Open vlakte bovenop de Kesselberg
Alexander Dumarey

Bruisende plekken: hoe de luidste berg van Vlaanderen het zwijgen werd opgelegd

In de reeks "Bruisende plekken" ontdekken VRT-journalist Jos Vandervelden en fotograaf Alexander Dumarey de plaatsen waar ooit mensen feestten, dansten, vierden of genoten. Maar waar de sporen van de geschiedenis zo goed als weggevaagd zijn en voorbijgangers niet beseffen dat ze geschiedenis onder hun voeten hebben. Vandaag: hoog boven Leuven vierde de motorcross zijn hoogdagen tot de sport verdreven werd.

Er was een tijd toen motorcrossers als René Baeten, Joël Robert en Roger De Coster de "Nationale trofee voor sportverdienste" wegkaapten van voetballers, wielrenners en atleten. Toen Sportweekend begon met een verslag van motorcrossen en het publiek op zondag in de modder ging staan om zijn sporthelden aan te moedigen. Het was een episode waarin luide motoren en de geur van benzine en motorolie de harten sneller deed kloppen. Het was 1954, de Kesselberg boven Leuven werd getransformeerd tot een motorcrossterrein en  meteen de luidste berg van Vlaanderen.

Alexander Dumarey

De oorlog was net voorbij. Soldaten hadden motorvoertuigen populair gemaakt. Jonge kerels waren verslingerd op oude afgedankte legermotoren. Of keken uit naar de nieuwe Ducati of Guzzi, en later de Japanse Kawasaki, Honda of Yamaha. De sensatie van de voertuigen zat hem in het racen, liefst "off road". De "Koninlijke Vereniging Motor Unie Leuven" vond een gedroomd terrein op 75 meter boven de zeespiegel, de Kesselberg met zand, heide en bos. In 1934 had dezelfde vereniging al de allereerste "motocross" in Vlaanderen georganiseerd. In het Heverleebos won Jacques Ickx, vader van de latere Formule 1-piloot Jacky Ickx. 

Affiche voor de paastrofee in 1955

Lawaai boven heel Oost-Brabant

Op de Kesselberg werd een spectaculair parcours van 5 kilometer ontworpen. Bomen en planten moesten wijken en heuvels en kuilen werden gegraven. De panoramische hoogte, het geraas van de motoren en de woeste grond -de ene keer slijk, dan weer stof- maakte de cross op de Kesselberg razendsnel populair. De eerste cross vond plaats in 1954. Als de Paastrofee zou de wedstrijd later uitgroeien tot een crossklassieker. De trofee werd in het paasweekend in twee manches georganiseerd, een in Marche-en-Famenne, een op de Kesselberg. In de hoogdagen trokken meer dan 20.000 motorfans en nieuwsgierigen de berg op. De Kesselberg werd de locatie van een volksfeest waarvan het motorenlawaai opsteeg boven heel Oost-Brabant.

Bekijk hieronder wedstrijdverslagen van de Paastrofee van 1970 en 1973

Videospeler inladen...
Videospeler inladen...

De snel opkomende milieubeweging en het groeiend aantal buurtbewoners dat zich in de nieuwe wijken rond de berg vestigde zag echter vooral een horde brutale toeschouwers en hoorde alleen maar pokkelawaai. Ze verkreeg de bescherming van de hele berg. In de jaren '70 moest de Paastrofee onherroepelijk verhuizen en kreeg ze een zwervend bestaan in Vlaanderen. De stilte keerde weer. En ook de archeologen die hadden moeten toekijken hoe de motorcross een berg met een oeroude geschiedenis onherroepelijk had verstoord.

IJzerzandsteenheuvel

De Kesselberg maakt deel uit van een aaneengesloten rij ijzerzandsteenheuvels in het Hageland. Het zijn getuigenheuvels die miljoenen jaren geleden ontstonden toen de zee zich voorgoed wegtrok uit Vlaanderen. Zachte zandlagen spoelden weg. De zandbanken met harde en moeilijk erodeerbare ijzerzandsteen bleven liggen. Tot vandaag zijn de donkerbruine ijzerzandsteenstructuren in de bodem van de Kesselberg goed zichtbaar.

Op verschillende plaatsen is ijzerzandsteen zichtbaar aan de oppervlakte
Alexander Dumarey

De bruikbaarheid van ijzerzandsteen werd duizenden jaren geleden al ontdekt. Op de Kesselberg en de andere Brabantse getuigenheuvels liggen de ijzerslakken wijd verspreid, het resultaat van het verwerken van de steen tot ijzererts in kleine ovens, vermoedelijk al sinds de Romeinse tijd. De ijzerzandsteen zou later haar nut voornamelijk bewijzen bij de bouw van kerken en andere constructies in de streek.

Kesselstein

Niet alleen de bodem maakt van de Kesselberg een feest voor archeologen. Sporen van een meer dan tweeduizend jaar oude versterkte nederzetting met omwalling werden recent teruggevonden. Vorsers stootten op scherven van aardewerk, huttenleem, maalstenen en pijlpunten. Was de Kesselberg lang geleden al een toevluchtsoord waar mensen bescherming zochten? Of huisde een leidende elite er hoog en veilig?

Open vlakte op de Kesselberg
Alexander Dumarey

Dat laatste moet zeker de functie zijn geweest van het Kesselstein, de naam die later gegeven werd aan een kleine burcht die vermoedelijk in de elfde eeuw werd gebouwd op de Kesselberg. Historische bronnen uit de zestiende eeuw spraken al van een ruïne. Ondermeer de Leuvense humanist Justus Lipsius schreef over een vervallen schuilplaats voor rovers en andere bedenkelijke lieden. Ook het Kesselstein is door onderzoekers recent exact gelokaliseerd kunnen worden.

De Kesselberg is tegenwoordig nagenoeg geheel bebost, maar dat is hij lang niet altijd geweest. Tegen de hellingen lagen akkers, heide en schaapsvelden. Op de zuidflanken werd eeuwenlang wijn verbouwd. Ook de oude terrassen van de druivelaars hebben nog zichtbare sporen nagelaten.

De schop in de berg

Wijk aan de voet van de Kesselberg
Alexander Dumarey

In 1868 werd voor het eerst de schop in de berg gezet. Zand werd afgegraven voor de bedding van de nieuwe spoorverbinding tussen Leuven en Aarschot. De harmonie van de berg uit het Mioceen was voorbij. Tijdens de Eerste Wereldoorlog exploiteerde de Duitse bezetter een zandgroeve in de berg. Opnieuw ging de grond naar de uitbreiding van de spoorwegen rond Leuven. Tientallen jaren bleef een zandgele gapende wonde zichtbaar in de berg. Erosie en enkele generaties kinderpret deden de rest. Tot in de jaren '50 zou de Kesselberg afgegraven worden. En eens de graafmachines stopten, werden betonmolens aangevoerd om huizen te bouwen. De stadsuitbreiding van Leuven reikte voortaan tot aan de voet en zelfs de lage flanken van de Kesselberg.

Het bijzonder ongelukkige verhaal van de jeugdherberg van de Kesselberg komt ook nog een plaats toe in de geschiedenis van de berg. Bovenop het plateau van de berg liet de gemeente Kessel-Lo een jeugdherberg en "vakantietehuis voor arbeiders" optrekken. Nooit heeft het enorme modernistische gebouw een bezoeker over de vloer gehad. Op 12 mei 1940 moest het vakantiecomplex worden ingehuldigd. Op 13 mei werd het fonkelnieuwe gebouw gedynamiteerd door Britse genietroepen. De Tweede Wereldoorlog was net begonnen. Van bovenop de Kesselberg bood het bouwwerk volmaakt uitzicht op de Brits-Belgische verdedigingslinies. Het mocht zeker niet in handen vallen van de oprukkende Duitsers. Het besluit was onverbiddelijk.

Het vakantiecomplex op de Kesselberg

Vergane glorie

De Kesselberg vond de vrede dankzij een besluit uit 1972. Ze kreeg een definitieve bescherming met een verbod op "wedrennen met mechanische tuigen" en 'het terrein te wijzigen en constructies te bouwen". De berg wordt nu deels als natuurgebied beheerst en heeft een recreatieve functie met als lokker een panoramisch uitzicht.

Het uitzicht vanop de Kesselberg
Alexander Dumarey

De "Koninklijke Vereniging Motor Unie Leuven" werd in 2013 opgeheven, na jaren botgevangen te hebben om nog een motorcross te mogen organiseren in het Leuvense. In Vlaanderen is het rumoer van motoren steeds minder te horen. Motorcross dreigt vergane glorie te worden. Strengere wetgeving, buurt- en milieucomités, ongeïnteresseerde gemeentebesturen, internationale concurrentie en gebrek aan sponsors hebben de sport in het nauw gedreven. De internationale erelijsten kleuren amper nog Belgisch. Enkel het veldrijden maakt van gezwoeg in slijk en klei nog een nationaal moment.

De Kesselberg is nu natuurgebied
Alexander Dumarey

Volg onze fotograaf op Instagram

Meest gelezen