Getty Images

Onderzoek naar verleden wolhandkrab in Nete: "Tijdens de oorlog zouden mensen de krabben hebben gegeten"

In Grobbendonk staat er al jaren een krabbensleuf in de Nete waarin onderzoekers de Chinese wolhandkrab vangen. Onderzoeker Jonas Schoelynck roept nu de hulp in om het verleden van de wolhandkrab te onderzoeken.

In 2018 ontwikkelde de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) in samenwerking met de Universiteit Antwerpen een manier om krabben te vangen. In Grobbendonk werd op de bodem van de Nete een sleuf geplaatst, waarin de krabben kruipen of vallen. De diertjes werden verwijderd, omdat ze het ecosysteem in de rivier aantasten.

Er zitten maar enkele wolhandkrabben in de Schelde, terwijl er miljoenen in de Nete zijn

Jonas Schoelynck

In 1912 kwam de krab voor het eerst aan in Duitsland en rond 1930 in de Schelde. Er zaten maar enkele dieren in de Schelde, terwijl er miljoenen krabben in het Netebekken zitten. Het verhaal staat in Gazet van Antwerpen. "De mensen die mij aanspraken, hadden hun informatie van horen zeggen. Dat zette me aan het denken of de krabben effectief tijdens de oorlog al massaal in de Nete zaten en werden opgegeten of dat het een recent verschijnsel is", vertelt onderzoeker Jonas Schoelynck in het programma "Start je dag" op Radio 2 Antwerpen.

Delicatesse

In China is de wolhandkrab een delicatesse. "Tijdens het oogstseizoen van de wolhandkrabben zijn er heel wat festiviteiten in China. Het is er een echte delicatesse. Bij ons wordt ze niet gegeten, omdat het wettelijk niet mag. De dieren leven in het slib van de rivier en hebben daarom heel wat zware metalen binnengekregen. Het wordt het ook afgeraden ze te eten", zegt Schoenlynck.

Oproep

De onderzoekers doen een oproep om hen te helpen bij het onderzoek naar de geschiedenis van de wolhandkrab. Ze zoeken mensen die zich nog iets herinneren van de wolhandkrab of mensen die een fotoalbum hebben liggen van die tijd. Als je informatie hebt, mag je een e-mail sturen naar wolhandkrab.uantwerpen@outlook.com.

Meest gelezen