Cultuurhuizen en organisaties openen hun seizoen opnieuw op kousenvoeten, maar moeten allerlei maatregelen nemen om hun concerten coronaproof te houden.

Het was een half jaar lang de nieuwe realiteit: tot groot ongenoegen van de cultuursector kon geen enkel optreden meer doorgaan door de coronacrisis. Maar sinds de laatste update van de Veiligheidsraad nemen weer wat meer cultuurhuizen en organisaties het heft in eigen handen en worden er weer evenementen georganiseerd. Zij het coronaproof.

Veel organisaties gaan daar creatief mee om. Het Festival van Vlaanderen, waarbij een week lang klassieke concerten worden georganiseerd in verschillende steden, doet het dit jaar in Gent bijvoorbeeld met een boottocht over de Schelde die u van de ene naar de andere locatie brengt. Op locatie kunt u, met de nodige afstand, concerten beluisteren. Verder worden er ook meer concerten buiten georganiseerd en met kleinere orkesten.

Schermen en afstand

Want ook orkesten moeten hun voorzorgsmaatregelen nemen. Het Nationaal Orkest van België, dat normaal uit 85 muzikanten bestaat, moet het nu stellen met een ensemble van 50 mensen. ‘Dat is niet plezant, maar we zijn al blij dat we opnieuw kunnen opstarten’, zegt regisseur Wim Baetens.

Het orkest moest dan ook zijn hele organisatie omgooien. Tussen elke muzikant moet 1,5 meter afstand zijn, tussen blazers zelfs 2 meter, en tussen de strijkers en de blazers moeten schermen geplaatst worden zodat het speeksel van de dwarsfluitisten en trompettisten niet in de nek van de violisten terechtkomt.

Uitgedund publiek

En dan is er het publiek. Dat wordt ook stevig uitgedund. Het Gentse kamerorkest Cordae Lysis kan normaal 200 mensen plaatsen, maar moest zijn publiek beperken tot 60 man. ‘In de eerste zaal waar we wilden spelen, konden er zelfs maar 20 mensen binnen nadat we alle muzikanten ver genoeg uit elkaar hadden gekregen en alle stoelen hadden afgemeten volgens de regels’, lacht dirigente Ann Pareyn. Van de Veiligheidsraad mag er sowieso ook maar 100 man per voorstelling in een zaal zitten.

Het publiek reserveert per bubbel. ‘We hebben onze stoelen in verschillende soorten bubbels gezet met telkens drie stoelen tussen en tussen de rijen is er een afstand van 1,5 meter’, legt Pareyn uit.

Financieel haalbaar

Het is veel extra werk, maar het brengt wel op. Woensdag startte Cordae Lysis met de ticketverkoop voor zijn evenement en donderdag waren er al meer dan 30 van de 60 tickets weg. ‘Mensen zijn duidelijk blij dat ze weer naar concerten kunnen’, klinkt het.

Maar is het ook financieel interessant om maar iets meer dan een vierde van je publiek te kunnen ontvangen? ‘Het is haalbaar met een amateurorkest waar niemand betaald moet worden’, zegt Pareyn. ‘Ik dirigeer ook nog een professioneel orkest, Spumanti, waar betaald wordt per uur, en dat is niet rendabel te krijgen in coronatijden.’

Bozar

Maar het is niet overal rozengeur en maneschijn. De Brusselse cultuurtempel Bozar moest een reeks concerten in het Brusselse stadscentrum annuleren omdat de maatregelen niet konden gerespecteerd worden. Nochtans waren die in de buitenlucht. ‘Het strikte veiligheidsprotocol en alle gezondheidsmaatregelen hebben ons genekt’, zegt directeur Hans Waege daarover in een interview. ‘Het aantal mensen en middelen dat nodig was voor een minimumversie was niet te verantwoorden.’ De concerten waren gestart als antwoord op de aanslagen in Zaventem ‘om de mensen weer bij elkaar te brengen’.