Atoombom in cultuursector: veel jobs verloren, amper steun van overheid
Volgens een onderzoek van de Nationale Bank dreigt de helft van alle cultuurwerknemers die nu tijdelijk werkloos is, zijn job te verliezen. En wie geen job heeft, kan vaak niet op steun rekenen.
Amplo is een Belgisch HR-bureau dat zich op de cultuursector richt. Het heeft twaalf kantoren, vertegenwoordigt 9.000 klanten en levert aan ongeveer evenveel cultuurbedrijven. Gisteren maakte Amplo cijfers bekend die aantonen hoe hard de lockdown in de branche toeslaat. Nationaal manager Amin Dridi spreekt van “een atoombom”. Zo is het aantal contracten in de sector in april 2020 met ruim 79 procent gedaald in vergelijking met april vorig jaar. Voor podiumkunstenaars, techniekers, machinisten, kleders en onthaalpersoneel was er letterlijk geen werk. In de audiovisuele sector is de terugval iets lichter (62 procent) maar dat is slechts tijdelijk. Er worden nu nog films en tv-reeksen afgewerkt waarvan de opnames nog voor de lockdown gebeurden, maar wanneer dat werk klaar is, zullen ook in die categorie weinig tot geen nieuwe contracten klaarliggen.
De toestand in de cultuursector dreigt bovendien nog lang aan te slepen, want uitzicht op beterschap is er niet. Met tientallen, honderden of duizenden samen voor een podium, daar willen virologen zelfs nog niet aan denken. Sommige grote cultuurhuizen hebben volgens goede bronnen nu al intern beslist om in 2020 niks meer te doen. Daar zal de werkloosheid al zeker tot december duren.
En werkloosheid in de cultuursector is nog iets anders dan in veel andere sectoren. Langdurige contracten zijn er niet de regel, freelance opdrachten wel. Vaak worden die contracten pas de dag voor de opdracht getekend. Bijna de helft van die freelancers kon daardoor op geen enkele steunmaatregel van de overheid rekenen. Dat blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door VI.BE, het aanspreekpunt voor artiesten en muzieksector.
De bevraging, die door 900 respondenten werd ingevuld, maakt ook duidelijk dat 69 procent van de zelfstandigen in bijberoep – een aanzienlijke groep in de muzieksector – niet in aanmerking komt voor steun van de overheid. Artiesten, en de mensen die hen technisch ondersteunen, vallen vaker dan anderen door de mazen van de financiële vangnetten. Sommigen kunnen alleen aankloppen bij het OCMW en worden soms zelfs daar geweigerd.