Direct naar artikelinhoud
Tech

Trump tackelt techbedrijven met beide voeten vooruit

Donald Trump tijdens een persconferentie eerder deze week.Beeld Getty Images

Per decreet wil president Trump techbedrijven als Twitter, Google en Facebook aanpakken. Hun bijzonder lucratieve wettelijke uitzonderingspositie wordt van alle kanten onder vuur genomen. Niet alleen door Trump.

De timing kon niet beter voor Donald Trump. Kort nadat Twitter de president op de vingers tikte vanwege een aantal tweets kondigde hij harde actie aan. Ook dat deed hij op Twitter, uiteraard in hoofdletters. Volgens Trump belemmert Twitter de vrijheid van meningsuiting door onder zijn twee tweets linkjes te plaatsen naar feitelijke informatie.

Het bleef niet bij woedende tweets. Via Trumps woordvoerder werd donderdag duidelijk dat er een decreet aankomt met grote gevolgen voor de techbedrijven. Via zo’n presidentieel bevel hoopt hij een einde te maken aan de voorrechten die techbedrijven nu genieten.

Uitzondering

Die gaan terug tot een wet uit 1996, toen Facebook, YouTube of Twitter nog helemaal niet bestonden. Techbedrijven kregen toen een uitzonderingspositie: ze waren mediabedrijf noch telecombedrijf. In dit grijze gebied hoeven ze niet of nauwelijks verantwoording af te leggen wat er op hun platformen gebeurt, wat mediabedrijven wel moeten. Tegelijkertijd zijn ze ook weer geen neutraal doorgeefluik zoals. Met andere woorden: Facebook en consorten bepalen zelf de regels wat er op hun platformen gebeurt en hoe de berichten, foto’s en video’s worden gerangschikt en gemodereerd.

Als het aan Trump ligt, is dit feest voorbij. “Republikeinen hebben het gevoel dat socialemediaplatforms conservatieven de mond snoeren. We gaan hen stevig reguleren of sluiten omdat we dit nooit kunnen toestaan”, schreef Trump woensdag op Twitter. Het is een veelgehoorde klacht aan de rechterzijde van het politiek centrum: de linkse techbedrijven plegen censuur en smoren het conservatieve geluid.

Van beide kanten onder vuur

Dezelfde techbedrijven liggen ook onder vuur vanaf de andere kant, de Democraten. Zij vinden dat Silicon Valley zijn verantwoordelijkheden niet neemt en onvoorstelbare hoeveelheden geld verdient zonder dat ze haat, nepnieuws en terroristische propaganda aanpakt. Kortom: dat ze juist te weinig doen. 

Door de gunstige wettelijke uitzonderingspositie kunnen techbedrijven hier niet voor worden aangepakt. Er staat dus nogal wat op het spel, zegt José van Dijck, universiteitshoogleraar media en digitale samenleving aan Universiteit Utrecht. “Die wet is fundamenteel voor hun bewegingsvrijheid. De techbedrijven hebben de afgelopen decennia volop geprofiteerd van de juridische leemte waarin ze zich begeven.”

En, zegt Van Dijck, ze doen er alles aan om die tussenruimte te kunnen blijven innemen: “De techbedrijven hebben zichzelf ingegraven om deze voorkeurspositie te behouden. Zij bepalen ieder hun eigen regels voor wat er op hun platformen gebeurt, niemand anders.”

Het is precies de reden dat bijvoorbeeld Facebook zo gebrand is op zelfregulering. Onlangs nog richtte het bedrijf een toezichtsorgaan op waar consumenten kunnen aankloppen als ze het niet eens zijn met een beslissing van Facebook over een verwijderd bericht.

Spagaat

Volgens Van Dijck zijn de huidige opties ‘mediabedrijf’ en ‘telecombedrijf’ beide bijzonder onaantrekkelijk. Het eerste vanwege de verantwoordelijkheden die erbij komen kijken. Het tweede omdat de platformen dan helemaal geen controle meer hebben over gebruikerscontent. “Dat is funest voor hun lucratieve verdienmodel van gepersonaliseerde advertenties”, aldus Van Dijck.

Ze zitten hoe dan ook in een spagaat: Democraten klagen dat ze te weinig doen, Republikeinen dat ze te veel doen. Van Dijck:”‘Ze hebben alleen maar te verliezen.”

Willekeur

Dat denkt ook jurist Christiaan Alberdingk Thijm: “Niet alleen in de Verenigde Staten, ook in Europa hebben de techbedrijven een uitzonderingspositie. En ook hier staat die onder druk. Ze worden nu echt van alle kanten aangevallen.”

De huidige wetten komen volgens Alberdingk Thijm uit een tijd dat het logisch was om techbedrijven niet verantwoordelijk te houden voor wat er op hun platformen gebeurde, alleen al omdat dat technisch niet kon. “Dat is moeilijk vol te houden. Facebook en Google hebben dankzij kunstmatige intelligentie beter zicht op de inhoud.”

De motieven van Trump hebben ondertussen niets te maken met het algemeen belang, vermoedt Alberdingk Thijm: “Dit riekt naar willekeur. Trump wil zijn eigen belangen beschermen en dat is laakbaar.”

Twitter heeft het Trump met zijn laatste ingreep gemakkelijk gemaakt: “Door linkjes bij de tweets van Trump te plaatsen, laten ze zien dat ze inderdaad weten wat er op hun platform gebeurt. Bovendien doet Twitter actief mee met de discussie. Ik had dit advies niet gegeven.”

Scheidsrechter

Die mening lijkt ook Facebook-topman Zuckerberg te hebben. In een interview met Fox News herhaalde hij maar nog eens dat sociale media niet op de stoel van de scheidsrechter moeten gaan zitten. Verder uitte Zuckerberg zijn zorgen: “Het censureren van sociale media is niet de juiste reactie voor een overheid die zich zorgen maakt om censuur.”

Maar dat is voor Van Dijck te makkelijk: “Ze kunnen niet van twee walletjes blijven eten en zich onttrekken aan regels.” Zelfregulering, met per bedrijf een wirwar aan eigen regeltjes, is volgens haar nauwelijks effectief. Betere regelgeving, zowel in Europa als in de VS, lijkt hoe dan ook onvermijdelijk voor de techsector.