Direct naar artikelinhoud
ReportageWoon-zorgcentra

Eindelijk weer bezoek in het rusthuis: ‘Ik slik als ik al die doodsprentjes in de gang zie hangen’

Bewoner van woon-zorgcentrum ’t Zand Marcel (92) krijgt opnieuw bezoek van zijn dochter Rita.Beeld Aurélie Geurts

Eindelijk weer bezoek ontvangen op de kamer, in woon-zorgcentrum ’t Zand in Antwerpen mag het. Al zijn de 23 medebewoners die het leven lieten nog niet vergeten. ‘Ik heb een hele week gehuild.’

De Louis Paul Boonstraat op Linkeroever, Antwerpen, halftwee. Voor het eerst in drie maanden komt Rita Torremans (67) binnengewandeld op de kamer bij haar vader Marcel. 92 jaar is hij al en voor de gelegenheid werd zijn beige broek in de plooi gestreken. “Ik word hier ne sukkeleir”, zegt hij al lachend, als hij ziet hoe Rita meteen de planten begint water te geven. “Kom hier, sukkeleirke, zet u neer”, antwoordt ze liefkozend. Ze schenkt hem een fruitsapje in.

Sinds woensdag mogen de inwoners in woon-zorgcentra weer bezoek ontvangen. Ieder centrum mag zelf bepalen hoe dat bezoek georganiseerd wordt, met een maximum van tien bezoekers per inwoner per week. Voorwaarde is dat er anderhalve meter afstand wordt gehouden, dat elke bezoeker een mondmasker draagt en zich registreert. Ook de eigen cafetaria’s en restaurants mogen weer à volonté trappisten en wafels serveren.

Een bevrijding, zo voelt het voor Rita en Marcel. Het longvirus spaarde dit centrum op Linkeroever niet. Minstens 49 van de 117 bewoners raakten besmet met Covid-19, van wie er vermoedelijk 23 aan corona stierven. “Als ik al die doodsprentjes in de gang zie hangen, dan slik ik toch”, fluistert Rita, die lang heeft uitgekeken naar dit moment. Vorige keer zagen ze elkaar nog vanaf drie meter afstand, gescheiden door een dranghek. Ze belden twee keer per dag.

Elf kilo afgevallen

Ook voor directeur Thierry Severi is het spannend om deze stap te zetten. “We hebben een pijnlijke periode achter de rug. Iedereen die je verliest, is er eentje te veel”, zegt de joviale Limburger. ’t Zand gaat dan ook voorzichtiger open dan toegelaten. Voorlopig blijft het bij één bezoeker per kamer. Dat bezoek moet via een online boekingssysteem worden aangevraagd, zodat er maximaal tien gasten per uur binnenkomen. Nadien wordt de kamer volledig ontsmet.

Jean van Biesebroeck (89), ex-Beerschot-speler en de buur van Marcel, vindt het alleszins een heuglijke dag. Vanmiddag mocht hij voor het eerst opnieuw in de eetzaal eten, in plaats van alleen op de kamer. Zijn beste vriend kwam ook al langs. “Of ik zwaar heb afgezien door corona? Niet echt, ik kreeg sowieso al weinig bezoek. Maar het doet wel goed om een babbel te hebben. En ik ben elf kilogram afgevallen door corona. Mijn kleren zijn allemaal te groot.”

Jean van Biesebroeck vindt dat de verpleegkundigen “iets te voorzichtig” zijn.Beeld Aurélie Geurts

Als het van Jean had afgehangen, waren de veiligheidsregels nooit zo strikt geweest. “De verpleegsters zijn iets te voorzichtig”, vertrouwt hij ons toe. Een reactie die Severi de voorbije maanden wel vaker kreeg. “‘Dit is erger dan de Tweede Wereldoorlog’, zeiden ze dan. ‘Toen zaten we tenminste nog dicht bij elkaar.’” Een reactie die hij begrijpelijk vindt. “Een woon-zorgcentrum is geen gevangenis.”

En dan mag Jean nog van geluk spreken, want een belronde langs de Antwerpse woon-zorgcentra toont aan dat velen woensdag nog geen extra versoepeling doorvoerden. Ze wachten minstens af tot maandag. “Cijfers hebben we daar niet van, maar het klopt dat we de centra volledig vrijlaten in hun beslissing”, zegt Liesbeth Wyseur, woordvoerder van de Tasforce Zorg. “Elke voorziening beslist wat ze zelf aankan, en wanneer.”

Het is niet evident om een evenwicht te vinden tussen veiligheid en levenskwaliteit. Zo is het verboden in ’t Zand om familieleden te kussen of te knuffelen. Wat er achter de gesloten deur van hun kamer gebeurt, wordt niet gecontroleerd. “Een kwestie van vertrouwen”, zegt Severi. Bewoners wier coronakapsel uit de hand liep, konden de voorbije weken ook een beperkte knipbeurt krijgen. Risico of niet: niemand loopt er graag onverzorgd bij.

Samen tuinieren mag weer in woon-zorgcentrum 't Zand in Antwerpen.Beeld Aurélie Geurts

Onder adrenaline

In de binnentuin werkt de 60-jarige verzorgster Linda samen met een groepje ouderen in de moestuin. Onder hen ook Julia, die met haar 103 jaar de oudste bewoonster is, en Elisa (‘Ik ben geboren op 14 mei, maar het jaartal ben ik vergeten’). Normaal gaan Julia en Elisa graag naar de Lidl om de hoek om koekjes en appelsienen te kopen. Nu blijft het bij tuinieren en af en toe een spelletje petanque. De twee kijken uit naar hun herwonnen vrijheid.

“Ik heb veel respect voor onze inwoners, want ze hebben het toch maar gedaan”, zegt Linda. Al werd ze zelf ook zwaar op de proef gesteld. Op haar afdeling stierven veertien bewoners aan corona, en zelf testte ze ook positief. “Ik had toen gelukkig net twee weken vakantie”, vertelt ze. Tot dan toe had ze gewoon op adrenaline doorgedaan. “Tijdens die eerste week vakantie heb ik dan wel mijn knak gekregen. Ik heb de hele week gehuild.”

Op de achtergrond worden de aardbeien in de moestuin zorgvuldig geïnspecteerd. Met een jeugdig enthousiasme halen Elisa en co een lading flink opgeschoten radijzen uit de grond. Corona lijkt even heel ver weg.

De oogst: verse radijsjes.Beeld Aurélie Geurts