Gilbert nú al terug in competitie, ook Wellens en Degenkolb hervatten volgende week in Ronde van Luxemburg

Breukje in de knieschijf, luidde de diagnose twee weken geleden. Gilbert was, net als vele andere renners, in de openingsrit van de Tour op het spekgladde wegdek in het achterland van Nice ten val gekomen. Hij haalde de finish nog wel, maar zijn Ronde van Frankrijk zat er na amper 156 kilometer onverbiddelijk op. “Uiteindelijk bleek de patellafractuur van mijn linkerknie dan toch een heropening van de oude breuk uit de Tour 2018.” Dat jaar dook Gilbert in de afdaling van de Portet d’Aspet het ravijn in. Daardoor werd de huidige breuk als een ‘non-union’ (slecht herstelde) fractuur aanzien. “Na een paar dagen voelde ik al niet te veel pijn meer”, aldus Gilbert. “Daardoor kon ik al vrij vroeg de training hervatten. Donderdag reed ik 4,5 uur. Ik wil echt koersen, want het seizoen is al zo kort. In de Ronde van Wallonië zag ik dat competitie mijn conditie deugd deed. In de Ronde van Luxemburg streef ik hetzelfde effect na. Ik heb de Tour gemist. Maar de klassiekers komen er nog aan. Ik ben ambitieus en heb veel honger.” Na het BK in Anzegem (22/9) rijdt Gilbert in principe nog LBL (4/10), de Brabantse Pijl (7/10), de Gold Race (10/10), de Ronde van Vlaanderen (18/10) en Parijs-Roubaix (25/10). Eerder verschijnt hij aan de start van de Gooikse Pijl (20/8).

Ook Degenkolb, die bij zijn val in de openingsrit van de Tour beide knieën kneusde, maakt in Luxemburg zijn wederoptreden. Hij trekt vervolgens via de BinckBank Tour (29/9-3/10) naar de (Vlaamse) klassiekers. Tim Wellens miste de Ronde van Frankrijk na een zware crash achter de brommer in de rechtstreekse aanloop, maar stelt het naar eigen zeggen goed nu. “Ik heb de fiets een week aan de kant moeten laten, maar train intussen alweer een dikke week. Afwachten wat het gevoel in competitie zal geven. Luxemburg is daarvoor ideaal. Nadien rijd ik het BK en de klassiekers. Maar ook het WK in Emilia-Romagna zie ik wel zitten.”