Direct naar artikelinhoud
InterviewIan Buruma

Historicus Ian Buruma: ‘Trump is in staat een catastrofale oorlog te ontketenen’

Ian Buruma: ‘Het was een vergissing om een oorlog te beginnen in Irak. Saddam Hoessein was een zeer onplezierig figuur, maar geen Hitler die de hele wereld bedreigde.’Beeld Marie Wanders

Veel naoorlogse Amerikaanse en Britse leiders worstelden met een Churchill-complex, zegt Ian Buruma (68). Ze wilden per se dapper zijn en ten strijde trekken. Maar wat dan met Donald Trump? ‘Trump gelooft enkel in zijn eigen macht.’

De Nederlandse journalist, historicus, sinoloog en schrijver Ian Buruma maakt zich grote zorgen over de toestand in de Verenigde Staten, het land waar hij de voorbije vijftien jaar woonde en werkte. “Onder president Donald Trump raakte Amerika totaal gepolariseerd”, zegt hij. “Aanhangers van de ene politieke partij zien militanten van de andere partij niet langer als mensen met een verschillende overtuiging met wie desondanks kan worden samengeleefd. Nee, ze zien elkaar als te bestrijden aartsvijanden.

“Voor een democratie is dat niet gezond. Je moet je er altijd bij kunnen neerleggen dat de partij van de tegenstander wint. Alleen doet de populist Trump er alles aan om die consensus te vernietigen.”

Buruma maakt zich eveneens grote zorgen over de toestand in Groot-Brittannië, het geboorteland van zijn moeder. “Onder impuls van premier Boris Johnson is dat land met rasse schreden op weg naar een harde brexit. Er zijn niet veel lichtpuntjes in de beraadslagingen tussen het Verenigd Koninkrijk (VK) en de Europese Unie (EU). Net als Trump is Johnson de vleesgeworden opportunist die nergens in gelooft. Hij gokt erop dat hij na die harde brexit een voordelig handelsakkoord zal kunnen sluiten met zijn ‘goede vriend’ Donald Trump. Maar wat mij erg opvalt, is dat Trump de laatste tijd niet veel woorden meer aan Johnson vuilmaakt. Groot-Brittannië lijkt niet zoveel meer te betekenen voor de Amerikanen.”

Ooit was het anders. In zijn pas verschenen boek The Churchill Complex reconstrueert Ian Buruma de naoorlogse ‘special relationship’ tussen Amerikaanse presidenten en Britse premiers. “De kiemen van die relatie werden gelegd tijdens de Tweede Wereldoorlog”, zegt hij. “Toen de VS en het VK samen met de Sovjet-Unie de wereld bevrijdden van Adolf Hitler en het Japanse keizerrijk. In de jaren daarna stonden Amerika en Groot-Brittannië model voor vrijheid en liberalisme.

“Vandaag vertegenwoordigen ze allebei compleet het tegenovergestelde. Het populisme van Trump en Johnson druist regelrecht in tegen de idealen van de Britse oorlogspremier Winston Churchill en de Amerikaanse oorlogspresident Franklin Delano Roosevelt. In mijn boek schets ik hoe de verhouding tussen de VS en het VK de naoorlogse wereld beïnvloed heeft.”

Wat is dat precies, het ‘Churchill-complex’?

Ian Buruma: “In september 1938 tekende de toenmalige Britse premier Neville Chamberlain in München samen met de Fransen en de Italianen een akkoord met Hitler. De Duitsers hadden het Tsjechische Sudetenland geannexeerd. Chamberlain accepteerde die annexatie in ruil voor vrede in Europa.

“Die politiek van appeasement, vrede nastreven met de nazi’s, bleek al snel een vergissing van formaat te zijn. Winston Churchill was er een groot tegenstander van. Hij was een van de weinigen, maar kreeg gelijk: een jaar later vielen de Duitsers Polen binnen. Na de dood van Chamberlain in november 1940 kwam Churchill aan zet. Hij zegde Hitler de wacht aan en het vervolg kennen we.

“De naoorlogse Amerikaanse en Britse leiders konden niet om de cultus rond Churchill heen. Dat speelde misschien nog het meest in Washington D.C., het politieke hart van de VS. Want telkens als er ergens in de wereld een crisis woedde en er beraadslaagd werd of de VS moest ingrijpen, gooide iemand in the Oval Office, het kantoor van de president, het Verdrag van München van 1938 op tafel. De angst om te eindigen als Neville Chamberlain was zeer groot, zowel bij Britten als bij Amerikanen. Dus volgden ze Winston Churchill. Wat tot catastrofale oorlogen leidde.”

Die naoorlogse navolging van Churchill zorgde voor een opstoot van agressie?

“Oorlogen hebben natuurlijk alles met agressie te maken, alleen werden ze na WO II vaak begonnen met het idee dat zo vrijheid en democratie verdedigd zouden worden. De problemen van de wereld na 1945 proberen op te lossen met het model van de Tweede Wereldoorlog, bleek heel vaak een vergissing van formaat. Zo droeg de uitzichtloze oorlog die door de vroegere Amerikaanse president George Bush en de Britse premier Tony Blair in Irak begonnen werd, veel bij aan de verkiezing van Donald Trump. Onder Trump keerde Amerika terug naar het isolationisme van de jaren dertig.”

‘Zodra de harde brexit een feit is, wordt het heel moeilijk voor Engeland. Hun oude imperium komt nooit meer terug, en Europa zijn ze dan waarschijnlijk ook kwijt.’Beeld Marie Wanders

Met de ‘originele’ aanpak van Churchill van WO II was niets mis?

“Nee. In 1940 zagen de meeste Britse politici heil in een compromis met de nazi’s, om erger te voorkomen. Churchill geloofde daar niet in. Zijn verzet was op dat moment de enige juiste houding, want met Hitler kon je geen akkoorden sluiten. Natuurlijk waren Saddam Hoessein en de Noord-Vietnamezen zeer onplezierige figuren, maar ze waren geen Hitlers die de hele wereld bedreigden.

“In een periode van relatieve wereldvrede is het niet verstandig om een beroep te doen op het oorlogsmodel van Churchill. Na 1945 hoefde de vrijheid niet langer met militaire macht naar de wereld gebracht worden.

“Toch kozen te veel Amerikaanse presidenten en Britse premiers voor dat scenario, met lange zinloze oorlogen als gevolg. Hun Churchill-complex kostte honderdduizenden mensenlevens. Dat allemaal omdat ze niet als een kloon van ‘zwakkeling’ Neville Chamberlain de geschiedenisboeken wilden ingaan, maar als een kopie van de gloriërende Winston Churchill.”

Dat Churchill-complex leverde ons alleen maar ellende op?

“Niet helemaal. Churchill en Roosevelt bouwden ook het fundament voor naoorlogse internationale samenwerking en democratie, wat vooral voor West-Europa zeer gunstig uitdraaide. De Zuid-Amerikanen bijvoorbeeld, hebben veel meer redenen tot klagen over de VS dan de Europeanen.”

Stonden de naoorlogse Britse premiers allemaal vooral in dienst van de Amerikaanse president, zoals Tony Blair die tijdens de Irak-crisis het schoothondje was van George W. Bush?

“De Conservatief Edward Heath (premier van 1970 tot 1974, red.) zeker niet. Hij was uitgesproken pro-Europees en durfde het begin jaren zeventig aan om de Amerikanen tegen de haren te strijken.

“Maar de meeste eerste ministers waren inderdaad nogal meegaand. Ze vonden het meestal toch beter om voor Amerika te kiezen dan voor Europa. Dat ligt helemaal in het verlengde van die glorieuze overwinning die de Britten samen met de Amerikanen in 1945 boekten. Al groeide gaandeweg het besef bij sommige Britse premiers dat het niet zo verstandig was om in Europa in splendid isolation te blijven leven.

“Het oude British Empire verschrompelde en de koloniën werden onafhankelijk. De naoorlogse Britse premiers worstelden met de vraag hoe hun land een belangrijke rol in de wereld kon blijven spelen. De conservatieve eerste minister Harold Macmillan was er zich eind jaren 50 als eerste erg goed van bewust dat hij daar Europa voor nodig had. Hij zag Groot-Brittannië als dé leidende natie op het Europese continent. Daarom vroeg hij het lidmaatschap van de Europese Economische Gemeenschap (EEG) aan. Dat ging toen niet door omdat de Franse president Charles de Gaulle hem dwarsboomde. De voorbije decennia zaten de Britse premiers dus altijd met een dilemma: Amerika of Europa. Te vaak verkozen ze hun relatie met de VS boven met hart en ziel deelnemen aan de EU.”

Was de oorlog in Irak en de onvoorwaardelijke steun van Tony Blair voor de Amerikaanse president Bush een soort van kantelpunt? Werd de VS vanaf dat moment voor de Britten belangrijker dan de EU?

“Een kantelpunt zou ik het niet noemen, wel een extreem voorbeeld van waar het Churchill-complex toe kan leiden. Het was niet uit opportunisme dat Tony Blair gedwee de Amerikaanse president met zijn invasieplannen volgde. Blair geloofde écht met hart en ziel in die oorlog. Hij was een van die premiers die extreem gebiologeerd was door de ervaringen van voorgangers Chamberlain en Churchill. Hij zag Saddam als de Hitler van onze tijd en was er heilig van overtuigd dat Groot-Brittannië samen met de VS tegen die vreselijke dictator ten strijde móést trekken. Achteraf gezien was dat een tragische vergissing.”

‘Als Trump de verkiezingen verliest en zijn aanhangers begint op te poken, belanden we in nóg grotere chaos en nieuw geweld.’Beeld Marie Wanders

Is de brexit ook een gevolg van dat Churchill-complex en van het verlangen van Britse premiers naar glorieuze overwinningen samen met Amerika?

“Ja, maar dan in combinatie met die hunkering naar de vergane glorie van het Britse wereldrijk. De teloorgang van dat rijk werd door sommige Britten als zeer vernederend ervaren. De brexiteers zagen de EU als koloniaal imperium, met ‘Brussels’ als symbolische onderdrukker. Het feit dat Engeland zich binnen de EU aan andere landen moest aanpassen, beschouwden ze als de ultieme vernedering. Enkel door zich van Europa los te scheuren, kon het wegkwijnende Groot-Brittannië volgens hen zijn glorie van weleer terugvinden.”

Als er één Britse premier is met een Churchill-complex, dan is het misschien wel Boris Johnson. Hij publiceerde in 2014 De Churchill Factor, een vuistdikke biografie van zijn grote idool.

“Het probleem met Boris Johnson is dat het heel moeilijk vast te stellen is wat hij precies gelooft. Hij ziet zichzelf op narcistische wijze als een kopie van Churchill. Die biografie die hij schreef, past in dat plaatje. Johnson is een showman en ik neem hem veel minder serieus dan premiers als Tony Blair of Margaret Thatcher. Zij voerden namelijk beleid vanuit ideologie en niet vanuit een opportunistisch, narcistisch zelfbeeld.

Zij geloofden écht in die historische, op Churchill gebaseerde naoorlogse rol van Engeland en Amerika. Johnson gelooft enkel in zichzelf.

“Intussen heeft hij waarschijnlijk ook wel door dat de Britse belangen niet altijd gebaat zijn bij het slaafs navolgen van Donald Trump. Zodra de harde brexit een feit is, wordt het heel moeilijk voor Engeland. Hun oude imperium komt nooit meer terug, en Europa zijn ze dan waarschijnlijk ook kwijt. Ze blijven dan eenzaam en verweesd achter, maar ze hebben één troost: in de loop van de geschiedenis verschrompelden wel meer wereldrijken tot provinciale landen.”

Worstelt Donald Trump met een Churchill-complex?

“Totaal niet, hij staat voor alles waar Winston Churchill niet in geloofde. Natuurlijk was Churchill geen heilige, maar als internationalist sloot hij wel bondgenootschappen. Allianties en internationale samenwerking kunnen Trump gestolen worden. Hij is de anti-Churchill.”

Donald Trump trok Amerika wel terug uit die oneindige oorlogen waar zijn voorgangers zich enthousiast in gestort hadden.

“Dat is inderdaad waar; misschien is dat dan toch één positieve verwezenlijking van zijn presidentschap. Voor de rest gelooft Trump in niets, behalve dan in zijn eigen macht. Ik ben er trouwens van overtuigd dat ook hij in staat is tot het ontketenen van een catastrofale oorlog, zeker als die hem persoonlijk goed zou uitkomen. Ik heb er dus niet veel vertrouwen in dat Trump dé leider is die Amerika zal redden van nieuwe zinloze oorlogen. Churchill en Roosevelt ijverden voor internationale samenwerking; onder Johnson en Trump is het ieder voor zich. Dat is zeer gevaarlijk.”

U noemt Trump en Johnson narcisten. Hebben zij hun partijen naar hun evenbeeld veranderd?

“De Republikeinse Partij is overgenomen door Donald Trump en zijn aanhang. De meer gematigde Republikeinse Partij van weleer is zo goed als dood. De Britse Conservatieve Partij is gekaapt door Boris Johnson, alleen zijn de gevolgen minder ingrijpend. Want het Britse parlementaire systeem maakt het mogelijk om een leider op elk moment met een motie van wantrouwen weg te stemmen. Johnson moet daar wel degelijk altijd rekening mee houden.

“Hier in de VS zitten we telkens voor vier jaar vast aan dezelfde leider. In Groot-Brittannië kan de regerende partij zijn leider dumpen; hier is dat onmogelijk.”

Is het na het narcistisch populisme hoog tijd voor opnieuw meer ideologie in de Amerikaanse en Britse politiek?

“Ik vind dat het hoog tijd is dat vooral de progressieve politieke partijen opnieuw ontdekken waar ze precies voor staan. Sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw lijken ze vergeten te zijn welke richting ze uit willen. De sociaaldemocratie kwam vroeger op voor de belangen van de arbeidersklasse, maar dat verwaterde, samen met het verkleinen van die klasse. De sociaaldemocratische ideologie werd weggedrukt door andere ideologieën rond identiteit, racisme of nationalisme. Progressieve partijen zouden nu beter wat minder over ras en identiteit praten, maar meer over economische ongelijkheid. Hun politici moeten niet langer enkel als technocraten of managers regeren, maar op zijn minst weten waar ze naartoe willen.”

Toen Donald Trump in 2016 de verkiezingen won, werd meteen gezegd dat het Amerikaanse systeem van checks-and- balances – wederzijdse controle en evenwicht tussen de drie staatsmachten en tussen de federatie en de staten afzonderlijk – hem als president wel in bedwang zou houden. Is dat ook gelukt?

“Ja en nee. De oppositie tegen hem is nooit verdwenen én hij had regelmatig een rechtszaak aan zijn broek. Dat betekent dat die checks-and-balances niet helemaal uitgerangeerd zijn. Maar Trump heeft wel alles op alles gezet om ze zoveel mogelijk te slopen.”

Zou hij het aandurven om in het Witte Huis te blijven zitten als hij de verkiezingen verliest?

“Als Joe Biden met een heel kleine meerderheid wint, is dat scenario zeer reëel. Als Trump het resultaat kan aanvechten via rechters die sympathie voor hem hebben, lukt hem dat waarschijnlijk nog ook. De kans dat hij met dekking van het leger zal proberen een staatsgreep te plegen, acht ik dan weer zeer klein.

“Wat ik zeer zorgwekkend vind, is zijn retoriek over mogelijke verkiezingsfraude via stemmen met de post. ‘Als ik verlies, is dat een gevolg van fraude door mijn tegenstanders’, verkondigt hij. Zo ondermijnt hij bij zijn eigen aanhangers doelbewust het vertrouwen in het hele kiessysteem.”

Bij de Black Lives Matter-demonstraties richt hij het vizier telkens weer op de rellen en gooit zo olie op het vuur. Hangt er in Amerika een burgeroorlog in de lucht?

“Dit land heeft een lange gewelddadige geschiedenis. Het huidige geweld is bijlange nog niet zo erg als in eerdere onrustige periodes. Bij een burgeroorlog moeten beide kampen bewapend zijn en aan elkaar gewaagd. Dat zie ik nog niet zo snel gebeuren, ook al zijn er ontzettend veel wapens in omloop. Maar alles blijft mogelijk. Het is niet omdat het nu niet escaleert, dat het binnen een paar maanden niet uit de hand kan lopen. Want als Trump bij verlies zijn aanhangers begint op te poken, belanden we in nóg grotere chaos en nieuw geweld.”

Het is ook mogelijk dat Trump gewoon de verkiezingen wint, nietwaar?

“Dat is heel goed mogelijk. Zeker in het huidige klimaat, nu hij zich als de president van law and order presenteert. We zullen dan wel zien wat er na zijn eventuele herverkiezing gebeurt. Al verwacht ik er niet veel goeds van.”

De VS hebben zich onder Trump op zichzelf teruggeplooid en het VK dreigt door de brexit zichzelf in isolatie te plaatsen. Wordt China de lachende derde?

“Het zit China inderdaad helemaal mee, wat niet echt goed nieuws is. De opvattingen van de Chinese communistische partij over hoe een land bestuurd moet worden, liggen mijlenver van onze liberale en democratische idealen. Mensenrechten en democratie zijn voor hen totaal onbelangrijk. Het regime gelooft in absolute controle en wil de macht blijven behouden, ten koste van alles.”

Willen ze hun model exporteren naar de rest van de wereld?

“Nee, maar om hun positie in het binnenland veilig te stellen, zetten ze zoveel mogelijk landen naar hun hand. Zo proberen ze ervoor te zorgen dat de macht van de communistische partij nergens ter wereld nog bedreigd wordt. Donald Trump heeft niet helemaal ongelijk met zijn verzet tegen China. Maar of het ontketenen van een handelsoorlog en schelden de juiste methodes zijn om de Chinezen tot de orde te roepen, betwijfel ik. Vooral ook omdat Trump tezelfdertijd probeert aan te pappen met de Chinese dictator Xi.”

Nout Wellink, ex-voorzitter van de Nederlandse centrale bank en nu lid van de raad van bestuur van de grootste Chinese bank, vindt dat het Westen China pas over mensenrechtenschendingen mag aanspreken als het eerst zijn eigen mensenrechten-kwesties heeft opgelost.

“Natuurlijk moeten we ook voor eigen deur vegen, maar de mensenrechtenschendingen in China zijn toch andere koek dan die in de westerse landen. Meneer Wellink mag zijn opinie verkondigen en verdedigen, maar het valt mij toch op dat steeds meer mensen uit de zakenwereld bij ons de Chinese politiek goedpraten.”

Bent u optimistisch over de toekomst?

“De wereld heeft altijd gekampt met problemen en crisissen. Ook elke mens wordt in zijn eigen leven geconfronteerd met de nodige kommer en kwel. Maar de tijd waarin we nu leven is met de dreigende klimaatverandering op de achtergrond wellicht toch een van de somberste periodes voor wie na de oorlog geboren is. Erg optimistisch ben ik dus eerlijk gezegd niet.”

Ian Buruma, Het Churchill-complex, Atlas Contact, 352 p., 23,99 euro. Deze Nederlandse vertaling verschijnt in oktober.

IAN BURUMA

• geboren in 1951 in Den Haag (NL)

• was van 2017 tot 2018 hoofd­redacteur van de New York Review of Books. Nam ontslag na kritiek op een publicatie in na­sleep van #MeToo

• schrijft voor The New Yorker en NRC Handelsblad

• schreef veel boeken over China, Japan, cultuur, vrijheid en samenleving

• kreeg in 2008 de Erasmusprijs en in 2019 De Gouden Ganzenveer