Direct naar artikelinhoud
InterviewMarc Van Ranst

Marc Van Ranst: ‘Als je weer tien mensen kan ontmoeten, doe het dan ook’

Marc Van Ranst.Beeld Tim Dirven

Nu ook de deuren van de horeca weer open mogen, roept viroloog Marc Van Ranst op om even te genieten van de adempauze. ‘Maar doe het met gezond verstand. Grote bevrijdingsfeesten kunnen we nu missen.’ 

In welke fase van de pandemie zijn we nu beland?

Marc Van Ranst: “Er is een verschil tussen de situatie hier en die in grote delen van de rest van de wereld. Wij zitten in de staart van de epidemie of - voor de pessimisten onder ons - de staart van de eerste coronagolf. Maar het virus is niet weg. Er zijn nog altijd nieuwe besmettingen - 122 tijdens de jongste 24 uur. Dat maakt mij niet ongerust, want dat is een vertekend cijfer omdat we voor alle operaties in ziekenhuizen nog altijd screenen op Covid-19. Er zitten dus ook heel wat licht positieven bij die besmet waren en waar nog wat dode viruspartikels in de keel hangen. Zolang de ziekenhuisopnames blijven dalen, hoeven we ons geen grote zorgen te maken. Ik hoop dat de dagelijkse opnames deze week onder de 20 zakken en dat het aantal bezette bedden op intensieve zorg onder 100 kruipt. Wereldwijd marcheert het virus nog flink rond, met per dag 128.000 nieuwe gevallen - hoofdzakelijk in de Verenigde Staten, Brazilië en India. En dat cijfer is nog een grote onderschatting.”

In hoeverre moeten wij daar rekening mee houden?

“De grenzen binnen Europa gaan weer open op 15 juni. Dat is logisch als het virus veel minder voorkomt, maar het is toch met een bang hart. We moeten daar zeer voorzichtig mee omspringen. De reissector is hard getroffen en de klanten zitten op een berg vouchers: ze zullen dus reizen, maar hopelijk houden alle toeristen zich goed aan de maatregelen, zoals afstand bewaren en hygiëne. Met open grenzen hebben wij het niet meer zo goed in de hand. Stel dat Belgen naar Portugal reizen en andersom, maar dat ze in Portugal binnenkort ook de Brazilianen weer toelaten: dan kunnen er snel opnieuw opstoten volgen.”

Wat verwacht u van de heropening van de horeca?

“Epidemiologisch hebben we in deze fase geen redenen om die getroffen sector niet opnieuw te openen, zij het onder strikte voorwaarden. Een koffie of een pintje drinken - bij voorkeur op het terras - is geen énkel probleem, maar als het leidt tot fuifjes en mensen die onder invloed van alcohol veel dichter bij elkaar komen, dan lopen we een groot risico. Corona is niet weg, en als we denken dat we vanaf nu de bevrijdingsfeesten moeten vieren op café en restaurant, dan is dat niet goed.”

Goed nieuws: heel wat mensen willen de kat nog wat uit de boom kijken.

“Die aarzeling is een bekend fenomeen na een lockdown. Net zoals mijn kippen niet naar buiten durven wanneer ik hun ren openzet. Dit voelt heel onwennig omdat veel mensen toch wat smetvrees hebben door corona en misschien zelfs wat mensenschuw zijn geworden. We moeten daar aandacht voor hebben, maar ik zou toch met gezond verstand proberen te genieten van de adempauze die er momenteel is. We hebben daar allemaal nood aan. Als je weer tien mensen kan ontmoeten zonder die strikte maatregelen, doe het dan ook.”

Denkt u dat die kloof van anderhalve meter met mensen buiten het gezin nog zal verdwijnen vooraleer er een vaccin komt?

“Nee, dat denk ik niet. Die anderhalve meter is een gewoonte geworden. We gaan normaler doen dan de voorbije maanden, maar het zal toch nog anders blijven dan vroeger. Zeker wat handen geven betreft. Twee vrienden die elkaar vroeger al eens een knuffel gaven en daar nu ook nood aan hebben, zullen dat nog wel eens kunnen doen. Knuffelen is virologisch minder belastend dan een handdruk, waarmee je meer ziektekiemen uitwisselt.”

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft het voorbije weekend het geweer van schouders veranderd en haar richtlijn over mondmaskers aangepast. Een mondmasker is nu toch aangeraden op drukke, openbare plaatsen.

“Soms leidt de WHO en soms volgt de WHO. Nu volgen zij een aantal landen die daar al de standaard van hebben gemaakt. Als iedereen binnen moet blijven, hebben die mondmaskers geen zin. Maar als de maatschappij weer herneemt, zijn ze nuttig. Zo hebben we het in België ook gedaan. Er zijn de voorbije weken heel wat studies verschenen die mondmaskers nuttig achten wanneer mensen dicht bij elkaar zijn. Daarom hebben wij ze ook verplicht op het openbaar vervoer en raden we ze aan op drukke plaatsen, zoals in winkels en winkelstraten.”

Ik zie er nog altijd heel weinig. Moet dat strenger?

“Ik draag er één in de winkel om het goede voorbeeld te geven. Op dit moment hebben we niet zoveel positieve testen, maar wanneer de epidemie weer zou opflakkeren, ben ik er voorstander van om het advies van 'mondmaskers sterk aangeraden' in winkels naar verplicht te laten gaan. Maar verplicht ze niet op straat. Ik ben gaan fietsen en ik zag een eenzame wandelaar in het bos met een mondmasker op: dat heeft geen enkele zin.”