Wat is het eeuwenoude Brusselse drankje Half-en-half? 

Bijna 20 jaar geleden streek Valérie De Ketelaere van Kortrijk in Brussel neer. En ze is nooit meer vertrokken. Ze voelt zich Brusselser dan ooit omdat ze er  haar hele volwassen leven woont. De liefde voor de stad bracht haar aan het gidsen. Intussen organiseert ze met  ‘Bazaar Trotoir’ laagdrempelige wandelingen om het échte Brussel te leren kennen. “Cirio is zo’n plek die ik tijdens het gidsen heb leren kennen. Het is een café waar je elke keer een vriendelijke goeiedag krijgt, waar het heerlijk is om een koffietje te drinken tussen de Brusselaars én toeristen. Hier heb je nog een echte mélange zoals ze in Brussel zeggen, en dat maakt het zo fijn. De obers zijn hier ook nog chic gekleed als vroeger. Als een soort van pinguins lopen ze rond, maar ze zijn zo vriendelijk dat je je meteen thuis voelt.” En natuurlijk mag de typische ‘Half-en-half’ hier niet ontbreken. Valérie: “Het is de kunst om het glas tot nét niet aan de rand te vullen zodat het een bubbeltje vormt. Het is fantastisch als een ober dat aan je tafel komt inschenken. En dat doen ze hier goed bij Cirio. Trouwens een kleine tip. Het is beter om je glas te laten staan bij de eerste slok en te slurpen. Anders ben je de helft kwijt!”

De “Half-en-half” bestaat voor de helft uit schuimwijn en voor de helft uit gewone witte wijn. Het ontstond rond de jaren 40 in de cafés rond de Beurs. Ook bij Cirio, en dat is geen toeval. Valerie: “Het heeft inderdaad alles te maken met het Beursgebouw waar we net naast zitten. Vroeger, toen mensen op de beurs gingen spelen, had je winnaars en verliezers. Winnaars kwamen naar de Cirio of de Falstaff aan de overkant om te trakteren op champagne. Maar de verliezers hadden die middelen niet. Die gingen een alternatief zoeken en vroegen aan de obers of ze het glas niet konden vullen met de helft champagne, en de rest konden bijvullen met wat wijn. Het is dezelfde kleur, het smaakt vrij gelijkaardig, de bubbels zitten er nog altijd in, en na een paar rondjes proeft niemand meer het verschil (lacht).”

De drank vloeide dus rijkelijk. Of het nu met échte champagne was of een ‘Half-en-half’. En van het één kwam dan ook het ander in café Cirio. “Wat niet veel mensen weten, als je naar het toilet gaat heb je de ingang voor de man en uiteraard ook eentje voor de vrouw. Twee aparte deuren dus. Maar daarachter is nog een deur die de twee toiletten met elkaar verbindt! Dat was vroeger voor de meisjes van plezier. Die gingen binnen langs de vrouwenkant. De man die daar wou van genieten ging aan zijn kant binnen. En achter die deuren konden ze elkaar tegemoet komen. Niemand in het café kon dat zien. Ik weet niet of het nu nog steeds gebruikt wordt, ik heb het alleszins nooit gedaan (lacht).” (Tekst gaat verder onder foto).

Brusselaars kennen Cirio vooral als het prachtige Art-nouveau café waar je de typische ‘Half-en-half’ kan drinken. Toch was dat ooit anders. “De Cirio was ooit een Italiaans bedrijf van de typische conserven. Hier in Brussel was het een gebruikersruimte waar klanten konden komen proeven. Er waren filialen in Turijn, Rusland, Parijs en dus ook in Brussel. Het is pas later een café geworden. Het interieur is wel geklasseerd om die authenticiteit te behouden. Er mag dus niets aan het interieur veranderd worden. Het behangpapier, de stof op de zetel, de houten panelen, het bureau en het telefoonhokje dat er nog is. Dan nog een ‘Half-en-half en je waant je echt in 1886”.  

Bezoekje brengen aan Cirio? Dat kan in de Beursstraat 18 in hartje Brussel. Meer onbekende parels ontdekken kan met Valérie De Ketelaere en haar interactieve én coronaproof wandelingen van Bazaar Trottoir. Meer info vind je hier op haar website.