De antiwitwascel heeft een lichte toename van het aantal oplichtingen vastgesteld tijdens de lockdown, terwijl de economie haast tot stilstand was gekomen. Dat melden verantwoordelijken van de cel voor financiële informatie maandag in Le Soir. Het gaat om verschillende vormen van fraude, onder meer met medische apparatuur en maskers, maar ook met financiële steun van de overheid.

“Het grootste gevaar van een pandemie, van een economische crisis, is dat ze extra druk uitoefenen op het preventieve antiwitwassysteem”, analyseert secretaris-generaal Kris Meskens. “Banken, en andere bedrijven ook, worden verscheurd tussen de noodzaak om de economie te laten werken en de noodzaak om die te controleren. Ze moeten klanten accepteren, de markt laten werken. Hierdoor ontstaat het risico van minder waakzaamheid.”

Met Covid-19 “ontwikkelt zich een hele economie gebaseerd op oplichting en misbruik van vertrouwen. De verschijnselen zijn niet nieuw, maar ze komen weer terug”, aldus voorzitter Philippe de Koster. De ontwikkeling van het aantal oplichtingen is voelbaar. Tot 30 juni werd aan de parketten een stijging van 2 tot 3 procent gemeld. “Dat zijn ongeveer 600 dossiers die naar justitie zijn gestuurd. Zeshonderd dossiers terwijl de ganse economie tegen een laag tempo draaide, toen mensen zich enkel konden verplaatsen voor echt noodzakelijke redenen”, merkt de Koster op.

De lockdown heeft de oplichting versterkt. “We hebben fraude gezien rond medische apparatuur, maskers en basisbehoeften. Maar wat we steeds vaker zien, is de verduistering van financiële steun van de overheid. Mensen die hulp zoeken waar ze geen recht op hebben”, benadrukt De Koster.