Het is geen toeval dat de burgemeester van Baarle-Nassau voorstelde om het overleg in Baarle te laten plaatsvinden. De grenslijn tussen het Belgische Baarle-Hertog en het Nederlandse Baarle-Nassau loopt kriskras door huizen en straten. De verschillen tussen de maatregelen in beide landen zorgen in het dorp dan ook voor rare situaties. Hetzelfde gold toen België de grenzen afsloot.

“Het volledig sluiten van de grenzen gaan we niet meer doen”, zei minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem na afloop van het overleg. “Door de grenzen dicht te houden, hebben we wel 110.000 extra coronadoden kunnen vermijden. Bij een te grote toename van besmettingen kunnen er wel lokale lockdowns komen. Italiaanse of Spaanse toestanden, met te weinig ziekenhuiscapaciteit, mogen niet gebeuren. Als het kan, willen we voortaan samen met Nederland eengemaakte maatregelen nemen. In het overleg werd duidelijk dat veel dingen goed gingen, maar dat sommige beter kunnen.”

Betere afstemming

Ferd Grapperhaus (CDA), minister van Justitie en Veiligheid in Nederland, haalde de verplichte mondmaskers in de Belgische winkels aan als een voorbeeld van de verschillen. “Een aantal maatregelen bij ons is anders dan in België. Gelukkig is de afstand voor social distancing in beide landen dezelfde.”

“Uit de voorbije maanden hebben we heel wat lessen kunnen trekken”, zei Grapperhaus. “Er komt een gezamenlijk overlegorgaan voor een betere afstemming en communicatie van de maatregelen in beide landen. In september vindt een nieuwe bijeenkomst plaats in Antwerpen. Aparte maatregelen voor de grensregio komen er zeker niet. Daarmee schuif je het probleem alleen maar op naar andere locaties.”

Meer aandacht voor grensgemeenten

Bij het overleg zaten drie provinciegouverneurs en hun Nederlandse ambtgenoten mee aan tafel. De beide burgemeesters van Baarle niet. “Het afsluiten van de grenzen was ingrijpend, heel wat mensen konden hun familie niet meer bezoeken”, aldus burgemeester Frans de Bont (Forum+) van Baarle-Hertog. “Het belangrijkste is dat er in de toekomst meer aandacht komt voor de grensgemeenten.”