Vlaams mobiliteitsminister Lydia Peeters (Open VLD) "heeft begrip" voor kritiek op vlucht Brussel-Antwerpen

Iets meer dan 40 kilometer, zo ver ligt Antwerpen van Brussel in vogelvlucht. Toch nam Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters afgelopen dinsdag het vliegtuig om van Brussel naar Antwerpen te gaan. Geen pendelvlucht, maar een actie om de heropening van de regionale luchthavens na de coronasluiting en de staatssteun voor die luchthavens in de verf te zetten. Het initiatief kwam onder meer van de Limburgse luchtvaartondernemer Philippe Bodson, die privévluchten organiseert.

De uiterst korte vlucht, als onderdeel van het persmoment, botst op heel wat kritiek, in de eerste plaats van milieuorganisaties. "Is de klimaatcrisis aan de minister voorbijgegaan?", vraagt Joeri Thijs van Greenpeace zich af. "Regionale luchthavens zijn helemaal niet essentieel en een bron van schadelijke en perfect vermijdbare CO2-uitstoot", vult Koen Stuyck van WWF aan.

"Dit is een compleet verkeerd signaal", zegt ook Imade Annouri van de partij Groen. "In verschillende buurlanden worden korte vluchten afgeschaft en wordt er in de plaats geïnvesteerd in treinverbindingen. Ik zou toch liever zien dat de minister van Mobiliteit daarin voorop loopt, in plaats van een luchtvaartbedrijf een hart onder de riem te steken."

Bekijk hier beelden van de vlucht (en lees voort onder de video):

Minister Peeters zelf slaat nu mea culpa. "Ik ben ervan overtuigd dat de regionale luchthavens een toekomst hebben in Vlaanderen, gezien hun economische belang. Uiteraard moet de luchtvaartsector ook initiatieven nemen om duurzamer te worden. Zij werken daar samen met de overheden aan en die initiatieven ondersteun ik volop. Mobiliteit en duurzaamheid zullen hand in hand moeten gaan. Ik heb dan ook begrip voor de kritiek op de persvlucht van afgelopen dinsdag. Mijn aanwezigheid op de persconferentie zelf had moeten volstaan."

Volgens Joeri Thijs van Greenpeace gaat Lydia Peeters daarmee voorbij aan wat volgens hem de kern van de zaak is. "Het probleem is niet enkel de perceptie. Het probleem is dat uw steun aan korte (privé-)vluchten en kleine verlieslatende luchthavens totaal haaks staat op een mobiliteit in lijn met de uitdaging van de klimaatcrisis", schrijft Thijs op Twitter.

Bekijk hier het verslag van "Het Journaal" met daarin een reactie van minister Peeters (lees voort onder de video):

"Vanuit ecologisch en economisch standpunt lijkt die actie van minister Peeters inderdaad de beste move", reageert ook transporteconoom Wouter Dewulf (Universiteit Antwerpen). "Zulke korte vluchten hebben geen zin. En er is een duidelijke tendens richting treinreizen. Als er een snelle treinverbinding is, smelt het luchtverkeer snel weg."

Minister Peeters wou met haar actie de Vlaamse regionale luchthavens in de kijker zetten. "In Europa zien we dat regionale luchthavens nog altijd erg populair zijn", aldus Wouter Dewulf. "Zij ondersteunen het centrale luchtvaartbeleid. Klassiek is er één grote luchthaven per land en dan zijn er een aantal regionale luchthavens die zich op een aantal deeltaken focussen om de last te spreiden. En in België hebben we twee zeer succesvolle regionale luchthavens: Charleroi en Luik."

Dewulf noemt dus twee Waalse luchthavens, niet de regionale luchthavens in Oostende, Deurne of Wevelgem. "De Waalse gewestregering is daar de afgelopen tijd inderdaad toch iets dynamischer in geweest. Een luchthaven is heel goed voor de regionale economische ontwikkeling, ook naar tewerkstelling voor laaggeschoolden. Het Waalse luchtvaartbeleid kan je een groot succes noemen. Het kost wel wat geld aan subsidies."

Volgens transporteconooom Dewulf probeert men ook door de Vlaamse luchthavens "een nieuwe wind te laten waaien". "Oostende focust zich wat op cargo en dat gaat de afgelopen tijd goed. Antwerpen probeert zich te focussen op privézakenvluchten. En het sop is de kolen wel waard, denk ik. Als we al onze eieren in de mand moeten leggen van één centrale luchthaven, lijkt me dat niet verstandig."

Beluister het interview met transporteconoom Wouter Dewulf in "De wereld vandaag": 

Mobiliteitsminister Peeters sprak vandaag in de commissie Mobiliteit van het Vlaams Parlement over een heel andere kwestie: de beheersovereenkomst met de Vlaamse openbaarvervoersmaatschappij De Lijn. De minister wil die een jaar langer laten gelden. In de beheersovereenkomst worden de rechten en plichten tussen de Vlaamse overheid en de vervoersmaatschappij voor enkele jaren vastgelegd. Normaal moest er volgend jaar een nieuwe overeenkomst ingaan.

De Lijn moet op zoek naar een nieuwe topman nu Roger Kesteloot heeft aangekondigd dat hij zijn mandaat eind dit jaar vervroegd wil neerleggen. Maar dat is voor minister Peeters niet de enige reden om een nieuwe beheersovereenkomst uit te stellen. Er is ook een benchmarkstudie bezig over De Lijn. De vervoersmaatschappij moet daarin goed scoren om het kernnet en het aanvullend net in Vlaanderen te kunnen blijven bedienen.

"De benchmarkstudie is essentieel met oog op het verdere verloop van het openbaarvervoeraanbod", legde Peeters uit. "We hebben er alle vertrouwen in dat die benchmarkstudie goed zal aflopen voor De Lijn en dat we in de loop van 2021 kunnen werken aan een nieuwe beheersovereenkomst. Dat kan dan in alle rust en met alle partners."