Direct naar artikelinhoud
Het paleis

Van Filip Flater tot modelvorst: wat zit er achter de metamorfose van onze koning?

Koning Filip op wandel in de Ardennen.Beeld Reporters / GYS

Koning Filip schreef een brief, en – om De Mens te parafraseren – hij blijkt te weten hoe dat moet. De kroonprins, die voortdurend leek te struikelen over zijn woorden en zijn eigen voeten, is in zeven jaar tijd een moderne monarch geworden.

Maandag 29 juni, op het kernkabinet, helemaal aan het einde van de vergadering. Premier Sophie Wilmès (MR) deelt de brief uit van de koning met zijn spijtbetuiging aan Congo. Elke vicepremier krijgt een exemplaar onder zijn neus. “Ik verwachtte een brief op zijn Belgisch”, zegt een van de aanwezigen. “Supervoorzichtig, met wat goedbedoelde beleefdheidsfrases. Maar het epistel was een aangename verrassing.” In de brief staat twee keer ‘geweld’, en dat schrappen ze. De regering suggereert ook ‘wreedheden’ in plaats van ‘gruweldaden’, maar daar gaat het paleis niet op in. Veel meer verbeteren ze er niet aan.

Ze praten nog even over de plechtigheid in Elsense die de premier zal bijwonen en beslissen wat ze tegen de internationale pers zullen zeggen. Niemand oppert dat er echte excuses moeten volgen. Na 20 minuten leveren alle vicepremiers hun kopie weer in, op uitdrukkelijke vraag van de premier.

Die voorzorgsmaatregel blijkt niet onterecht. Nog voor de brief Kinshasa heeft bereikt, krijgt het paleis telefoontjes van journalisten. Of het klopt dat er een statement van de koning komt? De persdienst wimpelt alles af. Via de ambassade in de Congolese hoofdstad wordt het koninklijk epistel nog maandagavond bezorgd aan de entourage van president Félix Tshisekedi. Pas daarna belt de woordvoerder van het paleis zelf enkele journalisten op. De volgende ochtend is de brief wereldnieuws.

Tot begin vorige week leek het koningshuis nochtans blind en doofstom voor de gruwel in Congo-Vrijstaat, die onder het persoonlijk bewind stond van Leopold II, de betovergrootoom van koning Filip. Meermaals porden ministers Filip aan om diens bloedig regime te veroordelen, maar hij bougeerde niet.

Eind 2018 bleef de koning nog weg bij de heropening van het AfricaMuseum in Tervuren. Officieel omdat de veiligheid van de vorst niet kon worden gegarandeerd in het half afgewerkte museum, maar eigenlijk vooral omdat Filip bang was voor demonstranten. Directeur Guido Gryseels heeft Filip wel meermaals gebrieft over het kolonialisme, en dus over de akeligste bladzijden uit zijn eigen familiekroniek, maar daar legde de koning nooit publieke verklaringen over af.

Ook tijdens de protesten na de dood van George Floyd blijft de koning zwijgen. Een rondvraag in zijn entourage leert dat hij dan al volop bezig is met zijn brief, en de premier daarvan op de hoogte brengt tijdens haar wekelijkse audiëntie op het paleis. De kabinetschef van de koning, Vincent Houssiau, overlegde ook meermaals met de Wetstraat 16.

De boeken die de brief inspireerden

In die dagen gaf hij de opdracht aan zijn adviseurs om alle artikels over de protesten en de beeldenstorm tegen Leopold II te verzamelen en samen te bespreken. Ook enkele standaardwerken – Congo van David Van Reybrouck en Koloniaal Congo van Idesbald Goddeeris – worden erbij gehaald, net als de notities van zijn voorgangers Albert I en Leopold III over Congo uit het Koninklijk Archief. De koning kent Van Reybrouck trouwens al langer, en las vroeger zijn boek. Ook Nadia Nsayi, auteur van Dochter van de dekolonisatie en columniste van deze krant, werd op het kabinet van de koning ontvangen.

Er werd lang geschaafd en gebeiteld aan de tekst, en er werd lang over gediscussieerd hoe ver de koning kon gaan. “Een spijtbetuiging per brief leek de beste manier om zijn sentimenten uit te drukken”, zegt Rafike Yilmaz, zijn woordvoerder. “Oorspronkelijk was hij uitgenodigd voor de viering van zestig jaar onafhankelijkheid in Kinshasa, maar toen kwam corona.” Hoewel de regering en het paleis benadrukken dat Filip zelf de pen vasthield, twijfelt niemand eraan dat zijn huidige kabinetschef, Vincent Houssiau, en zijn adviseurs, hem een handje hielpen.

Etienne Davignon, al jaar en dag vriend van de koning, steunde hem in zijn onverwachte demarche. Davignon was erbij, als jonge snaak, tijdens de gesprekken tussen België en Congo over de onafhankelijkheid. En hij aanhoorde, zestig jaar geleden, de speech van koning Boudewijn in Kinshasa waarin die nog “het genie van Leopold II” aanprees. “Het verlies voor Congo was een ramp voor Boudewijn”, duidt Rik Van Cauwelaert, koningshuiskenner en columnist bij De Tijd. “Filip is opgeleid door Boudewijn, maar die zou dit nooit gedaan hebben. Hier heeft hij zijn leermeester overstegen.”

Op een markt in Waver - met mondmasker, zonder geld.Beeld Photo News

Maar wie zijn de andere influisteraars van koning Filip? Naast Davignon blijft ex-kabinetschef Van Daele zijn klankbord. Van Daele is een diplomaat met een indrukwekkende staat van dienst bij de Verenigde Naties, de NAVO en de Europese Unie, instellingen waar hij God en klein Pierke kent. Medio jaren 90 leerde hij Filip kennen. “Hij merkte meteen dat Filip een man was met een brede, culturele kennis”, zegt Mark Van den Wijngaert, emeritus hoogleraar hedendaagse geschiedenis aan de KU Brussel. Begin dit jaar publiceerde hij een boek over koning Filip, ter gelegenheid van diens zestigste verjaardag (Koning Filip 60, de biografie, mensen verbinden in een verdeelde staat). “Van Daele vond ook dat Filip onterecht bejegend werd omdat niemand ooit peilde naar zijn inhoud.”

Wanneer Filip de troon bestijgt, is het de logica zelve dat Van Daele zijn kabinetschef wordt. In 2017 geeft hij de fakkel door aan Vincent Houssiau, die eveneens aanleunt bij CD&V. Houssiau heeft als bijnaam professor Zonnebloem door zijn belezenheid, zijn bril en zijn donkere krullen. Hij is van hetzelfde kaliber als zijn voorganger – hij leerde de stiel op de kabinetten van Herman Van Rompuy, Yves Leterme, Steven Vanackere en Koen Geens. Ook bij generaal Jef Van den put, die meerdere koningen diende, gaat hij soms nog te rade.

Weinig diversiteit

Erg divers oogt dat lijstje vertrouwelingen niet. “Klopt”, klinkt het verontschuldigend in zijn entourage. “Ze zijn allemaal oud, blank en mannelijk.” Zijn kabinet wordt traditioneel samengesteld uit militairen en diplomaten, en daar zijn de witte mannen van middelbare leeftijd nog steeds veruit in de meerderheid. Yilmaz lijkt zelf een uitzondering op de regel, net als Sobry, een veertiger. 

Yilmaz werkte op het kabinet van sp.a-minister Monica De Coninck toen ze zeven jaar geleden telefoon kreeg van het paleis. “Voor ik het wist werd ik uitgenodigd voor een gesprek”, zegt Yilmaz. Filip maakt er ook een punt van om regelmatig lunches en diners te organiseren met jongeren met diverse profielen. Ofwel schuiven er dan 12, ofwel 30 jongeren aan uit een bepaalde sector, van cultuur tot journalistiek of ICT, en vraagt hij hen vrijuit te spreken. Yilmaz: “Racisme, discriminatie en integratie komen in die gesprekken regelmatig aan bod. En hij kent die problematiek vanop het terrein, door zijn bezoeken aan Molenbeek of Borgerhout. Hij wil jongeren echt ondersteunen en de inclusieve samenleving uitdragen.”

Het vuur uit de sloffen

Wat opvalt, is dat zijn woordvoerders – Francis Sobry en de eerder genoemde Rafike Yilmaz – tegenwoordig het vuur uit hun sloffen lopen voor de media. De koning waakt duidelijk over zijn pr. “Vroeger bouwde een vorst hoge muren rondom zijn paleis waardoor het leek alsof hij van alles te verbergen had”, zegt Van den Wijngaert. “Koning Filip doet het omgekeerde. Hij laat de mensen binnenkijken, en dat geeft meer vertrouwen.”

Vandaar dat hij zich tijdens uitstapjes uitgebreid laat fotograferen, of hij nu door Bokrijk fietst, de markt bezoekt – met mondmasker, maar zonder geld – of een wandelingetje maakt in de Ardennen. “De koning wil de bevolking kennen, maar hij wil ook dat de bevolking hem kent”, zegt Yilmaz. Zijn zestigste verjaardag moest hij door corona in zijn koninklijk kot vieren, toch lijkt hij zichtbaarder dan ooit. Hij haalt een half miljoen mondmaskers binnen via Alibaba-miljonair Jack Ma. Hij pleegt telefoontjes met de zorgsector en de politie over hun werk tijdens de pandemie. Hij spreekt het volk moed in tijdens een speech aan het begin van de lockdown.

Wellicht speelt in dat uitgekiende mediaoffensief ook zelfbehoud en zelfkennis. De spontaniteit zelve zal hij nooit worden, deze harkerige telg van de dynastie Van Saksen-Coburg, maar hij kan zijn volk wel tonen dat hij zijn best doet.

Per fiets door Bokrijk.Beeld Reporters / GYS

Hij had dan ook best veel goed te maken. Aanvankelijk had zijn vader en voorganger, koning Albert, bij zijn troonsbestijging veel krediet. Albert was de joviale bon vivant die pardoes koning werd na de dood van zijn bloedserieuze en diepgelovige broer. Door zijn pertinente weigering om zijn dochter Delphine Boël te erkennen kelderde zijn populariteit echter. “De voornaamste zet van koning Albert was zijn vroegtijdig vertrek”, zegt Van den Wijngaert. Hij liet een koningshuis achter dat nog slechts een doffe glans had.

In de clinch met Vlaams Belang

Wanneer prins Filip de kroon krijgt van zijn vader, overheerst dan ook de karikatuur. Hij is de Filip Flater, ‘de Fluppe’, waar zeker de Vlaamse pers geringschattend over bericht. In het beste geval zal hij een staatshoofd worden dat geen steken laat vallen. Een kleur-, geur- en smaakloze koning, dat lijkt het hoogst haalbare.

Hij krijgt ook het oordeel van groothofmaarschalk Herman Liebaers maar niet van zich afgeschud. “Hij kan het niet”, zei die over Filip in de jaren 90 in De Morgen. “Die uitspraak was vernietigend voor hem”, zegt een intimus, een man die hem al jaren kent. “Hij heeft het daardoor echt moeilijk gehad. Liebaers had de juiste credentials, hij zou dus wel gelijk hebben. Hij werd er schuw en schuchter door, alle contacten met de pers verliepen stroef. Nu pas, bijna dertig jaar later, is hij ook voor het grote publiek de man geworden die ik altijd al gekend heb.” Graaf Paul Buysse vat de ommezwaai in de perceptie als volgt samen: “Ik heb altijd bestreden dat hij het niet kan. Ik ben blij dat ik nu gelijk krijg.”

In zijn beginjaren leeft ook de vrees dat koning Filip zich veel te veel zal moeien met de politiek. In 2004 zei hij, toen nog als kroonprins, in weekblad Story: “In ons land zijn er mensen, partijen zoals het Vlaams Belang, die tegen België zijn, ons land kapot willen maken. Ik kan je verzekeren dat ze dan met mij te maken krijgen.” Na zijn troonsbestijging blijkt die bemoeienis best mee te vallen. Met eerst Van Daele en daarna Houssiau aan zijn zijde laveert hij door het mijnenveld van de Belgische politiek. In 2014 en 2019 bewijst hij dat hij zijn beperkte manoeuvreerruimte kent en de verkiezingsuitslag respecteert. Van den Wijngaert: “Bij zijn vader en diens kabinetschef Jacques van Ypersele was er een groeiende angst voor de opkomst van N-VA. Die partij kreeg toen geen kansen. Op het paleis heerste een unitaire verblindheid.”

Op het bordes met Tom Van Grieken

Filip blijkt, tot verbazing van velen, meer oog te hebben voor de Vlaamse gevoeligheden. “Laken verzet zich niet meer tegen N-VA”, weet Van den Wijngaert. “Bart De Wever is bovendien verstandig genoeg om nu niet met republikeinse vaandels te zwaaien. Hij weet ook dat zijn partij daar niet mee zal scoren in Vlaanderen.”

Maar Filips politieke ‘breeddenkendheid’ stopt niet bij N-VA. In 2019 nodigt hij dan ook – wie had dat na het beruchte interview in Story ooit kunnen denken? – Vlaams Belang en PVDA/PTB uit. Zij zijn de winnaars van de verkiezingen, zij mogen op de koffie op het paleis. De enige misstap die hij de afgelopen 405 dagen na de verkiezingen beging, was de aanstelling van Koen Geens, eind januari, als ‘koninklijk opdrachthouder’. Diens voorzitter Joachim Coens leek niet eens op de hoogte. Velen zien daar de hand in van Houssiau, die vroeger voor Geens werkte. Het is een misrekening die Filip – in tegenstelling tot zijn faux pas vroeger – niet echt zwaar wordt aangerekend.

Koning kan zich niet moeien met de drie koningen

Sinds Wilmès en haar minderheidsregering het vertrouwen kreeg van het parlement, mag de koning wettelijk niet meer tussenkomen in de formatie. Paul Magnette en Conner Rousseau begonnen op eigen initiatief ‘rond te snuffelen’. De drie koningen benoemden zichzelf, de echte koning kwam daar niet tussen.

Die nieuwe positie voor de vorst, ver buiten het politiek gewoel, kan hem net meer moreel gezag opleveren. Van den Wijngaert: “Het is een dooddoener, maar ze klopt wel: hoe minder de bevolking vertrouwen heeft in de politiek, hoe sterker een koning er kan uitkomen.” De monarch is steeds meer de maizena van het land. Of, zoals Van den Wijngaert het schrijft in zijn boek: “Hij wil mensen verbinden in een verdeelde staat.”

Nog een chanceke – of beter: een groot geluk – voor de koning, zijn de vrouwen in zijn leven. Zowel zijn gemalin Mathilde als zijn oudste dochter Elisabeth worden bejubeld in de gespecialiseerde pers. Mathilde voert al jaren een vriendschappelijke wedstrijd met de Nederlandse koningin Máxima om wie het best de creaties van Natan draagt. Elisabeth werd vorige week door Vogue geprezen als een van de meest stijlvolle prinsessen van het moment.

In een Skype-meeting.Beeld © Koninklijk Paleis, België/Palais Royal, Belgique/Königlicher Palast, Belgien/Royal Palace, Belgium

Het doet de vraag rijzen of de koningin (en de kroonprinses) de koning overklassen? Kwatongen refereren dan graag aan de uitspraak die PS-kopstuk André Cools deed over Boudewijn: ‘Le roi, c’est la reine.’ Fabiola zou haar man hebben overtuigd de abortuswet niet te tekenen, wat destijds een mini-koningskwestie uitlokte. Van den Wijngaert: “Maar dat is een fabeltje. Boudewijn had Fabiola niet nodig om te handelen naar zijn overtuiging, en hetzelfde geldt voor Filip en Mathilde. Zij vult Filip aan, zij heeft een sterke persoonlijkheid en compenseert zijn geslotenheid. Hij krijgt ook veel steun van haar, veel meer dan hij kreeg van zijn vader.” Graaf Buysse meent dat de invloed van Mathilde, néé d’Udekem d’Acoz, zeker niet overschat moet worden. “De koning ondervindt een gunstige invloed van de vrouw van wie hij houdt. Hij ziet haar werkelijk graag. Maar de koningin kent haar rol, en die speelt ze perfect.”

Samen proberen ze hun kinderen een zo normaal mogelijke opvoeding te geven. In en rond Laken wordt de koning dan ook al eens incognito gespot bij de pizzeria of in de bioscoop. Intimi wijzen erop dat Filip zijn kinderen de nestwarmte wil geven die hij van zijn ouders te weinig kreeg. De koning presenteert zichzelf ook graag als een trotse pater familias. Hij wil een modelburger zijn, met een modelgezin.

Zijn entourage benadrukt dat de koning veel opsteekt van zijn kinderen. “Ouders leren de wereld beter kennen door hun kinderen,” klinkt het, “en dat is bij de koning niet anders.” Zijn vriend, graaf Paul Buysse, relativeert hun inbreng: “Uiteraard zijn er met zijn vier kinderen grote debatten aan de eettafel over de actualiteit. Ik heb zelf vijf kinderen, ik ken dat maar al te goed. Maar de kinderen bepalen zijn agenda niet. Dat zou een beetje gek zijn. Het belangrijkste is dat men Filip niet meer teneerdrukt en kleineert. Eindelijk krijgt hij waardering. En dat is zijn eigen verdienste.”