Direct naar artikelinhoud
CoronacrisisKustplan

Kustburgemeesters maken zomerplannen, en de dagjestoerist dreigt de klos te worden

De dijk van Oostende. Burgemeester Tommelein: 'We gaan deze zomer tellen en monitoren. Het aantal mensen dat naar hier kan komen, is beperkt.'Beeld Eric de Mildt

De kustburgemeesters zitten maandag opnieuw samen met de West-Vlaamse gouverneur Decaluwé en Vlaams minister van Toerisme Demir. Bedoeling is het eens te raken over een globaal plan voor de kust. Voor wie deze zomer met goed weer gewoon eens een dagje naar zee wil, ziet het er niet zo goed uit. Alles wordt in stelling gebracht om dat te ontraden. Minder treinen. Minder parking. Beperkte toegang tot plekken zoals dijk en strand.

De vergadering van de laatste kans. Zo noemt de West-Vlaamse provinciegouverneur Carl Decaluwé de bijeenkomst van vandaag. Nadat ideeën als dat van de Oostendse burgemeester Tommelein over een strandpas op een muur van onbegrip stuitten en na de hele of halve muiterij van sommige kustburgemeesters over verdere controle op de tweedeverblijvers, wil Decaluwé nu iedereen op één lijn achter een ‘globaal plan’ voor de kust. Nadien is het aan de Veiligheidsraad.

Wat al zeker vast staat, is dat de dagjestoerist de klos zal zijn. In de hoofden van de meesten die bij het overleg betrokken zijn, zit een prioriteitenlijst. Eerst de tweedeverblijvers en eigenaars van een plaats op een camping. Dan hotel- en andere gasten die voor een langer verblijf komen. En helemaal achteraan in de rij de dagjestoeristen. “Die laatste stroom moeten we onder controle houden. Zij zullen nooit allemaal tegelijk kunnen komen”, zegt de Oostendse burgemeester Bart Tommelein klaar en duidelijk.

Minder treinen

Over hoe die stroom onder controle zal gehouden worden, wil niemand veel kwijt. “Wie op voorhand iets lost, wordt meteen afgeschoten”, zegt Decaluwé. Maar een aantal opties doen de ronde. De NMBS zal bijvoorbeeld gevraagd worden om deze zomer geen extra treinen in te leggen. Er circuleert ook een voorstel om één op de twee parkeerplaatsen te schrappen. En er zal aan crowd control gedaan worden. “In Oostende bestuderen we momenteel de maximumcapaciteit van cruciale plekken als strand, dijk en centrumstraten”, zegt Tommelein. “We gaan deze zomer tellen en monitoren. Het aantal mensen dat naar Oostende kan komen, is beperkt.”

Veel volk aan de kust zit er voorlopig niet in.Beeld Benny Proot

Dat het om een ‘globaal plan’ voor de kust gaat, wil niet zeggen dat het er in elk van de tien gemeenten op dezelfde manier aan toe zal gaan. Niet onlogisch. Behalve het gegeven dat ze allemaal aan zee liggen, zijn de lokale situaties nogal verscheiden. Er zijn veredelde dorpen en er is één grote stad. Er zijn badplaatsen met een treinverbinding met het binnenland, andere hebben dat niet. Sommige kustgemeenten hebben veel tweedeverblijvers, andere lokken vooral dagjestoeristen. En – ook niet onbelangrijk in deze tijden – de ziekenhuiscapaciteit is niet overal dezelfde.

Die capaciteit is een van de redenen waarom de sluizen naar zee niet zomaar open kunnen. De kust telt drie ziekenhuizen. Twee daarvan zijn gevestigd in Oostende: AZ Damiaan met 523 bedden en de lokale afdeling van Sint-Jan Brugge met 317 bedden. Het derde, AZ Zeno, heeft vestigingen in Knokke-Heist (270 bedden) en in Blankenberge (64 bedden). Alles samen 1.174 bedden. Wat opvalt, is dat er aan de westkust, waar veel tweedeverblijvers komen, niks is. Veurne (224 bedden) vangt daar dat gemis wat op.

Ziekenhuizen waarschuwen

“Op een topdag in de zomer is het bij ons zeer druk”, zegt Kevin Mollet, stafmedewerker communicatie van het grootste kustziekenhuis, AZ Damiaan in Oostende. “Op de spoedgevallen krijgen we dan tot de helft meer mensen binnen. Dat geeft langere wachttijden en een forse extra druk op het ziekenhuis. Druk die we normaal aankunnen. Maar nu niet. Door Covid-19 hebben we twee ‘flows’ op de spoed. Een voor ‘gewone’ patiënten, een voor alles wat Covid-19-gerelateerd is. We draaien dus niet op volle capaciteit. Normaal hebben we een 20-tal bedden op intensieve zorgen. Op het hoogtepunt van de coronacrisis hebben we dat uitgebreid tot 27 – je moet er altijd een aantal vrijhouden voor andere patiënten – maar dat legde een zeer zware belasting en is geen maanden vol te houden. Bij een eventuele opflakkering met veel meer volk aan zee, raken we in de problemen.”

Het signaal van de ziekenhuizen is opgepikt. In het kustplan zullen maatregelen voorzien zijn om in geval van nood patiëntentransport naar het binnenland te organiseren, een beetje zoals enkele weken geleden vanuit het zwaar getroffen Limburg naar andere delen van het land.

Slotvraag is of iedereen aan zee op dezelfde lijn zal eindigen. “Het is de enige mogelijke manier om te voorkomen dat men in onze plaats beslist”, zegt provinciegouverneur Carl Decaluwé. 

Al zijn er nu al koele minnaars van al het denkwerk. “Een plan om de kust te doen bloeden. Wat circuleert aan ideeën is een opbod aan strengheid. De staat van beleg. Dat krijg je er van als je doktoren en politiecommissarissen de beslissingen laat nemen. Niemand durft nog verantwoordelijkheid nemen. De corona is in de kop geslagen.” Was getekend, Jean-Marie Dedecker, burgemeester van Middelkerke.