Direct naar artikelinhoud
Analyse

Na alle ‘vergeetachtigheden’: sterke Jan wordt kreupele Jan

Jan Jambon over de dag van het onderhoud met de Slowaakse ambassadeur: ‘Mijn aandacht is toen volledig naar de aanslag gegaan.’Beeld Photo News

De geloofwaardigheid van Jan Jambon (N-VA) heeft een flinke knauw gekregen. De Vlaamse minister-president moest toegeven dat hij een persoonlijk gesprek had gehad met de Slowaakse ambassadeur over de dood van Jozef Chovanec. Jambon herinnert zich naar eigen zeggen niets.

Jan Jambon heeft een horrorweek achter de rug. De zaak rond Jozef Chovanec, de Slowaak die in 2018 overleed na een gespierde politie-interventie op de luchthaven van Charleroi, noopte de voormalige minister van Binnenlandse Zaken tot een opmerkelijke bocht. Had hij eerst nog verklaard “nooit, met geen woord” ingelicht te zijn, dan moest hij zaterdag toegeven dat hij de Slowaakse ambassadeur persoonlijk had gesproken over de zaak. Dat gebeurde op 30 mei 2018, drie maanden na het overlijden van Chovanec.

“Een communicatiefoutje”, deed Jambon de zaak eufemistisch af. Al moest Jambon de kelk der communicatiefoutjes wel tot op de bodem ledigen. “Ik herinner mij, met de hand op het hart, geen ontmoeting”, had hij gezworen op een persconferentie. Waarna Jambon op VTM Nieuws kwam vertellen dat de ambassadeur “een vriendelijke man” was die ook “begrip toonde dat ik als minister van Binnenlandse Zaken geen informatie over het gerechtelijk onderzoek kan geven.”

Dansen op iemands graf

Ook Pol Van Den Driessche, de communicatieadviseur van Jambon, moest zichzelf corrigeren. Na de persconferentie maakte hij zich op Twitter vrolijk dat enkele journalisten de scalp van Jambon hadden gewild. “Dat feestje gaat nu toch wel niet door zekers.” In een dossier waarbij een man mogelijk het leven liet door agressieve agenten, leek het als dansen op iemands graf. Van Den Driessche verwijderde het bericht even later.

Het toonde de nervositeit in de entourage van Jambon. Dag na dag werd duidelijker dat Jambon, als minister van Binnenlandse Zaken toen bevoegd voor de werking van de politie, wel degelijk geweten moest hebben van het lot van Jozef Chovanec. De minister-president mag wellicht van geluk spreken dat hij het gesprek met ambassadeur Stanislav Vallo eerder op het spoor kwam dan de pers of het parlement. In dat geval had Jambon helemaal met de billen bloot gestaan en was de politieke schade niet te overzien.

Aanslag in Luik

Jambon riep zaterdag excuses in. De ochtend van het onderhoud met Vallo had Islamitische Staat net de aanslag in Luik opgeëist, waar een dag eerder twee agenten en een studente neergeschoten waren. “Mijn aandacht is toen volledig naar de aanslag gegaan.” Bovendien hadden zowel het parket als het Comité P al een onderzoek geopend tegen de tijd dat het dossier op het kabinet-Jambon belandde. “Vanaf dat moment is het geen zaak meer van de minister van Binnenlandse Zaken. Hij moet zich dan terughoudend opstellen”, aldus Jambon.

Toch is na vorige week de indruk ontstaan dat Jambon als minister meer had kunnen doen. Zo had hij in mei, na het gesprek met de ambassadeur, wel kunnen informeren naar de stand het dossier, zonder zich inhoudelijk met het onderzoek te bemoeien. Dan had hij gemerkt dat het politieoptreden ver buiten proportie was, en dat er maanden na de feiten geen enkele tuchtprocedure was opgestart.

Vergeetachtig

Bovendien was er meer dan dat ene gesprek met de ambassadeur. Vallo had enkele dagen na de feiten al een onderhoud gevraagd op Jambons kabinet, dat begin maart plaatsvond. Het politieverslag was intussen per mail bezorgd aan zowel de kabinetschef als Jambon zelf. Ook de liaison tussen het kabinet en de politie had erop gewezen dat er vragen zouden kunnen komen. Dat Jambon naderhand niks weet van de hele zaak, geeft niet de indruk van een kabinet waar doortastend te werk gegaan werd.

De deuk in Jambons geloofwaardigheid komt op een slecht moment voor N-VA. De kans is niet gering dat de Vlaams-nationalisten straks geen deel uitmaken van de federale regering. In dat geval moet N-VA zich volledig terugplooien op Vlaanderen om zich als betrouwbare bestuurspartij in de markt te zetten. Maar tot nog toe reed de Vlaamse regering allesbehalve een glansrijk parcours. Het beeld van een vergeetachtige regeringsleider kan N-VA missen als kiespijn.