Hagia Sophia: ook moslims zijn het oneens met Erdoğan

De Turkse beslissing om van de Hagia Sophia weer een moskee te maken, heeft niets met godsdienst maar alles met electoraal-nationalistisch opportunisme van doen. En misschien overspeelt Erdoğan nu zijn hand.

opinie
Benoit Lannoo
Consulent interreligieuze communicatie en samenwerking

President Recep Tayyip Erdoğan draait zijn hand niet om voor een provocatie meer of minder. Toen zijn woordvoerder op de Turkse CNN-zender vertelde welke hoge gasten genodigd waren voor het eerste vrijdaggebed in de Hagia Sophia sinds deze als moskee dienstdoet, klonk ook de naam van… paus Franciscus. Maar westerlingen vergeten makkelijk dat het gebouw dat destijds aan de ‘heilige wijsheid’ was opgedragen, toen ’s werelds belangrijkste orthodoxe gebedshuis was.

Nu mogen de relaties tussen Constantinopel – de orthodoxe naam van Istanbul - en Moskou zeer gespannen zijn sinds oecumenisch patriarch Bartholomeus I de onafhankelijkheid van de orthodoxe kerk in Oekraïne erkende, de Russische sterke man Vladimir Poetin werpt zich al jaren op als de behoeder van de orthodoxie bij uitstek. Deze aanval op de vroegere kathedraal van Constantinopel kan Poetin eventueel versterken in zijn discours dat Moskou niet het derde Rome hoeft te zijn maar eerder het tweede Rome.

Maar als op de sociale media eenmaal beelden zullen rondgaan van orthodoxe mozaïeken die met gordijnen of speciale lichteffecten aan het zicht onttrokken werden – want een islamitische gebedsplaats met een iconografie van Vader, Zoon en Geest is natuurlijk een contradictio in terminis – riskeert de Russisch-orthodoxe Beer dat niet meteen leuk meer te vinden. Extra-conflictstof dus in een relatie tussen Ankara en Moskou die op zijn minst labiel is.

Doorgedreven polarisatie jaagt op termijn je tegenstanders in elkaars armen

Polarisatie

Het besluit van Erdoğan om komaf te maken met de politiek van de stichter van de Turkse republiek, Mustafa Kemal Atatürk, om van de Hagia Sophia een museum te maken, dient vooral om zijn conservatieve achterban op het platteland te paaien. Begin juli was er een manifestatie van voorstanders van de beslissing voor het gebouw; ze waren met zo’n vijfhonderd, wat in een stad met vijftien miljoen inwoners belachelijk weinig is.

Erdoğan heeft een jaar geleden niet voor niks de gemeenteraadsverkiezingen smadelijk verloren in de stad waar hij zelf zijn politieke carrière als burgemeester begon. De Turkse president kan dan ook geen beroep doen op een brede gelovige gemeenschap om de nieuwe moskee te runnen; het is de Diyanet die voortaan voor de Hagia Sophia instaat, dat is de directie Religieuze Aangelegenheden bevolkt door overheidsambtenaren.

Enkele jaren geleden had de volksbeweging van Fethullah Gülen dit besluit nog kunnen onderschrijven, maar Erdoğan heeft die voormalige medestanders helemaal monddood gemaakt. Er rest hem alleen nog steun vanuit ultranationalistische hoek, genre historicus-politicus Yusuf Halaçoğlu die destijds het eerste wetsvoorstel ter zake indiende. Maar iedereen weet dat doorgedreven polarisatie op termijn je tegenstanders in elkaars armen jaagt.

Raad van Moslimouderen

Wat in het Westen nog minder bekend is, is dat deze beslissing in de moslimwereld niet overal op gejuich wordt onthaald. Rechter Mohamed Abdel Salem bijvoorbeeld is speciaal adviseur van de Raad van Moslimouderen. En omdat hij ook rechterhand is van de belangrijkste stem van het soennisme, sjeik Ahmed al-Tayeb van Al-Azhar in Kaïro, werd hij de voorzitter van het Comité voor Menselijke Broederlijkheid dat Al-Tayeb samen met paus Franciscus opstartte.

Nu heeft deze Abdel Salem contact opgezocht met de Wereldraad van Kerken in Genève, nadat secretaris-generaal ad interim Ioan Sauca aldaar de kritische brief had bekendgemaakt die hij aan president Erdoğan verstuurde. “Wij steunen onomwonden jullie oproep om verdeeldheid te vermijden en wederzijds begrip en respect onder godsdiensten te bevorderen”, aldus Abdel Salem. “De Hagia Sophia heeft een culturele en spirituele waarde voor de hele mensheid.”

Het Hoge Comité voegt er een verklaring aan toe, die het heeft over “elke stap vermijden die de dialoog tussen geloofsovertuigingen en onder culturen kan ondermijnen en spanning en haat kan veroorzaken tussen gelovigen van verschillende godsdiensten.” Het Hoge Comité stelt dat “gebedsplaatsen voor gelovigen een speciale betekenis hebben – namelijk: liefde en vrede voor allen – en dus niet misbruikt mogen worden om verdeeldheid te zaaien.”

Geen islamitische agressie

Soortgelijk geluid bij Hafid Ouardiri, actief bij allerlei interreligieuze organisaties in Genève. “Ik bid als moslim, samen met vele andere moslims wereldwijd, dat de Hagia Sophia waar we zoveel van houden blijft wat ze is sinds 1934: een baken van kennis, licht, wijsheid en vrede voor de hele mensheid.” Met zijn unilaterale beslissing maakt Erdoğan zich alvast meer vijanden dan vrienden.

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen