Direct naar artikelinhoud
‘Er zijn 60 vrouwen nodig om Bill Cosby te veroordelen en 30 om Harvey Weinstein te stoppen. Eén vrouw volstaat nooit’
InterviewThrillerauteur Karin Slaughter

‘Er zijn 60 vrouwen nodig om Bill Cosby te veroordelen en 30 om Harvey Weinstein te stoppen. Eén vrouw volstaat nooit’

Beeld Merlijn Doomernik

Karin Slaughter doet beter dan het coronavirus: haar thrillers worden over 120 landen verspreid en wereldwijd kwamen al meer dan 35 miljoen mensen in aanraking met haar reeksen over kinderarts Sara Linton en agent Will Trent. Met haar nieuwe misdaadverhaal Verzwegen viert ze twintig jaar schrijverschap. Een feestje in quarantaine, maar dat deert de 49-jarige schrijfster uit het Amerikaanse zuiden niet. ‘Ik kan niet schrijven in een koffiebar. Ik heb complete afzondering nodig.’

Je twintigste boek in twintig jaar tijd komt uit tijdens een pandemie. Een verjaardag in mineur.

Karin Slaughter: “Ja, maar op een vreemde manier toepasselijk. De publicatiedatum van mijn eerste boek, Nachtschade, was immers 14 september 2001. Mijn tassen waren al gepakt voor een dertig dagen durende promotournee doorheen Amerika toen de Twin Towers vielen. Maar hoe verschrikkelijk die aanslagen ook waren, dit is toch nog van een andere grootteorde. Het is een heel ander soort crisis. Toen werden alleen New York, het Pentagon en een akker in Philadelphia aangevallen. Nu lijkt het alsof elke stad in de wereld zijn eigen 9/11 beleeft.

“Ik was geen fan van president George W. Bush, maar ik vond wel dat de federale overheid toen nog functioneerde, terwijl er nu geen enkel plan is. De Verenigde Staten zijn als vanzelf in het Zweedse model vervallen, alleen zorgen ze daar wél voor de ouderen en vragen ze mensen om aan social distancing te doen. Dat gebeurt hier helemaal niet. Wij hebben geen voorzorgen genomen om de zwakkeren te beschermen. Ons plan is gewoon vanop een afstandje bekijken wie het haalt en wie niet.”

Je thuisstaat Georgia doet het notoir slecht.

Slaughter: “Onze gouverneur is een idioot, maar gelukkig woon ik in Atlanta, een stad met een heel sterk bestuur en een grote ‘laptopklasse’. De mensen hier kunnen het zich veroorloven om thuis te werken. We hebben internet en koerierdiensten. Het zijn de meer rurale gebieden in Georgia die erg onder de crisis lijden, en daar zitten de Trump-stemmers. Ik ben benieuwd wat het voor de verkiezingen zal betekenen.”

Denk je dat president Trump veel stemmers zal verliezen door Covid-19?

Slaughter: “Ik vrees dat het niets zal uitmaken, maar wie weet.”

De keuze is sowieso beperkt in de volgende presidentsverkiezing.

Slaughter: “Met Joe Biden en Donald Trump kunnen we kiezen tussen een man die door één vrouw van verkrachting wordt beschuldigd en een man die er door 23 vrouwen van wordt beschuldigd. Dit is de 21ste eeuw en dat zijn de opties. Uiteraard zal ik Biden steunen, hoewel ik hem nooit heb gemogen en me nooit goed heb gevoeld bij de manier waarop hij vrouwen aanraakt en besnuffelt.”

Het is Biden of een president die bleekwater injecteren voorstelt als remedie tegen Covid.

Slaughter: “Dat is toch niet te geloven? Zelfs Geert Wilders doet zulke uitspraken niet! Het is ook choquerend om te beseffen dat we er nu helemaal alleen voor staan. Er is geen enkele sympathie meer voor onze toestand. Na 9/11 voelden de VS zich nog gesteund door de rest van de wereld, maar Donald Trump heeft veel van die langdurende relaties en vriendschappen opgeblazen. Ik merk bij onze voormalige bondgenoten veel verwarring en medelijden, maar ook het gevoel dat we ons eigen graf gegraven hebben.”

En dat terwijl op sociale media de hashtag #allinthistogether rondgaat.

Slaughter: “In de VS is dat gevoel allang verdwenen. Ik heb het land nog nooit zo verdeeld gezien. Zelfs een mondmasker dragen en gepaste voorzorgen nemen is een soort politiek statement geworden. Terwijl dat toch de logica zelve is. Het is ongelooflijk dom om te denken dat je een virus kunt verslaan door te ontkennen dat het bestaat.”

Zal het een rol gaan spelen in je boeken?

Slaughter: “Ik sprak onlangs met Michael Connelly. Hij heeft voor zijn volgende boek uitstel gevraagd omdat hij het virus er nog in wilde verwerken, maar toen ik hem vroeg hoe hij dat dan precies zou gaan doen, had hij niet meteen een antwoord klaar. Veel misdaadschrijvers zitten met vragen. Gaat mijn volgende verhaal zich afspelen in de wereld van voor corona of zal ik erover schrijven alsof het al gebeurd is en de wereld erdoor veranderd is? In het laatste geval moet ik gokken hoe de wereld er zal uitzien.

“Het is duidelijk dat Covid-19 de maatschappij zal veranderen, maar we weten nog niet precies hoe. Het wordt een interessante uitdaging. In mijn volgende boek schrijf ik bijvoorbeeld over een advocaat, maar momenteel zijn de rechtszalen gesloten. Mensen worden nog wel gearresteerd, maar de rechtspraak gebeurt via Zoom. Dat veroorzaakt wel problemen: als je opgepakt wordt, geen borgtocht kunt betalen en in afwachting van je proces wordt opgesloten, dan is dat momenteel haast een doodvonnis. De gevangenissen zijn broedplaatsen voor Covid-19. Dat zijn het soort dingen waar ik nu al aan moet denken tijdens het schrijven.”

Ik heb veel kritiek gekregen. Het was zo erg dat ik me soms afvroeg of mensen mijn boeken niet gewoon kochten om te zien hoe verschrikkelijk ze waren.Beeld Merlijn Doomernik

DE HEL OF DE CEL

Dat schrijven doe jij sowieso liefst in een hutje in de natuur.

Slaughter: “Klopt. Zonder het coronavirus zou ik ook thuiszitten. Ik kan niet schrijven in een koffiebar. Ik heb complete afzondering nodig. Dat ben ik ook al mijn hele leven gewend. Ik woon in een deel van Amerika waar ze dol zijn op bloemen en weelderige gazons, en aan al die dingen ben of was ik allergisch. Het grootste deel van mijn kindertijd heb ik al lezend binnen doorgebracht. Dat is vrijwel onveranderd. Gelukkig vereist mijn loonbrief niet dat ik het huis uitkom. Ik vind het echt jammer voor mensen die niet die luxe hebben, die hun hypotheek moeten betalen en hun kinderen moeten voeden, en dus wel naar buiten moeten en blootstelling riskeren.”

Ik heb weleens foto’s van je eenzame huisje in het bos gezien. Ik denk dat ik daar zelfs geen boek van je zou durven te lezen, laat staan er één te schrijven.

Slaughter: “Als de coronacrisis één ding duidelijk maakt, dan is het dat angst uit onzekerheid komt, uit niet weten wat er gaat gebeuren. Ik weet precies wat er gaat gebeuren in mijn boeken, en voel me dus heel veilig in mijn huisje. Ik voel me kwetsbaarder in Atlanta. Daar is ook meer misdaad.”

Hoe schat je het effect van het virus op de misdaadcijfers in?

Slaughter: “Dat is heel dubbel. Omdat de scholen gesloten werden, zijn er daar al drie maanden geen schietpartijen meer geweest. Er zijn ook minder auto-ongelukken en het milieu wordt minder vervuild, maar we verliezen wel mensen op andere manieren: er is meer huiselijk geweld, meer kindermishandeling en meer verkrachting.”

Ik heb veel kritiek gekregen. Het was zo erg dat ik me soms afvroeg of mensen mijn boeken niet gewoon kochten om te zien hoe verschrikkelijk ze waren.Beeld Merlijn Doomernik

Daarmee komen we op jouw werkterrein terecht. Je schrijft al twintig jaar onverholen over geweld tegen vrouwen.

Slaughter: “Ik heb me altijd voorgenomen om te schrijven over dingen die ik belangrijk vind, en ik hoop dat mijn boeken een realistische weergave zijn van verhalen die we niet vaak genoeg horen. Er zijn een heleboel dingen waar mannen bijna nooit mee hoeven om te gaan. Als je op straat loopt en een groepje mannen ziet, dan verander je als man niets aan je gedrag. Als vrouw wel. Je vraagt je af of ze vriendelijk gaan zijn, of ze je gaan negeren of gaan lastigvallen. Je begint onmiddellijk berekeningen te maken die mannen gewoon niet hoeven te maken. Vrouwen zijn zich steeds bewust van hun veiligheid en zijn voortdurend iemands intenties aan het afwegen. Mannen doen dat niet.”

Is erover schrijven jouw manier om ervoor te zorgen dat ook mannen zich in die gevoelens kunnen inleven?

Slaughter: “Welnee. De grote meerderheid van de fictieboeken wordt door vrouwen gekocht, dus ik denk niet dat ik veel mannen ga kunnen beïnvloeden. Het is niet echt iets dat ik in het achterhoofd hou bij het schrijven. De uitzonderingen die toch boeken lezen die door vrouwen worden geschreven, zijn sowieso al bereid om de wereld eens vanuit een vrouwelijk perspectief te bekijken. Die hoef ik al niet meer te overtuigen. Wat ik wél probeer te doen, is zo eerlijk mogelijk te schrijven over de ervaringen van vrouwen. Ik denk dat het voor andere vrouwen erg belangrijk is om een vrouwelijk standpunt te lezen over de dingen waar ze elke dag mee te maken krijgen.”

De laatste jaren is er nochtans een sterke beweging ontstaan die zich kant tegen geweld op vrouwen in boeken. Heb je al gehoord over de Staunch Prize? Die wordt uitgereikt aan een thriller waarin geen enkele vrouw wordt geslagen, gestalkt, misbruikt, verkracht of vermoord. Je nieuwe boek komt niet meteen in aanmerking.

Slaughter: “Tja, denken ze nu echt dat geweld tegen vrouwen zal afnemen als we er niet meer over schrijven?”

Het idee is dat schrijven over geweld meer geweld oproept.

Slaughter: “Als dat waar is, dan moeten we eerst maar eens de Bijbel bannen. Kijk, als de mensen achter die Staunch Prize boeken zonder geweld willen belonen, dan moeten ze dat maar doen, maar de implicatie dat al de rest iets fout doet, roept wel vragen op. Proberen ze vrouwen die wel over geweld schrijven te censureren?”

Ze beweren dat ons beeld van verkrachting door films en boeken zo vervormd is, dat we verkrachting niet meer als dusdanig herkennen wanneer de dader geen moordzuchtige psychopaat is. Dat zou zelfs leiden tot minder veroordelingen.

Slaughter: “Weet je wat de echte reden is waarom televisieprogramma’s, films en thrillers geen realistische weergave zijn van de werkelijkheid? Omdat in fictie de dader bijna altijd gepakt en veroordeeld wordt. In mijn boeken gaat de verkrachter naar de hel of naar de cel. Als misdaadromans de manier waarop de maatschappij naar verkrachting kijkt echt veranderd zouden hebben, dan zouden vandaag de dag, statistisch gezien, alle verkrachters ook echt in de gevangenis belanden. Dat is niet bepaald het geval.

“Vóór de jaren 80 eindigde in de Verenigde Staten één op de twintig verkrachtingszaken in een gevangenisstraf voor een man. Vandaag is dat één op de vijfhonderd. Er zijn dus wel degelijk minder veroordelingen, maar ik denk niet dat schrijvers daar verantwoordelijk voor zijn. In de late jaren 70 werd de wet over verkrachtingszaken aangepast. Vanaf dan kon het woord van een vrouw volstaan. Voorheen moesten ze zaad vinden én moest er een getuige zijn. De wetswijziging heeft een poos tot meer veroordelingen geleid, maar dat heeft niet lang geduurd. Men is zich al zo snel zorgen gaan maken over mannen die mogelijk vals beschuldigd zouden worden, hoewel wetenschappelijk onderzoek aantoont dat het hoogst zelden gebeurt, dat de wetswijziging uiteindelijk net tot minder veroordelingen heeft geleid.

“Wat we nu zien, is een backlash tegen een statistisch verwaarloosbaar aantal onterechte veroordelingen. Het is een typisch patroon. Als een man iets overkomt, wordt het door de maatschappij altijd als belangrijker beschouwd dan wanneer een vrouw hetzelfde meemaakt. Daarom zijn er zestig vrouwen nodig voordat Bill Cosby veroordeeld wordt, en dertig vrouwen voordat Harvey Weinstein wordt gestopt. Het kan nooit één vrouw zijn. Het moeten er altijd tientallen zijn, en dan worden ze heel misschien eens gehoord.”

Ik heb veel kritiek gekregen. Het was zo erg dat ik me soms afvroeg of mensen mijn boeken niet gewoon kochten om te zien hoe verschrikkelijk ze waren.

GEEN SUPERHELDIN

Hoe zit het met je eigen #MeToo-ervaringen? Heb jij de afgelopen twintig jaar zelf seksisme ondervonden?

Slaughter: “Ja en nee. De eerste keer dat ik openlijk met plat seksisme werd geconfronteerd, was op een boekenbeurs in Amsterdam. Daar kwam een mannelijke collega op me af om me te vertellen hoe demoraliserend het was dat vrouwelijke schrijvers nu alle aandacht kregen. Ik heb hem gezegd dat mannen al 2.500 jaar de aandacht hebben gehad, en dat het nu eens aan ons was.

“Elke misdaadschrijfster die geweld tegen vrouwen beschrijft vanuit een vrouwelijk standpunt, krijgt daar op een bepaald moment kritiek op. Vraag maar aan Kathy Reichs of Mo Hayder. Je wilt niet weten hoe vaak ik al te horen heb gekregen dat mijn boeken niet ladylike zijn en dat ik er echt niet uitzie als iemand die interesse zou hebben in misdaad. Ik heb heel veel negatieve aandacht gekregen in het begin van mijn carrière.”

Die aandacht zorgde wel voor publiciteit.

Slaughter: “Ja, maar het was soms zo erg dat ik me afvraag of mensen mijn boeken niet gewoon begonnen te kopen om te zien hoe verschrikkelijk ze waren. Het gaat ook niet alleen om financieel succes. Vrouwen hebben het in verhouding tot andere sectoren altijd vrij goed gedaan in deze branche. Denk maar aan Agatha Christie, Daphne du Maurier of Patricia Cornwell. Alleen hebben ze niet altijd de erkenning gekregen die ze verdienden. Lee Child is iets ouder dan ik, maar hij is ongeveer gelijktijdig met mij begonnen en hij heeft nooit kritiek gekregen voor het geweld in zijn boeken. Zijn hoofdpersonage Jack Reacher mag dertig mensen afslachten in het eerste hoofdstuk en omdat een man het geschreven heeft, stelt niemand zich daar vragen bij. Stieg Larsson heeft altijd lof gekregen omdat hij over sterke vrouwen schrijft, maar als vrouwen het doen, krijgen ze kritiek.”

De ‘sterke vrouw’ is toch ook een cliché geworden?

Slaughter: “Als je over geweld tegen vrouwen schrijft, vind ik dat je het moet counteren met sterke vrouwen die herstellen en hun leven leiden. Veel vrouwen herkennen hun eigen verhalen in de mijne en ik wil vrouwen aan hen tonen die om kunnen gaan met hun trauma’s. Sara Linton is sterk op de manier waarop veel vrouwen het zijn. Ze is geen onfeilbare superheldin, maar een ambitieuze vrouw die goed is in wat ze doet. Over zulke vrouwen wordt heel zelden op een positieve manier geschreven, en ik ben me er altijd heel bewust van geweest dat ze gehaat zou worden omdat ze zo slim en succesvol is. Daarom heb ik er altijd op gelet om haar neer te zetten als iemand die fouten maakt en dat ook kan toegeven.”

Als we vandaag steeds vaker over zulke personages lezen, komt dat dan omdat jij al twintig jaar met succes over hen schrijft?

Slaughter: “Misschien deels, maar ik ben zeker niet alleen. Kijk naar Mary Higgins Clark, Sue Grafton, Lisa Gardner of Gillian Flynn. Ik denk dat we allemaal op elkaar gebouwd hebben. We hebben allemaal een rol gespeeld.

“Ik heb er zelf wel altijd op gelet om heel duidelijk en open te zijn over de redenen waarom ik het soort boeken schrijf dat ik schrijf. Ik ben een trotse en uitgesproken feministe en heb het gevoel dat ik mijn podium altijd heb gebruikt om andere vrouwen te helpen. Dat is misschien wel één van de belangrijkste verwezenlijkingen uit mijn carrière.”

Meer dan 35 miljoen boeken verkopen lijkt me ook een mooie prestatie.

Slaughter: “Het belangrijkste is dat ik precies kan doen wat ik wil doen om de kost te verdienen. Dat kan echt niet iedereen zeggen. Zelfs op de slechtste dagen, doe ik toch nog steeds het werk dat ik graag doe. Daar ben ik heel dankbaar voor.”

Karin Slaughter, Verzwegen, uitgeverij HarperCollins

GEEN SUPERHELDIN
Beeld RV

© Humo