Drie sporters over hun deelname: ‘Je wint beter de Container Cup dan een kleine koers’

Dirk Van Tichelt, Hanne Claes en Oliver Naesen © VIER

Geen EK Voetbal, geen Olympische Spelen en of de Tour de France doorgaat moeten we maar afwachten. Gelukkig was er de Container Cup op tv, een welkom alternatief om fanatieke sporters diep te zien gaan. ‘Blijkbaar ben ik een entertainend spektakel.’

Deze week eindigt de Container Cup, een slim format waarmee Vier het gebrek aan competitiesport wist op te vullen. Dertig profatleten namen het tegen elkaar op in een geïmproviseerde zevenkamp vol snelle fysieke tests, zoals 1500 meter doorpezen op een loopband of een benchpress met een grote halter. Ondertussen gaven ex-voetballer Wesley Sonck en televisiemaker Pedro Elias commentaar.

Het concept was geheel coronaproof. De sporters zaten alleen in hun container, die na elke deelnemer werd ontsmet. De aantrekkingskracht zit uiteraard in de gedrevenheid van de kandidaten. Mannetjesputter Dirk Van Tichelt die de container ei zo na sloopt tijdens het golfen levert onweerstaanbare televisie op. De judoka brak bovendien meerdere records van de Container Cup, waaronder het officieuze record van het aantal vloeken.

Wisten je ouders dat je zo grof in de mond kon zijn, Dirk?

Dirk Van Tichelt (judoka):(lacht) De lelijkste scheldwoorden hebben ze er zelfs uitgeknipt. Tja, je wilt het goed doen en je komt jezelf wat tegen, hè. Ik heb veel toffe reacties gehad op mijn deelname, de mensen zagen mij graag bezig. Blijkbaar ben ik een entertainend spektakel op tv. En andere atleten waren blij dat ik er zo in opging. Nu hoefden zij zich niet te schamen voor hun uitzending. Hmm, is dat eigenlijk een compliment of niet?

Wielrenner Oliver Naesen: 'Geklopt worden door een voetballer? Nee, dan vraag ik een herkansing.'
Wielrenner Oliver Naesen: ‘Geklopt worden door een voetballer? Nee, dan vraag ik een herkansing.’

Het gaat nergens om, maar steek profsporters in een wedstrijd…

Hanne Claes (sprintster): … en het competitiebeest wordt wakker. Atleten zijn zo: geef ons een doel en we gaan tot het gaatje. Het was prettig om opnieuw iets te hebben om naartoe te leven. Om de gedachten te verzetten in een periode die aanzet tot piekeren.

Oliver Naesen (wielrenner): Bij mij deden er kameraden mee, wat extra peper gaf. Yves Lampaert moest en zou ik kloppen, tijdens de proeven stelde ik me zijn gezicht voor als ik voor hem zou eindigen. Toen dat ook lukte, heb ik hem meteen gebeld: ‘Zeker kijken, Yves! Je gaat het tof vinden.’ (grinnikt) Maar boontje komt om zijn loontje: Greg Van Avermaet heeft mij ook liggen gehad. Hij wou niks loslaten, behalve dat het ‘plezierig’ was geweest. Ik schrok van Gregs prestatie. Ik dacht dat hij een ramp was in lopen, maar dat viel nogal mee. Of ja, voor mij viel dat eigenlijk tegen. (lacht)

Claes: De Container Cup is een competitie met jezelf, dat vond ik er lastig aan. Als ik sprint, zie ik uit mijn ooghoeken hoe de concurrentie het doet. Hier weet je pas bij het nagesprek hoe het is gegaan. De programmamakers willen sporters zien die naar het puntje van hun stoel schuifelen, natuurlijk. Het moment dat ik mijn kaartje vooraan mocht hangen, was wel genieten.

Hebben jullie je voorbereid?

Van Tichelt: Ik dacht dat het een try-out was. Onderweg naar de opname stopte ik om te tanken en kocht ik een krant: ‘Remco Evenepoel en Pieter Timmers over hun ervaringen in de Container Cup’. Oei, dacht ik, het is dus echt. Ik heb gauw een banaan en peperkoek gekocht, want ik had nog niet gegeten. En ik had ook juist een sessie gedaan op de crosstrainer. Een slechtere voorbereiding kan moeilijk.

Ik heb een beetje ervaring met tv, en niet alles is wat het lijkt. Ik dacht: misschien knippen ze hier of daar een proef die niet overkomt op televisie, en moet ik nog terugkomen om het opnieuw te doen.

Claes: Ik train met de Borlées. Zij hadden de dag daarvoor opname en ze hebben me gebrieft. Niet dat hun tips super waren. Het eerste wat ze zeiden was: ‘Er zit geen enkele proef bij die iets voor jou is.’ (lacht)

Naesen: Ik heb op voorhand niet gevraagd wat de proeven waren. Niets weten kan ook een wapen zijn. Maar in de container begon ik te twijfelen. Ik haalde 47 op de monkey bars. Is dat goed of maak ik me nu belachelijk?

Schrok je dat schaatsers en roeiers je klopten in de fietsproef?

Naesen: Ja en nee. Dat zijn erg complete atleten en fietsen zit in hun training. Bovendien was het maar drie kilometer. Een langgerekte sprint dus, dat sluit perfect aan bij hun sport. Maar dat ze mij zo ruim versloegen: daar ben ik niet goed van. (lacht) Leer die mannen sturen en ze zouden meekunnen in een peloton. Een kleine troost was de loopproef: wie had gedacht dat de Borlées daar zouden verliezen? Misschien bewijst dat vooral dat je de Container Cup niet te ernstig moet nemen. Thibau Nys is heus geen straffere loper dan de broers Borlée.

Sprintster Hanne Claes: 'Mijn techniek bij het roeien leek nergens naar; de kijkers zullen nogal gelachen hebben.'
Sprintster Hanne Claes: ‘Mijn techniek bij het roeien leek nergens naar; de kijkers zullen nogal gelachen hebben.’

Welke proef hadden jullie opnieuw willen doen?

Van Tichelt: Het fietsen. Aan het einde van zijn proef stond Bart Swings recht op de trappers. Stom, maar ik heb daar gewoon niet aan gedacht. Ik fiets af en toe, maar vol gas geven op zo’n spinningiets, had ik nog nooit gedaan. Daar heb ik veel laten liggen en dat is een gevoel waar ik slecht tegen kan.

Claes: Mijn techniek bij het roeien leek nergens naar; de kijkers zullen nogal gelachen hebben. Je gebruikt er spieren voor die een spurter zelden inspant. En die proef dúúrde! Een kilometer roeien lijkt niet lang, maar dat viel lelijk tegen. ‘De 1500 meter op de loopband is geknipt voor jou’, hadden de programmamakers gezegd. Ik kan dat, natuurlijk, maar moet ik alles geven en pompaf zijn voor de andere proeven? Toch ben ik te voorzichtig geweest. Ik had snel moeten durven te starten.

Van Tichelt: Het zou helpen als ik op voorhand al eens een golfclub had vastgehad. Blijkt nu dat mijn buur zo’n golfsimulator in zijn tuin heeft staan. Maar dat wist ik pas achteraf.

Naesen: Op winterstage is het vaste prik dat je de nieuwkomers test in een benchpress. Dan zijn ze nadien een paar dagen stijf en rijd je hen er bergop zo af: lachen! Ik wist nog dat ik bij mijn ontgroening 60 kilo had geduwd. In de container stak ik er nog 10 kilo bij, maar als ik dat een beetje oefen, kan ik nog een stuk beter.

Claes: Ik heb geen idee hoe je een geweer vasthoudt. Nooit gedaan, zelfs niet in een computerspel.

Dirk schoot vijf keer raak.

Van Tichelt: Daar heb ik geen verklaring voor. Behalve op de kermis heb ik nog nooit geschoten. Ik vond het erg gemakkelijk: het doel in je vizier nemen en de trekker overhalen, meer stelt het niet voor. Die precisieproeven draaien om zelfvertrouwen. Als poging één misgaat en je begint te twijfelen, dan is het om zeep.

Wie was er bang om af te gaan?

Claes: ‘Bang om af te gaan’ is overdreven, maar ik voelde me wel een vertegenwoordiger van mijn sport. De eer van de atletiek stond op het spel. Ik ben trots op hoe ik het heb gedaan. Jolien D’Hoore verslaan, Tessa Wullaert, Elise Mertens… Dat zijn wereldtoppers.

Judoka Dirk Van Tichelt: 'De lelijkste scheldwoorden hebben ze er zelfs uitgeknipt.'
Judoka Dirk Van Tichelt: ‘De lelijkste scheldwoorden hebben ze er zelfs uitgeknipt.’

Van Tichelt: Ik was zeker dat ik mij niet belachelijk ging maken. Judoka’s kunnen van alles wat. Elk spiertje is getraind. ’t Is niet zoals bij de coureurs, met hun paparmpjes.

Naesen: Hola! Als je voor het klassement gaat in de Ronde van Frankrijk, dan ben je het best mager, maar voor het Vlaamse voorjaar moet je body hebben. De kasseien van Parijs-Roubaix doen niet alleen pijn aan de benen.

Van Tichelt: Het klassement van de Container Cup wordt gedomineerd door sporters die kunnen afzien, zoals wielrenners of judoka’s. Dat roeier Tim Brys – roeien is een héél zware sport – goed scoort, verbaast mij niks. Maar ik ben benieuwd wat een echte omnisporter zoals tienkamper Hans van Alphen hiervan had gemaakt.

Jullie waren allemaal kapot toen het gedaan was.

Van Tichelt: Ik ben tot het uiterste gegaan, ja. Het interview erna was er te veel aan: mannekes, geef mij vijf minuten.

Naesen: Diep gaan lukt alleen maar als je in vorm bent. De opnames waren in het begin van de lockdown. Ik had mijn voorjaarsbenen nog en dat gaf goesting om mij eens echt te testen. Pedro Elias en Wesley Sonck moesten lachen met mijn grimassen. Ik vind dat een tof duo. Als ze samen een comedyshow maken, kom ik kijken.

Wesley Sonck doet donderdag zelf mee aan de Container Cup. Ik verwacht daar veel van. Je ziet aan zijn gezicht dat hij scherp staat: de conditieproeven zullen geen probleem zijn. Hij golft veel en als hij nog een beetje kan schieten, moeten we voor hem oppassen in het klassement.

Geklopt worden door een voetballer: kun je dat verdragen?

Naesen: Nee, dat mag niet. Dan vraag ik een herkansing. (lacht) Ik ben geschrokken van de respons. Iedere wielertoerist begint erover: ‘Knap gedaan in die container, Oliver!’ Het programma leeft enorm. Qua publiciteit win je beter de Container Cup dan een kleine koers.

Van Tichelt: De wielrenners, roeiers en lopers hebben een voordeel in de Container Cup, want hun sport zit bij de proeven. Om mij zo’n voordeel te gunnen, zouden ze er ook een gevecht in moeten steken, maar dat valt moeilijk te regelen, zeker? Ik wil gerust opnieuw meedoen als er een tweede editie komt. Of de container heel blijft, kan ik niet beloven.

Drie sporters over hun deelname: 'Je wint beter de Container Cup dan een kleine koers'
© VIER

Het sportvoorjaar is in het water gevallen. Kwam dat hard aan?

Claes: Ik sukkel al een tijd met een enkelblessure, maar ik dacht dat het niet al te ernstig was. Toen de Spelen werden afgelast, werd de pijn ineens ondraaglijk. Alsof mijn lichaam zei: ‘Oké, ik heb je zolang als nodig was je zin gegeven, maar nu pakken we eerst die kwetsuur aan.’ Ik zat in de put omdat de Spelen niet doorgingen, maar nu zie ik het als een kans.

Van Tichelt: Ik was slecht bezig voor alles in lockdown ging. De trainingen liepen vlot, maar in wedstrijden kwam het er niet uit. De coronacrisis geeft mij de gelegenheid aan mijn judo te werken. Misschien pak ik zelfs voorsprong. Geen enkele judoka kon dit voorjaar grondig werken. Door mijn ervaring denk ik dat ik sneller weer op niveau zal zijn dan jongere concurrenten.

Naesen: Het is te gemakkelijk om te zeggen dat ik een klassieker had gewonnen als het voorjaar gewoon was verlopen maar… ik voelde mij fantastisch, eerlijk waar. Ik ben 29, voor een coureur is dat in de bloei van je leven. Die uitgestelde koersen waren een streep door de rekening. Gelukkig komen er in het najaar herkansingen.

Als dat doorgaat.

Naesen: Niks is zeker, maar ik ga er toch honderd procent van uit dat we vanaf augustus opnieuw koersen. Anders verval je in we-zullen-wel-zientrainingen. Nee, ik ga er vol voor, zonder te denken dat het misschien weer niets wordt.

Van Tichelt: Ik vertrek nu naar onze eerste groepstraining. Die gaat deugd doen. Het enthousiasme van je trainingsmakkers stuwt je voort. Het is een training in de openlucht en we doen vooral fitnessoefeningen, want we mogen elkaar nog niet vastpakken. Maar het is een begin.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content