Draaiboek voor lokale corona-uitbraak: van avondklok tot sluiting winkels

 ©  Photo News

De verschillende overheden hebben een draaiboek klaar dat burgemeesters kunnen gebruiken wanneer ze met een lokale uitbraak worden geconfronteerd. In het ergste geval kan dat leiden tot het afsluiten van een volledige stad.

Werner Rommers

Het nieuwe coronavirus is opnieuw in opmars. En dan vooral via lokale uitbraken, onder meer in de stad Antwerpen, maar ook in tal van kleinere gemeenten.

Omdat niemand vragende partij is heel het land weer in lockdown te steken wanneer ook de komende dagen de cijfers blijven stijgen, wordt nu geopteerd voor lokale maatregelen. In dat verband hebben gemeenten, gouverneurs, de Vlaamse en federale overheid nu een draaiboek klaargestoomd van hoe zo’n lokale uitbraak moet worden aangepakt.

Het draaiboek ‘lokale uitbraak Covid-19’ – dat donderdag nog moet worden goedgekeurd door de Nationale Veiligheidsraad – geeft burgemeesters de mogelijkheid allerhande maatregelen te nemen om een uitbraak van het virus binnen de gemeentegrenzen de baas te blijven.

Wat staat er in het draaiboek?

Dat kan in het meest extreme geval gaan van het compleet afsluiten van een wijk, dorp of stad door politie, ondersteund door de civiele bescherming en zelfs het leger. Ook kan een avondklok worden ingesteld, kunnen samenscholingen worden verboden, en kunnen bijvoorbeeld winkels en sportinfrastructuur worden gesloten en wekelijkse markten tijdelijk worden afgeschaft.

Indien echt nodig voorziet het draaiboek ook in het sluiten van parken en bossen, wat zelfs op het hoogtepunt van de coronapiek rond april en mei niet het geval was. Er zal onder de desbetreffende bevolking ook massaal worden getest, kwestie van een goed zicht te krijgen op de verspreiding van het virus.

Uniformiteit

In regeringskringen wordt beklemtoond dat het draaiboek moet vermijden dat burgemeesters aan de ene kant van het land bij een uitbraak compleet andere maatregelen nemen dan hun collega aan de andere kant.

Uit het draaiboek blijkt ook dat lokale besturen met de hogere overheden moeten overleggen welke maatregelen ze zullen nemen en ook telkens moeten motiveren waarom die nodig zijn.