als je daar alleen op je kamer ligt. Ik kan niet genoeg zeggen hoe dankbaar ik ben aan alle mensen die zorg verlenen.”

Het coronavirus heeft de manier van denken van Dimitri niet zo erg veranderd. Genieten van kleine dingen deed hij voor de ziekte ook al. Maar het virus heeft die gedachte wel uitvergroot. “je partner weer zien, even buiten komen, de rust van thuis … Dat is echt heel fijn.” Hoewel, echte rust, dat is nog niet voor meteen door de vele interviews en door de telefoontjes van mensen die hem even willen horen. “Maar ik vind dat niet erg", zegt Flossy, "omdat ik echt wil zeggen aan iedereen die ziek is of die ziek wordt: Blijf erin geloven, je kan genezen! Maar het is vooral belangrijk dat mensen de moed erin houden en hoop blijven hebben.”

Meest gelezen