Vlaamse regering stelt verdeling noodfonds voor

De Vlaamse regering-Jambon verhoogt het noodfonds voor de compensatie van de coronaschade tot 265 miljoen euro. Het zijn voor een belangrijk deel de gemeenten die zullen beslissen welke organisaties hoeveel compensatie krijgen. 'Het zal niet mogelijk zijn om elke euro schade te vergoeden', waarschuwt Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) echter.

mg/wle

De Vlaamse regering heeft een noodfonds voorzien waarbij specifieke sectoren die zwaar getroffen zijn door de coronacrisis financieel geholpen worden. 'Enkele weken geleden werd een globale beslissing genomen om 200 miljoen euro uit te trekken, nu zijn we verder in de tijd en hebben we meer zicht op wat corona economisch heeft aangericht', zei Jambon.

Het fonds wordt verhoogd naar 265 miljoen euro. 'Het gaat om geld dat rechtstreeks wordt overgemaakt, dat niet moet worden terugbetaald', zei Jambon. Er wordt daarnaast ook 31 miljoen uitgetrokken voor kredieten.

Cultuur

'Voor wie van cultuur houdt, zijn het verschrikkelijke tijden', zei Jambon. 'Concerten en theater, het ligt allemaal stil. Dat hakt er diep in, ook financieel.' Daarom werd 65 miljoen euro van het noodfonds vrijgemaakt voor de cultuursector. Het departement cultuur zal dat verdelen, maar kleinere cultuurorganisaties zullen ook nog subsidies kunnen ontvangen via het gemeentefonds. Gemeenten krijgen een bedrag dat ze vrij kunnen besteden aan sport, jeugd en cultuur.

'Dit zal niet voldoende zijn om alle schade te compenseren, dat zou onbetaalbaar en onverantwoord zijn', zei Jambon. 'Maar instellingen die gezond waren voor de crisis, kunnen we erdoor helpen zodat ze weer kunnen openbloeien.' Er werd voor de crisis ook een nooddecreet aangenomen zodat reguliere subsidies kunnen doorlopen, ook al kunnen er geen prestaties tegenover staan.

Voor de verdeling van het noodfonds cultuur wordt in de eerste plaats naar de 411 structureel gesubsidieerde organisaties gekeken. Alle structureel gesubsidieerde organisaties krijgen nu de kans om een schadedossier in te dienen. Die aanvraag wordt nagerekend aan de hand van een aantal criteria, eigen opbrengsten, ontvangen subsidies, personeelskosten, werkingskosten, afschrijvingen, financiële kosten en de steun aan kwetsbare spelers, zoals toeleveranciers, zelfstandigen en dagcontracters.

'Het is de bedoeling dat via de gesubsidieerde organisaties die kwetsbare spelers ook aan hun rechten komen', zei Jambon. 'Steun aan kwetsbare spelers is een expliciete voorwaarde om beroep te kunnen doen op steun uit het noodfonds.' De controle van die schadedossiers gebeurt in maart 2021. Ook Literatuur Vlaanderen en het Vlaams Audiovisueel Fonds zullen uit het noodfonds kunnen putten, met de bedoeling om de relevante actoren, bijvoorbeeld productiehuizen en auteurs, te kunnen ondersteunen. Er is ook extra steun voor Cultuurloket en Hefboom. 'Ook freelancers en kleine zelfstandigen met grote noden trachten we te ondersteunen', zei Jambon.

Niet-gesubsidieerde, niet-commerciële organisaties in de erfgoedsector, sociaal-cultureel werk, amateurkunsten en de kunsten kunnen een tegemoetkoming krijgen via het gemeentefonds. 'De lokale besturen staan het dichtst bij het lokale veld en kennen deze organisaties ook het best.'

Bijna 100 miljoen euro voor lokaal weefsel

In totaal trekt de regering bijna 100 miljoen euro uit voor het ondersteunen van het lokaal sociaal weefsel, zegt minister van Sport en Onderwijs Ben Weyts (N-VA). 'We willen verhinderen dat lokale verenigingen kapseizen door het gebrek aan inkomsten en het doorlopen van de vaste uitgaven. Want die combinatie zou wel eens fataal kunnen zijn'. 87,3 miljoen wordt door de gemeenten verdeeld over sport-, cultuur- en jeugdverenigingen. 'De gemeenten kunnen nu best inschatten hoe dat te verdelen', aldus Weyts. 'We kunnen niet elke euro compenseren, maar het is vooral een teken van appreciatie.'

Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers (Open VLD) verduidelijkte nog dat die middelen niet zijn voorbehouden voor organisaties die al subsidies krijgen. 'Ook verenigingen die tot dusver op eigen kracht hebben gewerkt, komen in aanmerking.'

Daarnaast wordt nog eens 10 miljoen euro uitgetrokken voor sportfederaties en organisatoren van sportevenementen. 'We willen tussenkomen daar waar de noden het hoogst zijn', zegt Weyts daarover.

Scholen

Als minister van Onderwijs zei Weyts ook dat er 5 miljoen euro is uitgetrokken voor de IT-kosten van de scholen. De scholen krijgen ook een compensatie voor de afgelaste uitstappen, zoals de geplande Rome-reizen in de paasvakantie. Voor de kosten voor zaken als handgels en extra schoonmaakkosten wordt later nog een vergoeding vastgelegd.

Minister van Media Benjamin Dalle (CD&V) meldt dat er 3,8 miljoen euro is uitgetrokken voor de VRT, en nog eens 3,8 miljoen euro voor de regionale omroepen. Ook het Vlaams Audiovisueel Fonds en een aantal kleinere spelers kunnen op bijkomende middelen rekenen. Het gaat om respectievelijk 1,9 miljoen en 500.000 euro.

'Meer frietjes eten niet voldoende'

Voor de getroffen aardappelsector is 10 miljoen euro uitgetrokken, kon bevoegd minister Hilde Crevits (CD&V) meegeven. 'We hebben opgeroepen om meer aardappelen en frietjes te eten, maar dat is niet voldoende. We schatten dat er 880.000 ton aardappelen in stock liggen, waarvan er 330.000 tot 400.000 niet verwerkt kunnen worden.' De landbouwsector kan in totaal op 35 miljoen euro rekenen.

Mobiliteit

Voor mobiliteit kan De Lijn op de meeste middelen rekenen. Omdat het aantal busreizigers op een bepaald moment zelfs tot 5 procent was teruggevallen, wordt er hier 35 miljoen euro vrijgemaakt. Voor de andere actoren is er in totaal 47 miljoen uitgetrokken. 31,5 miljoen euro daarvan gaat naar de autobus- en autocarsector. Een ander belangrijk deel, van 12 miljoen euro, gaat naar de taxisector. Voor initiatieven in de deeleconomie is iets minder dan een half miljoen uitgetrokken. De kleinere luchthavens kunnen samen ook op een paar miljoen euro rekenen.

Rekensom

Het departement Welzijn kan niet rechtstreeks putten uit dit noodfonds, maar minister voor Welzijn Wouter Beke (CD&V) zegt dat er wel al grote inspanningen zijn gebeurd in die sector. 'We hebben bijvoorbeeld de reguliere financiering laten doorlopen, compenseren de gebruiksontvangsten in de kinderopvang en andere sectoren, voorzien een compensatie voor beschermingsmateriaal en infrastructuurkosten, hebben een actieplan mentaal welzijn opgestart en hebben de herverdeling van het beschermingsmateriaal voor onze rekening genomen', zei hij.

Minister van Financiën Matthias Diependaele (N-VA) sloot de persconferentie af met de rekensom van al die maatregelen. 'Het bedrag in het noodfonds ligt hoger dan de initieel geplande 200 miljoen euro. In totaal zitten we op 296.425.000 euro.'

Correctie: Het budget van 35 miljoen euro voor De Lijn staat los van het budget van 47 miljoen dat voor Mobiliteit is uitgetrokken.

‘Verdeelde slagorde regeringen bedreigt krachtig herstelbeleid’

De minderheidsregering-Wilmès kondigde vrijdag haar derde noodpakket aan, op het moment dat de PS net klaar was met een eigen herstelplan. © blg

‘Een kat vindt haar jongen niet meer in alle maatregelen’, zegt Marcia De Wachter, voormalig directeur van de Nationale Bank. ‘Oppassen dat wat federaal wordt beslist, Vlaams niet wordt gecompenseerd of onnodig versterkt’, waarschuwt econoom Ive Marx.

Regeringen en partijen struikelden de voorbije dagen over elkaar met elk hun eigen herstelplan. De minderheidsregering-Wilmès kondigde vrijdag haar derde noodpakket aan, op het moment dat de PS net klaar was met een eigen herstelplan (DS 30 mei). Op Pinkstermaandag sprak Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) dan weer in presidentiële stijl ‘dat het hoog tijd is om onze economie weer op te bouwen, na de verwoestingen die het coronavirus heeft aangebracht en nog zal teweegbrengen’. En daar waren de eerste Vlaamse langetermijnmaatregelen. Zonet maakte de Vlaamse regering daarenboven nog de verdeling van een pot van 296 miljoen euro bekend aan voornamelijk gesubsidieerde sectoren zoals cultuur en sport.

Maar krijgen we zo wel het herstelbeleid dat ons land nodig heeft?

Micromanagement

‘We zijn te veel in verdeelde slagorde bezig’, vindt Marcia De Wachter, voormalig directeur bij de Nationale Bank van België. ‘Een kat vindt haar jongen niet meer tussen de verschillende maatregelen. Het risico is groot dat wel veel geld wordt rondgestrooid, maar velen maar een habbekrats zullen zien. Wat dan weer tot frustratie zal leiden, omdat ondernemingen en burgers door al die aankondigingen op meer hoopten.’ De Wachter vindt dat de superkern, waarin toch alle partijen zitten, een sterkere coördinerende rol zou moeten spelen, in afwachting van een nieuwe efficiënte staatsstructuur.

Ook de Antwerpse economieprofessor Ive Marx wijst op het gevaar ‘dat wat federaal wordt beslist, Vlaams wordt gecompenseerd of onnodig versterkt’. Volgens Etienne De Callataÿ, hoofdeconoom bij Orcadia Asset Management en lid van de Pensioencommissie, dreigt de overheid zich in micromanagement te verliezen. ‘De manier waarop de overheid de economie begeleidt, is al ingewikkeld en wordt alleen maar complexer.’

Oude recepten

Het zijn ook vaak oude recepten die terugkeren. Een groot stuk van het Vlaamse herstelplan leunt op de gedachte dat de massa aan spaargeld in ons land moet worden geactiveerd om bedrijven te versterken.

Maar het recept dat de Vlaamse regering hanteert om dat spaargeld naar het ‘welvaartsfonds’ en direct naar de ondernemingen te draineren, borduurt voort op de bestaande win-winlening, waarbij een belastingkrediet van 2,5 procent wordt toegekend voor het geleende of geïnvesteerde bedrag. Niet dat van dat instrument vandaag massaal gebruikt wordt gemaakt. De Hoge Raad van Financiën wees er in haar recente rapport over de personenbelasting nog op dat die belastingvermindering in slechts 0,19 procent van de belastingaangiftes werd gevraagd. Amper 7.605 Vlamingen maakten er gebruik van.

De federale overheid probeert bovendien met haar tax shelter-regeling via een andere fiscale weg hetzelfde doel te bereiken. Ook die maatregel wordt vandaag amper gebruikt, maar wordt toch ook uitgebreid om bedrijven van extra kapitaal te voorzien.

Om de horeca een steuntje in de rug te geven, lijkt een tijdelijke btw-verlaging naar 6 procent een certitude. Maar de Gentse econoom Gert Peersman was daar in onze krant al erg sceptisch over, zich baserend op het effect van de Franse btw-verlaging (DS 28 mei). De belastingbetaler subsidieert niet alleen de horeca, maar ook de klanten en de leveranciers. ‘Bedrijven zoals ­AB InBev zullen een deel van het voordeel afromen door hun prijzen en winstmarges permanent te verhogen. En de belastingbetaler betaalt de factuur’, signaleerde hij op Twitter.

Creatieve vernietiging

‘De fout die we keer op keer gemaakt hebben, is dat we zaken proberen in stand te houden die verdoemd waren’, schrijft Marx vandaag nog in De Standaard. De plannen die vandaag in de pijplijn zitten, ook al reikt hun horizon al iets verder, vertrekken nog altijd van de gedachte om zoveel als mogelijk ons oude economische weefsel intact te houden.

‘Maar een faillissement hoeft niet per se een ramp te zijn’, zegt De Callataÿ, aanhanger van de idee van creatieve vernietiging. ‘Het is toch gezond dat regelmatig een oude boom in het woud verdwijnt en plaatsmaakt voor een jonge twijg? Waarom naast alle cadeaus nu ook al niet aankondigen dat er bijvoorbeeld een CO2-taks komt? Dan maakt je als beleidsmaker al duidelijk waar je met je economie naartoe wil.’

‘Je kan niet eeuwig stabiliseren’, zegt ook Marx. ‘Heel veel werknemers zijn in tijdelijke werkloosheid en zullen dat wellicht nog een tijd zijn, terwijl we weten dat heel veel mensen nooit nog naar hun oude job zullen terugkeren. Waarop wachten om die mensen te herscholen? De prikkels zitten vandaag niet juist.’

Maar de sprong maken van stabiliseren naar opbouwen – anders dan we gewend waren – vergt veel politieke moed. Elk faillissement of ontslag is voor de betrokkenen een persoonlijk drama. Zij hebben geen boodschap aan politici met de mededeling dat het anders en misschien zelfs beter wordt.

De omslag vergt bovendien scherpe keuzes. Waarop zetten we de beperkte overheidsmiddelen in? ‘Maar ik vrees dat de overheid die bestuurskracht niet heeft’, zegt De Callataÿ. Zowel die moed als die keuzes vraagt een sterke federale regering die in harmonie met de regio’s het beleid uittekent.