Drie Soedanese vluchtelingen doodgeschoten in Libië
In Libië hebben veiligheidsdiensten maandagavond drie Soedanese vluchtelingen doodgeschoten. De bootvluchtelingen werden onderschept op de Middellandse Zee door de Libische kustwacht, en teruggebracht naar Libië. Dat meldt de Internationale Organisatie voor de Migratie van de VN (IOM). Volgens het internationaal recht mogen vluchtelingen niet teruggestuurd worden naar een onveilige plek.
De Libische kustwacht onderschepte maandagavond een 70-tal vluchtelingen, waarvan hoofdzakelijk Soedanezen, die op weg waren naar Europa. Zoals dat wel vaker gebeurt voor de Libsche kust, werden de vluchtelingen teruggestuurd naar Khoms, op zo'n 120 kilometer ten oosten van Tripoli.
Aan wal ging het grondig mis bij het ontschepen. Een deel van de vluchtelingen probeerde te ontsnappen voor ze naar een detentiecentrum zouden worden overgebracht. Volgens werknemers van het IOM hebben de lokale autoriteiten meteen het vuur geopend als reactie op die poging. Daarbij kwamen drie Soedanese vluchtelingen om het leven. Twee andere vluchtelingen raakten gewond. De overige vluchtelingen werden naar de detentiekampen gestuurd.
Cijfers van de Verenigde Naties tonen aan dat er sinds februari 2017 minstens 36.000 vluchtelingen werden onderschept door de Libische kustwacht. Libië is dan ook een echte toegangspoort voor Afrikaanse vluchtelingen die hopen Europa te bereiken.
Dit incident bewijst nogmaals dat niemand naar Libië mag worden teruggestuurd.
Een rapport van de Verenigde Naties uit 2018 toonde aan welke gruwelijkheden vluchtelingen in Libië moeten doorstaan. De woordvoerder van IOM, Safa Msehli, benadrukt dat Libië geen veilige plek is, en dat het terugsturen van vluchtelingen naar daar niet mag worden getolereerd: "Het is niet de eerste keer dat mensen zinloos geweld moeten ondergaan. Dit incident bewijst nogmaals dat niemand naar Libië mag worden teruggestuurd." De IOM roept Europa ook op te zoeken naar andere oplossingen voor de bootvluchtelingen op de Middellandse Zee.