Windturbine is op tien jaar driekwart krachtiger geworden

Het vermogen van de windturbines heeft de voorbije tien een sterke groei gekend. Dat blijkt uit een rapport van de Global Wind Energy Council (GWEC), de internationale federatie van de fabrikanten van windturbines. Uit de berekeningen van de organisatie bleek dat de geïnstalleerde turbines vorig jaar een gemiddeld vermogen van 2,75 megawatt lieten optekenen. Tien jaar voordien was een gemiddeld niveau van 1,6 megawatt geregistreerd.

‘Op tien jaar tijd is het vermogen van de gemiddelde windturbine met 72 procent gestegen,’ benadrukt Feng Zhao, strategisch directeur van de federatie. ‘Die trend wordt in belangrijke mate gedragen door de offshore markt. In een aantal landen, zoals Groot-Brittannië en Denemarken, wordt inmiddels gewerkt met gemiddelden die het niveau van 5 megawatt overschrijden.’

Hogere vermogens zorgen voor belangrijke kostenbesparingen, waardoor het rendement van de turbines wordt opgevoerd. ‘Het voorbije anderhalf jaar hebben steeds meer grote constructeurs van onshore-turbines dan ook modellen met vermogens van meer dan 5 megawatt op de markt gebracht. In de offshore-sector is er zelfs sprake van meer dan 14 megawatt, zoals recent is gebleken bij Siemens-Gamesa.

Vestas

In totaal werden vorig jaar wereldwijd 22.893 windturbines geïnstalleerd. De turbines werden door 33 verschillende constructeurs geleverd. Dat betekende een daling met vier fabrikanten tegenover het jaar voordien. De zes grootste constructeurs boekten samen een marktaandeel van 72 procent.

Met een marktaandeel van 18 procent bleef het Deense concern Vestas ook vorig jaar wereldwijd de grootste fabrikant van windturbines. Het Duits-Spaanse Siemens-Gamesa staat op een tweede plaats met een marktaandeel van 15,7 procent, gevolgd door het Chinese Goldwind (13,2 procent), het Amerikaanse GE Renewable Energy (11,6 procent) en het Chinese Envision (8,6 procent).

De rest van de top tien bestaat uit het Chinese Ming Yang (5,7 procent), het Spaanse Nordex Acciona (4,9 procent), het Duitse Enercon (3,0 procent) en de Chinese groepen Windey (2,5 procent) en Dongfang (2,1 procent).

‘Vorig jaar werd meer dan 63 gigawatt aan windenergie geïnstalleerd,’ benadrukt Feng Zhao. ‘Dat betekende voor de industrie een nieuw record. Ook dit jaar werd een nieuw recordniveau aan installaties verwacht. Die plannen werden echter ondermijnd door een verstoring van de wereldwijde toeleveringsketen en vertragingen bij de uitvoering van voorziene windprojecten. Daardoor zijn de meeste partijen gedwongen hun vooruitzichten bij te stellen.’

Meer