Meer mensen kloppen aan bij OCMW’s en voedselbanken voor hulp door coronacrisis

Themabeeld © Wim Kempenaers

Sinds de uitbraak van het coronavirus kwamen meer mensen om hulp aankloppen bij de OCMW’s en de voedselbanken. Dat blijkt uit drie bevragingen van de universiteiten van Antwerpen, Gent en Leuven, die de impact van de coronacrisis op die organisaties onderzochten.

jvh

Begin maart bevroegen de wetenschappers 170 OCMW’s. Midden april werden 124 OCMW’s opnieuw gecontacteerd, net als 213 organisaties die voedsel bedelen. Uit de bevragingen werd duidelijk dat er een toegenomen vraag is naar voedselhulp en andere vormen van hulp sinds de coronacrisis.

Vooral nieuwe mensen

Het aantal leefloonaanvragen nam beperkt toe, maar er is wel een duidelijke toename wat betreft de vragen naar voorschotten op uitkeringen, voedselhulp en ondersteuning bij eenzaamheid. Niet zozeer bij de bestaande cliënten: het zijn vooral nieuwe mensen die hiervoor komen aankloppen. De voedselbanken zien liefst 42 procent nieuwe klanten opdagen. Oudere mensen vinden dan weer moeilijker dan voorheen de weg naar de voedselbedeling.

De wetenschappers verwachten dat de stijgende vraag nog zal toenemen de komende weken. Ze roepen de beleidsmakers dan ook op om ondersteunende maatregelen te nemen. “De ontoereikende uitkeringen moeten worden opgetrokken”, aldus prof. Bea Cantillon (UAntwerpen). “De lokale overheden moeten ook meer middelen krijgen, zodat zij voldoende personeel kunnen voorzien om de toegenomen vragen op te vangen.”

Werking

Er werd ook gepolst naar de werking van de OCMW’s en voedselbanken in coronatijden. Zo veranderde het dienstverlenende aanbod vrij grondig sinds half maart. Maar 19 procent van de dienstencentra bleef geopend en ook de poetshulp viel terug tot 67 procent van de traditionele capaciteit. Het aanbieden van warme maaltijden, de daklozenopvang en het verstrekken van psychologische hulp kon in de overgrote meerderheid van de gevallen wel blijven plaatsvinden.

“De lockdown heeft ook op deze instellingen vanzelfsprekend een grote impact”, zegt Karen Hermans (UAntwerpen). “Zo moest een vijfde van de voedselverdeelpunten de deuren sluiten, omdat de doorgaans oudere vrijwilligers - en dus behorend tot de risicogroep - niet meer konden komen.”

OCMW’s en voedselbanken wisten wel snel te schakelen om de werking zo efficiënt mogelijk verder te zetten, met respect voor de maatregelen. “We zien vooral veel flexibiliteit en solidariteit”, weet Marjolijn De Wilde (UAntwerpen). “De meeste OCMW’s nemen regelmatig zelf contact op met (kwetsbare) cliënten. Daarnaast werd het aanbod voor financiële steun, extra aan leefloon of andere uitkeringen, uitgebreid. Voedselverdeelpunten werken nu vaker op afspraak en leveren voor risicogroepen vaker aan huis.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen