Franstalige jeugdrechters laten minderjarigen gaan uit protest

Om het personeelstekort aan te klagen ontvangen Franstalige jeugdrechters sinds maandagmorgen geen minderjarige verdachten meer op hun kabinet. Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) reageert dat er versterking is toegezegd.

Vorige week stuurden de rechters al een brief naar het kabinet van Geens, om het personeelstekort aan te kaarten. Ze dreigden om alle minderjarige verdachten vrij te laten als het personeelstekort niet werd aangepakt. Volgens de jeugdrechters kwam er geen reactie op de brief.

‘We hebben besloten om ons te concentreren op de minderjarigen die zich in een precaire toestand bevonden en op de afspraken die reeds gepland staan in lopende dossier’, zegt jeugdrechter Michèle Meganck aan VRT. ‘We kunnen met twee mensen niet blijven het werk van vier personen uitvoeren. Alle minderjarigen die zondagavond, - nacht en maandag werden opgepakt, worden niet ontvangen op ons kabinet. Ze worden dus vrijgelaten.’ Er werd maandag al minstens één minderjarige vrijgelaten die normaal ter beschikking had gesteld moeten worden van de jeugdrechter. Elke persoon die nu wordt vrijgelaten, krijgt later wel een uitnodiging om verhoord te worden.

De jeugdrechters willen de actie volhouden tot er overleg kan plaatsvinden met minister Geens. Via een woordvoerder reageert Geens dat de situatie bij de Franstalige rechtbank van eerste aanleg ‘inderdaad ernstig’ is. ‘De bezetting bedraagt momenteel 79 procent. We zijn ons bewust van de situatie, maar er is versterking toegezegd’, laat woordvoerder Sieghild Lacoere weten. Er zijn 45 procedures lopende voor griffiers en 21 vacatures voor administratief gerechtspersoneel.

De voorzitter van de kamercommissie Justitie, Kristien Van Vaerenbergh (N-VA), erkent dat de rechters in moeilijke omstandigheden moeten werken, maar vindt de actie van de Franstalige rechters onverantwoord: ‘Op kap van minderjarigen actie voeren, is jeugdrechters onwaardig. Door op deze manier druk te zetten, ontloopt de rechterlijke macht haar verantwoordelijkheid. Ook de veiligheid van de samenleving moet verzekerd worden.’