Direct naar artikelinhoud
InterviewBart Van Geluwe

‘Anaal genot wordt de volgende stap in onze seksuele revolutie’

‘Anaal genot wordt de volgende stap in onze seksuele revolutie’
Beeld sven franzen

Iedereen onder ons heeft aambeien – ook u, ja. En drie op de vier krijgen er ooit last van. Met zijn boek Achterwerk haalt de Kortrijkse buikchirurg Bart Van Geluwe (40) de angel uit de aars. ‘Anaal genot wordt de volgende stap in onze seksuele revolutie.’

We zitten nog niet helemaal neer in zijn steriel witte spreekkamer of abdominaal chirurg Bart Van Geluwe (AZ Groeninge) heeft er de mond van vol: van dat “fantastisch orgaan”, de anus. Helder én met humor schuift hij alle schaamte aan de kant. Net zoals in zijn pas verschenen boek Achterwerk, waarin hij elk beetje anaal taboe het nakijken geeft. Van Geluwe: “Ik wil mensen vooral over de streep trekken om iets aan hun ongemak te laten doen. Als je last hebt van gevoelige tanden wacht je toch ook geen twee jaar alvorens naar de tandarts te gaan?”

Met alle respect voor de anus, maar hoe kwam u erbij om u hierin te verdiepen?

Van Geluwe: “Vroeger kreeg ik daar weleens commentaar op: ‘Als je dan toch chirurg wilt worden, waarom geen hart- of plastisch chirurg?’ Alsof dat van een hogere orde zou zijn. (schudt meewarig)

“Buikchirurgie sprak me aan omdat er veel verschillende organen mee gemoeid zijn. Je hebt de maag, de darmen, de lever, de galblaas. Dit in tegenstelling tot hartchirurgie, waar je maar met één orgaan werkt. De anus, die laatste 2 à 5 centimeter van ons spijsverteringsstelsel, valt dus ook in mijn domein. En die vergt een heel fijne chirurgie, helemaal anders dan pakweg een stuk darm weghalen. Eerlijk gezegd, niet alle buikchirurgen lopen er warm voor, om te opereren aan de aars. Je moet er een klik mee hebben. Ik heb die.” (lachje)

Waarom moest dit boek er komen? Is het taboe dan zo groot?

“De schaamte zit er diep in, dat zie ik elke dag. Zowat alle patiënten die mijn spreekkamer binnenkomen, excuseren zich. Gaat het om klachten aan de anus, dan is de drempel naar medische hulp bijzonder hoog. En dat terwijl het aandoeningen zijn die vaak voorkomen. Achteraf hoor ik mijn patiënten dikwijls zeggen: ‘Ach dokter, had ik geweten dat mijn klachten zo eenvoudig te behandelen waren, ik was al veel eerder langsgekomen.’

“Vandaar dit boek. Want als we die drempel kunnen verlagen, dan zullen de meeste patiënten niet naar het operatiekwartier moeten. Daar ben ik van overtuigd.”

Minder operaties. Spreekt u dan niet tegen uw winkel?

“Dat is de grote paradox van ons beroep: chirurgen moeten zichzelf overbodig maken. Een goeie chirurg grijpt zo min mogelijk naar het mes, alleen als het absoluut noodzakelijk is. Werk je preventief, dan is er bij negen op de tien klachten over aambeien geen operatie nodig. Maar als je er eerst járen mee rondloopt, zit je natuurlijk in een fase waarin het niet anders kan.”

Goedele Liekens leerde ons de vagina kennen. U wilt hetzelfde doen voor de anus?

“Het ding is: de vagina en de penis zijn de laatste decennia sterk gepopulariseerd. Je vindt er wel honderd boeken over. Dan denk ik: waarom krijgt de anus geen forum? Wat heeft die ons misdaan dat hij zo verdrukt en verketterd wordt? Waarom moet hij in het verdomhoekje?

“Op dat vlak is er veel veranderd toen de mens rechtop begon te lopen. Ineens hadden we een voorkant en een achterkant. En die twee hebben we lijnrecht tegenover elkaar gezet: de ene mocht gezien worden, de andere niet. Daar moet het taboe er onbewust al in geslopen zijn.”

De anus wordt scheef bekeken, dus?

(knikt heftig) “En dat terwijl het zo’n uniek én universeel orgaan is. Zoiets mogen we niet negeren. Kijk naar onze maatschappij. Tegenwoordig trekken we volop de kaart van alles wat genderneutraal is. Speelgoed, kledij: we mogen vooral niet zien of het voor een jongen of een meisje is. En dan heb je een genderneutraal orgaan, maar blijft dat het grootste taboe. De anus zou een hype moeten zijn, geen taboe.” (lacht)

In uw boek valt u meteen met de deur in huis. ‘We beginnen allemaal als anus.’ Excuseer?

“Het is echt zo. Als een eicel bevrucht wordt, krijg je een klompje cellen. (maakt een kommetje met zijn handen) Aan de onderkant daarvan ontstaat een deukje. Die instulping is je anus. Het is het beginpunt van je maag-darmstelsel. Dat deukje wordt steeds dieper en wijder, tot het ook aan de andere kant doorbreekt: dat wordt je mond. We groeien dus van vanonder naar vanboven. Eerst onze anus, daarna al de rest.”

Bart Van Geluwe: 'In landen waar ze hurken om naar toilet te gaan, zijn er veel minder anale klachten. Dat is veel gezonder.’Beeld Tim Coppens

Verrassend: we hebben állemaal aambeien, schrijft u, van bij onze geboorte. Waar zijn die goed voor?

“Vergis je niet, aambeien zijn een deel van onze sluitspieren en hebben wel degelijk een functie. Het zijn zakjes, gevuld met bloed, die het anaal kanaal hermetisch moeten afsluiten. Mocht je geen aambeien hebben en je springt, hoest of lacht, dan zou je stoelgang verliezen of windjes laten.

“Patiënten komen hier soms gefrustreerd aankloppen: ‘Dokter, mijn vorige chirurg heeft geen goed werk geleverd, want mijn aambeien zijn er nog. Maar ze mógen niet weg, anders word je incontinent. Ze mogen natuurlijk geen klachten veroorzaken. Eigenlijk moeten aambeien net groot genoeg zijn om hun job te doen. Maar niet te groot om te gaan bloeden of naar buiten te puilen.”

Is dat dan de meest voorkomende klacht?

“Veel patiënten hebben de misvatting: ik heb last van mijn achterwerk, dat móéten wel aambeien zijn. ‘Ik heb speen’, zeggen ze dan. Terwijl het soms over iets helemaal anders blijkt te gaan: een anale kloof, een fistel, een fissuur, een abces. Niet iedereen die hier binnenstapt, heeft dus per definitie een aambei-probleem.”

De cijfers liegen er nochtans niet om: drie op de vier westerlingen hebben vroeg of laat last van pijnlijke aambeien. Kunnen we dit voorkomen?

“Alles begint bij je voeding. Door vezelrijk te eten en voldoende te drinken zorg je ervoor dat je stoelgang zachter is. Dat is zowat de beste preventie. Want als je elke dag hard moet persen, loop je meer risico op klachten.”

U geeft ook recepten mee in uw boek: de ‘happy-anus-soep’ met bosbessen, de ‘fancy-ass smoothie’ met frambozen. Ook voor die vezels?

“Absoluut, want negen op de tien Vlamingen eten er te weinig. De meesten denken dat ze genoeg vezels binnen krijgen met twee sneetjes volkorenbrood en een sinaasappelsapje als ontbijt. Met ’s middags nog een extra schep groenten op hun bord. Maar dat is niet zo. Elke dag hebben we 30 gram vezels nodig. Twee sneetjes bruin brood: dat is maar 4 gram.”

Waar kunnen we nog op letten, willen we geen pijn tussen de billen?

“Een goeie raad: hou je toilettijd kort. Blijf daar geen twintig minuten zitten, want onbewust zet je druk op het systeem. Zit er dus niet de krant te lezen of op je gsm te scrollen. Ik weet: velen zullen dat niet graag horen, want het is natuurlijk de ideale plek om te onthaasten. Mijn vriendin vraagt me ook niet om het gras af te rijden als ik daar zit.” (lacht)

Volgens u zitten we ook massaal verkeerd op het toilet. Hoe moet het dan wel?

“Tot zo’n 150 jaar geleden deden we onze behoefte nog in de bosjes, gehurkt. Maar toen we geciviliseerder werden, hebben we besloten om dat binnenshuis doen. We dachten: we nemen een stoel, boren daar een gat in, en dat is onze wc-pot. Die stoel werd het uitgangspunt, terwijl we eigenlijk altijd gehurkt hadden. En dat was veel gezonder. Dat zien we nu nog: in landen waar ze nog altijd hurken, hebben ze veel minder anale klachten.

(haast zich) En nog een belangrijke: overdrijf niet met je hygiëne. Begin alsjeblieft niet met geparfumeerde doekjes en jaag er geen halve rol wc-papier door. Te veel wrijven is niet goed.”

Van Geluwe: 'Gaat het over seksueel genot, dan hinkt de aars alweer bij de penis en de vagina achterop. Ook omdat er, zeker bij heteromannen, nog zo’n taboe op rust.'Beeld Tim Coppens

Spoelen is beter dan wrijven, zegt u. Gooien we binnenkort ons druk gehamsterde toiletpapier gewoon overboord?

“Ken je die hoogtechnologische Japanse toiletten? Met allerlei knopjes en sproeiers – een douchetoilet eigenlijk. Die zullen we over twintig jaar ook veel meer bij ons zien. Daar ben ik zeker van. Het grote voordeel is: je hebt dan geen toiletpapier meer nodig. Ben je klaar, dan spoelt het toilet automatisch je achterste af – naar het schijnt zou het nog aangenaam zijn ook. (fijntjes) Daarna blaast er warme lucht, om je billen te drogen. Dat is iets wat ik sommige patiënten, met anale jeuk, nu al aanraad: stop met wrijven, neem je haardroger en droog de aars met lauwe lucht. Dat alleen al kan een stillend effect hebben.”

Over anale jeuk gesproken: zo’n 5 procent van de bevolking zou hier last van hebben. Voor hen is er zoiets als een anale tattoo, zegt u. Wat moeten we ons daarbij voorstellen?

“Anale jeuk zien we vooral bij mannen, voorbij de dertig. Ook hier is de hoofdoorzaak niet wat iedereen denkt: resten stoelgang en bacteriën die aan de huid knagen. Nee, het is net het omgekeerde: te veel wrijven en poetsen. Meestal zijn die patiënten geholpen met een zalfje, of door minder te wrijven, of beter te drogen.

“Maar als al die zaken niks uithalen, dan is er de ‘blue tattoo’. In de huid rond de aars spuiten we dan een beetje methyleenblauw in, een blauwe kleurstof die de zenuwen daar wat verlamt. Heb je dat pas ingespoten, dan lijkt het inderdaad alsof de anus getatoeëerd is. Maar na één maand verdwijnt die kleur, is de huid hersteld en is de jeuk in 80 procent van de gevallen verdwenen.”

Het is gelukkig niet allemaal kommer en kwel. U besteedt zelfs een volledig hoofdstuk aan anaal genot. Pleit u voor meer anale seks?

“Mij ga je niet horen zeggen dat iedereen dit nu móét proberen. Maar ik wil evenmin dat er onwaarheden de ronde doen: dat het ongezond zou zijn, dat je er incontinent van zou worden. Dat klopt dus niet.

“Het punt is: gaat het over seksueel genot, dan hinkt de aars alweer bij de penis en de vagina achterop. Ook omdat er, zeker bij heteromannen, nog zo’n taboe op rust. Een heteroman die anaal genot ervaart, begint al snel te twijfelen aan zichzelf: ‘Ben ik nu deels homoseksueel?’ Terwijl je anale seks en homoseksualiteit moet loskoppelen van elkaar. Die twee vallen niet samen.

“Als je het mij vraagt, wordt anaal genot de volgende stap in onze seksuele revolutie. De anus is tenslotte een van de best bezenuwde regio’s van ons lichaam. Het is een ontzettend gevoelige plek. En dus uitstekend om onze seksualiteit te verkennen.”

Iedereen herinnert zich wel de sketch uit In de gloria, waarin een koppel zich aan anale seks waagt. Na afloop kan de vrouw, met een door pijn vertrokken gezicht, amper gaan zitten. Zo hoort het dus niet?

“Het is zoals bij andere vormen van seks: het mag nooit pijn doen. Ga dus niet met geweld, maar met geduld te werk. Te bruut kan leiden tot anale trombose, bloedende aambeien of een kapotte sluitspier. Voor anaal genot heb je drie dingen nodig: geduld, glijmiddel en goede condooms. Ook dat laatste is erg belangrijk. Want bij onbeschermde seks loop je meer risico op soa’s of anuskanker.”

Opmerkelijk: u ziet steeds meer mensen op spoed die de verkeerde ‘erotische voorwerpen’ gebruiken, schrijft u: een grote salami, een zaklamp, een levende paling. Echt?

“Wij treffen van alles aan. Precies door het taboe experimenteren mensen met de verkeerde dingen, ook al vind je op internet makkelijk de juiste attributen. Het is ook niet zonder risico. Als je een groot, scherp object gebruikt en je bent te wild, dan kunnen er scheurtjes of perforaties ontstaan.

“Het moeilijkste voor mij was een man met een whiskyfles van 1 liter. Kwam daarbij dat die fles in vijf stukken gebroken was. Wellicht had hij die in paniek stuk proberen te slaan. Twee uur heb ik daaraan gewerkt om die scherven eruit te krijgen. Ik moest ook opletten dat ik mij er niet zelf aan kwetste. Maar dat is gelukt: onder verdoving, zonder operatie. Een maand later wilde ik die man nog eens terugzien op controle. Maar hij is nooit teruggekomen. Ook weer die schaamte zeker?”

Een andere trend: anus-zonnen of butthole tanning. Influencer Ra of Earth is zo’n believer die elke dag met zijn achterwerk in de zon gaat liggen. Hoe kijkt u daarnaar?

“Vroeger, in de jaren 80, had je het bleachen. Vooral pornoacteurs wilden toen hun anus bleken. Nu zien we het omgekeerde: anus-zonnen. Aanhangers menen dat het de creativiteit aanscherpt, depressie tegengaat en het geluksgevoel verhoogt.

“Bewezen is dat niet. Waarmee ik niet zeg dat het onzin is. Als zoiets uw levenskwaliteit verbetert, wie ben ik dan om u tegen te houden?”

Anno 2020 kan het niet dat we met pijn aan de poep blijven sukkelen, stelt u. Meer nog: had Napoleon uw boek gelezen, hij had de slag bij Waterloo niet verloren. Hoezo?

“Net voor de eindstrijd moest Napoleon zich laten verzorgen voor aambeien. Door de pijn kon hij niet op zijn paard zitten. Gevolg: hij was veel minder aanwezig op het veld dan de Hertog van Wellington, die de hele dag langs de linies reed, zijn mannen aanmoedigde en zijn strategie kon bijsturen.

“Wist je trouwens dat je hier ook de herkomst van het woord ‘aarzelen’ ziet – hoe dit gelinkt is aan de aars? Het betekent zoveel als: herhaaldelijk met je achterste wrikkelen. Net zoals Napoleon stond te dralen om zijn paard te bestijgen. En nee, natuurlijk verloor hij die slag niet alleen door pijnlijke aambeien. Maar dat aarzelen was toch ook geen cadeau.”

Achterwerk, door Bart Van Geluwe, uitgeverij Borgerhoff & Lamberigts, 192 p., 22,99 euro.