Een boorplatform in de Golf van Mexico.
2010 Getty Images

Dwingt de coronacrisis oliemaatschappij British Petroleum om olievelden onaangeroerd te laten?

Gaan we na de coronacrisis nog terug naar de wereld van voordien? De oliemaatschappij British Petroleum (BP) denkt alvast van niet. Onder andere door dalende olieprijzen verwacht het bedrijf 13,5 tot 17 miljard dollar (12 tot 15,1 miljard euro) minder winst te zullen maken.

In een persbericht stelt BP dat het al langer aan een heroriënteringsoefening voor het bedrijf werkte en dat de coronacrisis een en ander heeft versneld.

“BP heeft zijn portfolio en belangrijkste ontwikkelingsplannen herbekeken”, luidt het. “BP [...] voorziet nu een blijvende impact [van de COVID-19-pandemie] op de wereldeconomie, met een mogelijke lagere energievraag voor langere tijd. Bovendien verwacht het management ook steeds meer dat de nasleep van de pandemie de overgang zal versnellen naar een economie en een energiesysteem met een lagere koolstofafdruk.”

Samen met de vraag ziet BP ook de marktwaarde van gas en olie dalen. Zo zou een vat ruwe olie tegen 2050 nog 55 dollar (48,8 euro) waard zijn, 30 procent minder dan vandaag.

In Brussel werden er tijdens de coronacrisis nieuwe fietspaden aangelegd. BP voorspelt dat de nasleep van de coronacrisis de overgang zal versnellen naar economieën met een lagere koolstofimpact.

Het persbericht lijkt zelfs te insinueren dat BP genoodzaakt zal zijn om sommige olie- of gasvelden niet meer te exploiteren, doordat het sop de kool niet meer waard zou zijn. “BP herbekijkt ook of het sommige doelwitten die het in het vooruitzicht heeft, nog zal ontwikkelen”, luidt het enigszins omfloerst. Onze vraag om verduidelijking bij de Belgische woordvoerder van BP bleef op moment van publicatie van dit stuk onbeantwoord.

De laatste keer dat BP zo’n zware financiële tegenslag moest incasseren, was na de olieramp met het boorplatform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico. Die ramp kostte het bedrijf alleen al in 2010 meer dan 30 miljard dollar (26,6 miljard euro). Dat kostenplaatje liep intussen verder op tot meer dan 70 miljard dollar (62,1 miljard euro) aan onder meer schoonmaakkosten, vergoedingen en gerechtelijke kosten.

Vandaag de dag toont BP een heel ander gezicht. Zo sprak het bedrijf eerder dit jaar, net zoals andere oliebedrijven als Shell en Total, de doelstelling uit om "tegen 2050 of vroeger" koolstofneutraal te worden.

Luister hier naar een toelichting van William De Vijlder, hoofdeconoom bij BNP Paribas, en lees voort onder de audio:

Positief signaal

Jos Delbeke, klimaatexpert en voormalig directeur-generaal voor het Klimaat bij de Europese Commissie, noemt het nieuws voorzichtig “bemoedigend”. “De oliebedrijven zijn dinosaurussen die vastgekluisterd zitten aan hun strategieën uit het verleden. Ze hebben olievelden gespot en gekocht en daar vergoedingen voor betaald. Maar tegelijk zullen ze de transitie moeten maken als ze in de business willen blijven. Als zo’n bedrijf als BP nu het signaal geeft dat het de transitie wil inzetten naar koolstofneutraal, dan vind ik dat heel positief."

"Al blijft de vraag natuurlijk op welke manier ze dat precies zullen doen", vult hij aan. "Dat komen we voorlopig niet te weten. En 2050 is nog veraf.”

Het stenen tijdperk kwam niet ten einde doordat de stenen op waren, maar doordat er betere technologieën kwamen

Ronnie Belmans (Energyville) citeert de voormalige Saudische minister van Olie

Delbeke wijst ook op de rol die aandeelhouders kunnen spelen bij zo'n beslissing. Zij roepen bedrijven steeds vaker ter verantwoording. “Zo hebben ook een aantal ngo’s en grote investeerders, zoals pensioenfondsen, zich in heel wat bedrijven verzekerd van een strategische rol door aandelen op te kopen. In de jaarlijke vergadering van de aandeelhouders dwingen zij dan de CEO en de raad van bestuur tot meer duurzame oplossingen.”

Stenen tijdperk

En de concurrentie? Gecontacteerd door VRT NWS toonden Total en Shell zich eerder terughoudend om te reageren. Woordvoerders van beide bedrijven verwezen naar hun eigen kwartaalrapporten. Daarin is (nog) geen sprake van olie- of gasvelden afschrijven, zoals BP lijkt te zullen doen. Maar ook concurrent Total schat dat de prijs van een vat olie, na een korte stijging, tegen 2050 zal terugvallen naar 50 dollar (44,4 euro). Dat is nog 5 dollar goedkoper dan de ramingen van BP.

Voor Ronnie Belmans, CEO van het onderzoekscentrum voor hernieuwbare energie EnergyVille, klinkt het als een logische stap. “Sjeik Yamani, de voormalige Saudische minister van Olie, zei het al: het stenen tijdperk kwam niet ten einde doordat de stenen op waren, maar doordat er betere technologieën kwamen. Hernieuwbare energie heeft de voorbije tien jaar grote stappen vooruit gezet ten opzichte van fossiele energie, zowel wat betreft de prijs als de opslag.”

Is dit dan het einde voor die grote oliebedrijven? “Het zal er voor hen op aan komen zo snel mogelijk de transitie te maken” denkt Belmans. “Sommigen zullen het halen en andere niet. En als BP nu daadwerkelijk de stap zet en daarmee bij de eersten is, maken ze een betere kans.”

Meest gelezen