Direct naar artikelinhoud
Onderzoek De Morgen

Politiek eist duidelijkheid over wantoestanden in kazerne Marche-les-Dames

Archiefbeeld Marche-les-Dames.Beeld BELGA

De politiek kijkt met grote ogen naar de wantoestanden in de kazerne van Marche-les-Dames. Onder meer N-VA en sp.a eisen een onderzoek naar de cultuur in het trainingscentrum.

In de Wetstraat is iedereen het erover eens: het is normaal dat de opleiding van elitesoldaten zoals paracommando’s loodzwaar en beenhard is. De rekruten moeten voorbereid worden op de meest extreme situaties. Maar in de Wetstraat is ook iedereen het erover eens dat flagrant machtsmisbruik en geweld geen plaats hebben in de opleiding. De Morgen onthulde donderdag, op basis van getuigenissen en documenten, hoe in het trainingscentrum voor paracommando’s in Marche-les-Dames de misstanden zich al jarenlang opstapelen.

Lees nu

Aan de beestenketting in een koeienstal: documenten en getuigen onthullen cultuur van geweld in het leger

“Een opleiding om elitesoldaat te worden moet hard zijn. Keihard. Maar als er structureel en onnodig vernederend geweld is, moet Defensie optreden en haar ogen niet sluiten”, tweet Theo Francken, de defensiespecialist van N-VA. Hij roept minister van Defensie Philippe Goffin (MR) op om een intern onderzoek te starten. Dat moet snel meer duidelijkheid geven over de situatie in Marche-les-Dames. Goffin zelf geeft voorlopig niet thuis op vragen van deze krant.

Personeel

Ook sp.a dringt aan op meer duidelijkheid. “Woensdag wordt de nieuwe stafchef, vice-admiraal Michel Hofman, voor het eerst in het parlement verwacht. Ik wil van hem een goede uitleg”, benadrukt Kris Verduyckt, parlementslid voor sp.a. “Het Belgisch leger staat de komende jaren voor een enorme uitdaging om genoeg nieuwe mensen aan te trekken. Dit soort verhalen kan je dan missen als kiespijn.” Wat hem vooral stoort, is dat het in Marche-les-Dames hoofdzakelijk gaat over instructeurs, ervaren paracommando’s, die rekruten mishandelen. “Deze relatie, tussen een instructeur en zijn leerling, is erg delicaat. Het kan niet dat je die misbruikt.”

Verduyckt stelt zich ook vragen over de manier waarop militairen klachten kunnen melden. “Het is niet normaal dat ze anoniem de stappen moeten zetten naar een krant. Het leger heeft al even een probleem met transparantie. Ook dit dossier stinkt nogal naar de doofpot.”

Sammy Mahdi, parlementslid voor CD&V, wijst erop dat het personeelstekort van Defensie mee aan de basis ligt van de problemen in Marche-les-Dames. “Als je hoort dat paracommando’s met amper twee jaar ervaring instructeur worden dan weet je dat er iets scheef zit”, vertelt hij. “Ze komen in een positie waar ze enorm veel macht krijgen, maar zonder veel scholing. Ik denk dat ze zelf soms niet eens beseffen dat wat ze doen niet kan. Ze gaan voort op wat ze denken dat ‘erbij hoort’ in de opleiding.” Volgens Mahdi toont het feit dat er momenteel een aantal gerechtelijke procedures lopen dat er wel degelijk wordt opgetreden tegen misstanden.

Meldpunt

ACMP, de grootste legervakbond, schrijft in een perscommuniqué dat “ongewenst gedrag geen enkele toegevoegde waarde heeft voor de operationaliteit van het leger”. Vernederingen, pesterijen en ander ongewenst gedrag hoort volgens de vakbond niet thuis in het leger. De militaire esprit – mannen onder elkaar, die klagen niet – heeft daar niets mee te maken, luidt het. “Er is een duidelijk onderscheid tussen trainingen met een helder doel en excessen die niets bijdragen.” ACMP drukt erop dat zeker voor de paracommando’s – waarvan de eenheden op hun tandvlees zitten door personeelsgebrek – alle goede rekruten meer dan welkom moeten zijn.

De vakbond vindt het wel een positief teken dat het para’s zelf zijn die de wantoestanden in eigen omgeving beu zijn en nu aan de bel trekken. “We hopen dat dit een voldoende aanzet is voor de legertop om deze nefaste cultuur eindelijk ten gronde aan te pakken. Concreet ijvert ACMP voor een onafhankelijk meldpunt volledig buiten de militaire hiërarchie “met een eenvoudige meld- en klachtenbehandeling door een onafhankelijke, deskundige partij.”