Welke toekomst voor de EU in 2017? - Rob Heirbaut

De Europese Unie heeft een moeilijk jaar achter de rug met onder meer de brexit en een kletterende ruzie over de migratiepolitiek. Rob Heirbaut maakt een balans van vorig jaar op en kijkt vooruit naar 2017.
analyse
Analyse

Rob Heirbaut en Hendrik Vos schrijven om de twee weken beurtelings een analyse- respectievelijk opinietekst over Europese politiek. Heirbaut is VRT-journalist, gespecialiseerd in de EU. Vos is hoogleraar aan de Universiteit Gent, waar hij directeur is van het Centrum voor EU-studies.

“Europa is voor mij een lantaarn, een lamp, die licht schept in een duistere wereld. “ In ongeveer die woorden legde architect Philippe Samyn uit waarom hij het nieuwe gebouw waar de Europese ministerraden in Brussel zullen plaatsvinden (en dat de naam “Europa” heeft gekregen) de vorm van een gloeilamp gaf. Het gebouw is eindelijk klaar, en wordt begin 2017 in gebruik genomen. In stilte, zonder grote feestelijkheden.

De eigenaar van het gebouw, de Raad van de Europese Unie – een Europese instelling, weet dat dit niet het moment is. Wat voor de architect een baken in de duisternis is, is voor een aanzienlijk deel van de Europeanen ongetwijfeld al hét symbool van een wereldvreemde belastinggeld verspillende elite van Brusselse bureaucraten. Een feestelijke opening met toeters en bellen zou dat gevoel alleen maar versterken, na een rampjaar als 2016.

Dreunen

De Europese Unie kreeg in 2016 een paar dreunen te verwerken. Een meerderheid van de Britten koos ervoor om de Europese Unie te verlaten. Een meerderheid van de Nederlanders verwierp het associatieverdrag met Oekraïne. En een meerderheid van de Hongaren sprak zich uit tegen Europese asielquota.

Hoewel er bij de uitslag van de referenda in Nederland en Hongarije vraagtekens kunnen worden geplaatst (lage opkomst in beide landen, en suggestieve vraagstelling in Hongarije), lijkt het anti-Europa-gevoel overal hoogtij te vieren. Na het referendumjaar 2016 volgt nu het verkiezingsjaar 2017. Met verkiezingen in Nederland, Frankrijk, Duitsland en mogelijk ook Italië. Zullen anti-Europese partijen en politici het zo goed doen als opiniepeilers verwachten?

De traditionele pro-Europese partijen lijken niet meteen een antwoord klaar te hebben, of hopen kiezers te behouden door zelf met scherp op Brussel en de EU te schieten. Na de aanslag op de kerstmarkt in Berlijn was Europa weer een favoriet doelwit. De dader was zonder problemen naar Nederland gereisd, en zo met bus en trein tot in Milaan geraakt. “De schuld van Schengen”, was de snelle conclusie, waarbij men al even snel vergat dat de Duitse politie de eerste twaalf uur na de aanslag ervan uitging dat iemand anders de aanslag had gepleegd. Intussen was de echte dader al gevlogen (in dit geval met trein en bus).

Verjaardag

In zo’n context zal op 25 maart 2017 in Rome de 60e verjaardag van het Verdrag van Rome gevierd worden. Met dat Verdrag creëerden België, Nederland, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk en Italië in 1957 de Europese Economische Gemeenschap. 60 jaar is dit project, dat uniek is in de wereld, uitgegroeid tot de Europese Unie met 28 lidstaten.

Grote feestvreugde zal er in Rome niet zijn. Eén van de 28 lidstaten, het Verenigd Koninkrijk, staat op het punt te vertrekken. Wellicht zal de Britse regering in maart officieel te kennen geven dat het Verenigd Koninkrijk de procedure van artikel 50 wil opstarten om de EU te verlaten.

Het brexit-referendum heeft de 27 andere lidstaten in een existentiële crisis gebracht. Ze doen een poging om de Europese Unie heruit te vinden, om het project dat op drift lijkt een nieuwe bestaansreden te geven.

In september 2016 kwamen de regeringsleiders van de 27 bijeen in Bratislava, maar ze geraakten niet verder dan een weinig ambitieus stappenplan, dat ze tegen 25 maart 2017 uitgevoerd willen hebben. Het is een lijst van wat de regeringsleiders concrete projecten noemen, die aan de burger de meerwaarde van Europese samenwerking moet tonen. Waar de 27 het ook over eens lijken te zijn, is over de strategie voor de brexit-onderhandelingen: de deal die de EU zal sluiten met het Verenigd Koninkrijk moet en zal voor de Britten slechter zijn dan EU-lidmaatschap.

Visie

Een meer uitgewerkt toekomstplan voor de Europese Unie is er niet, bij gebrek aan overeenstemming over het pad dat gevolgd moet worden. De Hongaarse premier Orban voert in eigen land campagne tegen Europese bemoeienis. De Poolse regering gooit alle Europese principes overboord en probeert de media en het Grondwettelijk Hof te muilkorven, zonder veel rekening te houden met de kritiek van de Europese Commissie.

Beide landen weigeren om vluchtelingen uit Italië en Griekenland over te nemen. De discussie over dat Europese spreidingsplan heeft de sfeer tussen de lidstaten danig verziekt. Krijgen de Centraal- en Oost-Europese landen die zich ertegen verzetten in 2017 door de andere landen de rekening gepresenteerd?

De Belgische premier houdt voorzichtig een pleidooi voor een Europa van verschillende snelheden, met als kern de landen van de eurozone. In een gastcollege in Louvain-la-Neuve opperde hij ook het idee om de voorzitter van de Europese Commissie rechtstreeks te laten verkiezen door de Europeanen, om het democratische draagvlak van “Europa” te vergroten. Dergelijke ideeën leven ook in het Europees Parlement.

Het lijkt onwaarschijnlijk dat ze in het huidige politieke klimaat gerealiseerd zullen worden. ’t Is hoe dan ook wachten op wie de nieuwe Franse president wordt, en of Angela Merkel er in september in slaagt om voor de vierde keer bondskanselier te worden. Op institutioneel vlak wordt 2017 wellicht een overgangsjaar.

Voor Europese beleidsmakers is het ook niet makkelijk om in te schatten wat de “burger” precies wil van Europa. De ene vindt Europa te laks tegenover vluchtelingen, voor de andere is het de schuld van het harde beleid van Europa dat honderden vluchtelingen blijven verdrinken in de Middellandse Zee. De ene Europeaan vindt dat Europa te rechts en te liberaal is, de andere vindt dat linkse politici er een zootje van maken door begrotingen te laten ontsporen.

Recente opiniepeilingen (voor zover die nog geloofd mogen worden) geven aan dat een grote meerderheid van de Europeanen niet wil dat hun land het voorbeeld van het Verenigd Koninkrijk volgt en uit de Europese Unie stapt. Toch stemmen veel mensen op partijen die daar wél voor zijn. Volgens een Eurobarometer-onderzoek uit oktober vindt 72% van de Nederlanders het EU-lidmaatschap een goede zaak. Alleen in Luxemburg en Ierland is men nog positiever, zelfs de Belgen zijn minder eurofiel dan de Nederlanders (65% vindt EU-lidmaatschap een goede zaak). Wie echter het politieke debat over Europa in Nederland volgt, krijgt soms de indruk dat Europa een optelsom is van de ene mislukking na de andere.

Positieve noten

Het Is niet allemaal kommer en kwel geweest in de Europese Unie in 2016. Europees Commissaris voor mededinging Margrethe Vestager bond de strijd aan tegen de fiscale voordelen die lidstaten toekennen aan multinationals. Ze beschouwt die als een illegale vorm van staatssteun en vraagt onder meer dat Ierland 13 miljard euro terugvordert van Apple.

Frontex is, als gevolg van de vluchtelingencrisis in recordtempo omgevormd tot een Europese Kust- en Grenswacht, iets wat tot nu toe onmogelijk was. De werkloosheid blijft dalen. Er zijn nu meer mensen dan ooit aan het werk in de EU. Maar de verschillen tussen lidstaten blijven groot. Amper 5 procent in Tsjechië en Duitsland, tot boven de 20 procent in Griekenland.

2016 was ook het jaar waarin plannen voor de uitbouw van een Europese defensie plots wind in de zeilen kregen. Dat had te maken met de brexit (het Verenigd Koninkrijk liep nooit warm voor EU-defensieplannen) maar ook en vooral met de veranderende internationale context. De Europese onmacht in het Syriëconflict, de toenemende assertiviteit van Rusland en uiteindelijk de verkiezing van Donald Trump tot Amerikaans president deden alle Europese leiders beseffen dat Europa voor zijn eigen veiligheid moet beginnen te zorgen.

Om in de beeldspraak van architect Philippe Samyn te blijven: de wereld rondom Europa is in 2016 wat donkerder geworden. De vraag is of de Europese regeringsleiders voldoende energie hebben, voldoende vuur hebben, om in 2017 voor licht in de duisternis te zorgen. En ook: willen ze dat wel? Voor sommigen volstaat een waakvlammetje in Brussel. Zolang hun lamp in Boedapest of Warschau maar brandt.

Meest gelezen