Het einde van Leopold II is niet het einde van de geschiedenis

Volgens professor Frank Gerits moet Leopold II niet uit het straatbeeld verdwijnen omdat hij een verschrikkelijk figuur was, maar omdat hij het hart vormde van de Belgisch koloniale propaganda. Het weghalen van standbeelden of het installeren van Afrikaanse kunst in de publieke ruimte gaat minder over het uitwissen van geschiedenis en meer over het definitief beëindigen van een oud propagandaverhaal. 

opinie
Frank Gerits
Frank Gerits is Assistant Professor in the History of International Relations aan de Universiteit van Utrecht, Research Fellow aan de University of the Free State in Bloemfontein en External Fellow aan Shanghai University.

Leopold II moet niet uit het straatbeeld verdwijnen omdat hij een verschrikkelijke figuur was, maar omdat hij het hart vormde van de Belgische koloniale propaganda. Argumenten ten gunste van het koloniale project konden na de overname door België in 1908 verder blijven leven dankzij de figuur van Leopold II. De verwijdering van zijn standbeeld of het opstellen van andere standbeelden is dus een zaak van betere geschiedschrijving, niet een verwijdering van geschiedenis.

De standbeelden van Leopold II staan ter discussie. Activisten stellen dat ze verwijderd moeten worden. Niet alleen zijn die beelden een voortdurende herinnering aan de vernederingen van het kolonialisme, ze zijn eveneens een versteende verheerlijking van een massamoordenaar die te vergelijken is met Pol Pot of Hitler.

Tegenstanders stellen dat we niet de geschiedenis moeten uitwissen. Beide argumenten zijn evenwel ahistorisch. Als we een maatschappelijk debat willen aangaan over het koloniale verleden, moeten we niet alleen begrijpen wat er maatschappelijk gezien op het spel staat, maar analyseren waar de lange schaduw van Leopold II vandaan komt.   

Leopold II was even erg als andere imperiale figuren

In deze debatten wordt er vaak verwezen naar andere koloniale rijken waar er eveneens wandaden begaan zijn. Er wordt ook gekeken naar andere figuren zoals Winston Churchill omdat ook zij racistisch waren.

Leopold II was inderdaad een kind van zijn tijd. Hij was geen Hitler of Pol Pot, twee figuren waar hij vaak mee vergeleken wordt. De Belgische vorst werd niet gedreven tot moord door een genocidale ideologie, maar was meer geïnteresseerd in het maken van winst op de rug van Afrikaanse dwangarbeiders.

Leopold wilde zoals andere 19de -eeuwse Europese staatshoofden een kolonie omdat het de snelste weg was naar meer diplomatieke invloed en macht. Uniek daarbij is dat Leopold op de Conferentie van Berlijn in 1884-1885 kon afdwingen dat zijn Association internationale du Congo het grondgebied in het hart van Afrika verwerft omdat hij beloofde vrijhandel te zullen garanderen.

De campagne die tegen Leopolds bewind op gang kwam en leidde tot de overname door België in 1908, kwam evenwel niet alleen voort uit morele verontwaardiging over Leopolds schrikbewind. De campagne werd ook ten dele gedreven door het feit dat Leopold II zijn belofte verbrak en het vrijhandelssysteem ondergroef. 

Leopold II is niet zomaar een historisch figuur met een verbrand randje. De Belgische propagandadiensten zetten hoog in op de vorst om het koloniale project te verdedigen

Problematisch is evenwel dat Belgische politici die dualiteit na 1908 aangrepen om de Belgische koloniale claim te verdedigen. Andere koloniale mogendheden mochten België niet bekritiseren omdat ook zij boter op het hoofd hadden. België zal tot de Congolese onafhankelijkheid in 1960 dan ook alles op alles zetten om aan te tonen dat het een ‘modelkolonie’ runt en dat het – als klein land – ook kan wat de Britten en Fransen kunnen. Vooral na de Tweede Wereldoorlog zal België daarom inzetten op de economische en sociale ontwikkeling van Congo.

Door vandaag het moreel relativistische argument op tafel te leggen, worden dus koloniale rechtvaardigingen gerecycleerd. Dat is problematisch.

Leopold II als Belgische propaganda

Een tweede argument om de standbeelden te laten staan is intuïtiever: waar eindigt dit dan? Als we iedereen met een dubieus verleden van de sokkel moeten halen, blijft er binnen de kortste keren geen standbeeld meer over. Het is een overtuigend argument. Maar opnieuw, Leopold II is bijzonder. Leopold is niet zomaar een historische figuur met een verbrand randje. De Belgische propagandadiensten in New York en Léopoldville zetten namelijk hoog in op de vorst om het koloniale project te verdedigen. Hun aanpak bevatte echo’s van argumenten die we vandaag opnieuw horen. 

De beelden van Leopold II zijn problematisch omdat de koning een verrassend vruchtbare voedingsbodem vormde voor de legitimatie van het Belgische kolonialisme

The Belgian Government information Office in New York zette in 1949 bijvoorbeeld alles op alles om aan te tonen dat de Belgische inspanningen niet zo verschillend waren van de Amerikaanse ontwikkelingshulp aan Afrika. Die propagandacampagne werd opgezet omdat ambtenaren vaststelden dat schoolkinderen in de Verenigde Staten alleen toegang hadden tot boeken die Leopold II in een slecht daglicht stelden.

Wanneer Afrikaanse nationalisten in 1958 de Europese slavenhandel veroordeelden, in speeches op de Pan-Afrikaanse conferentie in Ghana, was Inforcongo er als de kippen bij om de mythe dat Leopold II de Arabische slavenhandel had uitgeroeid, nieuw leven in te blazen. Om koloniale ambtenaren een ideologisch doel te geven werden er talloze monumenten in de kolonie opgetrokken om de ‘helden’ te herdenken die de Arabische slavenhandelaars uit het Congobekken hadden verdreven. Tot op het laatste moment werd er teruggegrepen naar Leopold II.

Boudewijn stelde Leopold II nog steeds voor als ‘beschaver’ in zijn speech op Congo’s onafhankelijkheidsdag, een term die geïntroduceerd was door Premier Gaston Eyskens omdat de vorst zelf het nog had over een ‘bevrijder’. 

De beelden van Leopold II zijn dus niet problematisch omdat ze een gecontesteerde historische figuur voorstellen, maar omdat de koning een verrassend vruchtbare voedingsbodem vormde voor de legitimatie van het Belgische kolonialisme.

Het weghalen van standbeelden of het installeren van Afrikaanse kunst in de publieke ruimte gaat minder over het uitwissen van geschiedenis en meer over het definitief beëindigen van een oud propagandaverhaal. Wat tijdsgenoten ook dachten van de man zelf, hij bleef tot 1960 en daarna het ideologische fundament waarop het Belgische koloniale verhaal kon blijven bouwen. Is dit vandaag nog wel een goede basis voor de maatschappelijke discussie?

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen