Direct naar artikelinhoud
ReportageMatongé

Congolese Belgen in Matongé: ‘Wie echt spijt heeft, zegt sorry’

Een poging om het Leopold-II-beeld op het Troonplein te bedekken liep met een sisser af.Beeld Tim Dirven

De boodschap van koning Filip gaat over de tongen in de Brusselse Matongéwijk. Voor de grootste Congolese gemeenschap van ons land is 60 jaar onafhankelijkheid eerder een dag van aanklacht dan van feest. ‘We willen volledige onafhankelijkheid.’

Het is druk in de kapsalons en nagelsalons in de winkelgalerij aan de Brusselse Naamsepoort. Op een zucht van hier, aan de overkant van de ring, lag ooit het kloppend hart van de Belgische kolonisatie-industrie. Aan deze kant, in Elsene, woont sinds de jaren 60 de Congolese diaspora. Jong tot oud is vandaag bezig met de ‘dipenda’.

“Ik was toch verbaasd toen mijn zoon van 17 deze ochtend zei: ‘vandaag is het ons feest’”, zegt Blandine Nkumu (45), uitbaatster van haar eigen kapsalon. “Het was de eerste keer dat hij zich zo uitdrukte als Congolees.”

Nkumu heeft de brief van koning Filip gelezen. Net als historicus Zana Etambala ziet ook Nkumu het als ‘een eerste etappe’. “Als je de gruwel niet erkent, dan ontken je de meest evidente waarheid.”

Buiten, op de Waversesteenweg, hebben onbekenden Congolese vlaggetjes aangebracht in de straat. Nu versieren ze het standbeeld ‘Au dela de l’espoir’ van Freddy Tsimba, dat opgebouwd is uit kogelhulzen. Een van hen is een 36-jarige man die zich Bobo laat noemen. Geboren in Kinshasa, maar opgegroeid in Brussel.

“Voor ons is het tijd dat de koning de misdaden in Congo erkent, dus zijn brief is goed. En net op deze dag, voor mij de ‘dag van de aanklacht’. We willen volledige onafhankelijkheid. België is veel aan Congo verschuldigd. Wie echt spijt heeft, zegt sorry. Terwijl Belgen welvaart kennen, lijden de Congolezen. Het geld gaat nog altijd naar het Westen.”

Congolese Belgen in Matongé: ‘Wie echt spijt heeft, zegt sorry’
Beeld Tim Dirven

Meerdere Congolese Belgen hier zeggen hetzelfde, ze willen échte of complete onafhankelijkheid. De dag begon in Elsene nochtans een stuk minder strijdvaardig, met muziek aan het gemeentehuis, en de onthulling van een gedenkplaat door premier Sophie Wilmès (MR). Terwijl Nederlandstaligen zich storen aan het schabouwelijke Nederlands op de gedenkplaat (‘het 60ste verjaardag’, ‘ingehuld door’), vallen Congolese Belgen over de inhoud: de eerste vier regels van ‘Indépendance Cha-Cha’, een lied dat onlosmakelijk verbonden is met de onafhankelijkheid.

“Dat is toch met de mensen lachen”, zegt Mireille-Tsheusi Robert van Bamko, een vzw tegen racisme van mensen van Afrikaanse origine. “Wat is dat nu voor een boodschap?”

“Wat een moed”, staat ironisch op de Facebook-pagina van Cafe Congo, een vzw die artiesten met Afrikaanse roots ondersteunt.  

Bedekt met doeken

Bamko en Cafe Congo hebben ‘artistieke interventies in de openbare ruimte’ gepland, te beginnen aan het ruiterstandbeeld van Leopold II, op het Troonplein, dat de laatste weken flink besmeurd is. Het leek de organisaties geen aangename gedachte dat Leopold II vanuit de hoogte op zijn paard zou toekijken hoe zij feestvieren op het nabijgelegen Lumumbaplein. Ze bedachten een actie binnen de grenzen van de wet.

“We gaan het bedekken met doeken”, zegt Mireille-Tsheusi Robert, terwijl ze haastig doorstapt. “De pers staat al te wachten!”  

Het standbeeld is opgericht onder Leopolds opvolger, Albert I, in 1926. Via een crowdfunding-avant-la-lettre werd geld ingezameld. Een bordje aan de achterkant van de sokkel herinnert eraan dat het tin en koper voor het brons is geschonken door Union Minière du Haut-Katanga. Vijf jaar voor zijn legendarische speech bij de onafhankelijkheidsverklaring, in 1955, heeft Patrice Lumumba aan dit standbeeld nog een krans neergelegd, een verplichte halte voor alle ‘évolués’ die naar Brussel kwamen.

Een ladder wordt aangedragen, iemand werpt een doek over de hals van het paard. Met een koord binden de actievoerders de benen van het paard aan elkaar. Veel verder dan dat komt het niet. Het paard is te hoog en de aanwezigheid van een politiecombi te dreigend om de actie voort te zetten. De camera van persbureau Reuters blijft draaien, met meer volharding dan de actievoerders. De aanwezige pers druipt af, richting Lumumbaplein. 

Homme Canette

Het onooglijke pleintje aan de Naamsepoort is exact twee jaar geleden ingehuldigd. Congolese artiesten brengen een performance in robotkostuums, maar de meeste indruk maakt ‘Homme Canette’, de golem van de Congolese kunstenaar Eddy Ekete.

‘Homme Canette’ en Salomé Ysebaert en haar moeder.Beeld Tim Dirven

De 25-jarige Salomé Ysebaert, studente Afrikaanse studies, staat erop te kijken met haar moeder. Haar vader woont in Congo. Ze is in de wolken dat ze deze ochtend kon opstaan met het nieuws van de brief van koning Filip. 

“Het viel me op dat hij het woord ‘gruwel’ gebruikte én zowel naar de periode van Kongo Vrijstaat verwees als daarna”, zegt Ysebaert. “Hij maakt ook terecht de brug met het racisme vandaag dat rechtstreeks voortvloeit uit de kolonisatiepropaganda. Ik hoop dat zo het besef groeit bij de gemiddelde Belg.”

Maar ook Ysebaert ziet de brief vooral als een start. “Ik hoop echt dat het hier niet bij stopt.” Achter haar brengen actievoerders ondertussen een spandoek aan: “In 2020 eist het Congolese volk effectieve onafhankelijkheid.” Verderop heeft Leopold II het gezelschap gekregen van drie bewakers van de lokale politie. Het doek over het paard is alweer verdwenen.  

Salomé Ysebaert (r.) en haar moeder (l.)Beeld Tim Dirven
Homme Canette
Beeld Tim Dirven