Direct naar artikelinhoud
StandpuntStavros Kelepouris

De Wetstraat zal er zich bij neer moeten leggen dat een samenwerking van PS en N-VA van in den beginne een onzinnige fetisj is geweest

De Wetstraat zal er zich bij neer moeten leggen dat een samenwerking van PS en N-VA van in den beginne een onzinnige fetisj is geweest
Beeld DM

Stavros Kelepouris is journalist. 

Welke opties resten Bart De Wever en Paul Magnette nog? De objectieve waarheid is dat de twee preformateurs al twee weken lang geen stap vooruit hebben kunnen zetten. De impasse is totaal. Zowel de liberalen als de groenen willen het bestand tussen PS en N-VA enkel ondersteunen als hun institutionele plannen grotendeels van tafel geveegd worden. Maar zonder dat institutionele luik is er geen bestand meer tussen PS en N-VA.

Het akkoord tussen de twee werd door Ecolo-voorzitter Jean-Marc Nollet afgedaan als de ‘voorkamer van het confederalisme’, wat bij de PS dan weer als onzin afgedaan werd. Maar Nollet heeft gewoon gelijk. Het plan is om een hele rist bevoegdheden op het federale niveau te houden maar in de feiten wel te regionaliseren door een apart beleid te voeren op maat van de regio’s. 

Het is de logica der dingen dat in een volgende fase die bevoegdheden ook effectief naar de regio’s worden overgeheveld. Waarom zou je bevoegdheden federaal houden als je ze toch niet federaal vorm wil geven? De grondwet zou alvast grotendeels opengezet worden voor herziening. N-VA krijgt zo haar droom op een presenteerblaadje: de volgende verkiezingen zullen de facto over de toekomst van België gaan.

Zowel de groenen als de MR zijn te belgicistisch om een akkoord te ondertekenen dat mogelijk de basis legt voor het uitkleden van de federale staat. Voor de Open Vld ligt dat enigszins anders. Inzake staatshervorming is efficiëntie het kernwoord voor de Vlaamse liberalen. Steeds vaker betekent dat in de Melsensstraat echter dat ook herfederalisering overwogen moet worden. Dat is eenvoudigweg geen optie voor N-VA. Voor haar staat een betere staat per definitie gelijk aan regionalisering. Ook al heeft de coronacrisis getoond dat daar minstens serieuze kanttekening bij te maken zijn.

De ironie van het verhaal zit ’m hierin: na de verkiezingen hebben de meeste partijen er maandenlang op gehamerd dat PS en N-VA samen rond de tafel moesten gaan zitten. Pas wanneer paars-geel definitief onmogelijk bleek, konden andere opties verkend worden – zo klonk het lange tijd. En nu een as tussen de twee gezworen vijanden voor het eerst een kans op slagen lijkt te hebben, vinden ze niet voldoende partners om hun coalitie leven in te blazen.

PS en N-VA zijn twee partijen met een diametraal tegenovergesteld maatschappijbeeld, twee partijen wier oplossingen voor de noden van het land onverzoenbaar ver uit elkaar liggen. De enige mogelijke deal tussen de twee blijkt er een te zijn waar geen meerderheid voor te vinden is. Vroeg of laat zal de Wetstraat er zich bij neer moeten leggen dat een samenwerking van PS en N-VA van in den beginne een onzinnige fetisj is geweest.