Zestien Europese banken, waaronder KBC, BNP Paribas, ING en Deutsche Bank, kondigen de ontwikkeling van een pan-Europees betaalsysteem aan. Dat zal de strijd aan gaan met internationale betaalsystemen als Visa, Mastercard en PayPal.
Het project heet European Payments Initiative (EPI). De ambitie is om de Europese standaard te worden voor betalen, zowel in de winkel, online als onder consumenten, en voor geldafhalingen. EPI wil ook een digitale portefeuille voor Europese consumenten aanbieden en een betaalsysteem voor handelaars, vergelijkbaar met wat spelers als Visa en Mastercard aanbieden.
De eerste toepassingen moeten in 2022 het levenslicht zien. Als eerste stap wordt een Brusselse vennootschap opgericht die de operationele spil wordt van het project.
Pro Europa
Zestien banken uit zes eurozonelanden (België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Italië en Spanje) zijn bij het project betrokken. Het staat nog tot einde dit jaar open voor bijkomende deelnemers. Voor de anekdote: het project heette eerst Pepsi (Pan-European Payment System Initiative), maar die naam werd verlaten.
Er schuilt een filosofisch-politieke boodschap achter het initiatief, want het gaat om een duidelijke ondersteuning van de Europese eenheidsmarkt. Met hun initiatief hopen de stichtende banken de EU een eigen ruggengraat te geven op het vlak van betalingen, bankieren en financiële technologie. Het project zegt te willen ingaan tegen de fragmentering van allerhande betaalsystemen binnen de EU.
Het project, dat toevallig gelanceerd wordt in volle Wirecard-crisis, heeft de steun van de Europese Centrale Bank en de Europese Commissie.
Dit zijn de stichtende banken:
- BBVA
- BNP Paribas
- BPCE
- CaixaBank
- Commerzbank
- Crédit Agricole
- Crédit Mutuel
- Deutsche Bank
- DSGV
- DZ Bank
- ING
- KBC
- La Banque Postale
- Santander
- Société Générale
- UniCredit
