De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben een akkoord over een wederzijdse verlaging van een reeks importtarieven op goederen. Dat is best uniek, want het is de eerste keer in twee decennia dat de handelspartners een overeenkomst bereiken.
De EU en de VS onderhandelden al een tijdje over de eliminatie van tarieven op industriële goederen. De Amerikaanse president Donald Trump en toenmalig Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker lanceerden dat idee in de zomer van 2018. De aankondiging ontmijnde destijds het dreigement van Trump om hogere douanetarieven op te leggen voor Europese auto’s.
Concreet schrappen de Europeanen de tarieven op de import van Amerikaanse levende en bevroren kreeften. In 2017 was dit goed voor 111 miljoen dollar, oftewel 94 miljoen euro. De maatregel geldt voorlopig voor vijf jaar, maar de Europese Commissie heeft de intentie om dat permanent te maken en start daarvoor een procedure op.
In ruil zullen de Amerikanen de tarieven op Europese producten als bereide maaltijden, kristallen glaswerk, sigarettenaanstekers en onderdelen halveren. Europese bedrijven verkopen jaarlijks voor zo’n 160 miljoen dollar (135 miljoen euro) van deze producten in de Verenigde Staten. Beide tariefverlagingen gaan met terugwerkende kracht in vanaf 1 augustus.
Omvangrijk is het akkoord niet, want de Europese Unie en de Verenigde Staten verhandelen jaarlijks voor meer dan 670 miljard euro aan goederen met elkaar. Wel kan de deal het vertrouwen tussen de twee handelsblokken opnieuw wat opvijzelen. ‘Dit moet het begin worden van een proces dat zal leiden tot aanvullende akkoorden die meer vrije, eerlijke en wederkerige trans-Atlantische handel creëren”, stellen de Amerikaanse handelsgezant Robert Lighthizer en de Europese handelscommissaris Phil Hogan.
