Miljardairs halen hun bedrijf weer van de beurs: ‘Liever uit de schijnwerpers’

Twee miljardairs, de Franse mediamagnaat Patrick Drahi (Altice Europe), en de Duitse techinvesteerder Oliver Samwer (Rocket Internet) hebben aangekondigd hun bedrijf van de beurs te willen halen. Ook de Japanse tycoon Masayoshi Son (Softbank) zou dat overwegen. Wat is er aan de hand in beursland?

Meteen nadat Softbank het chipbedrijf Arm verkocht aan Nvidia, doken de geruchten op over een mogelijk afscheid van Softbank van de beurs. Stichter Masayoshi Son, die dat al jaren overweegt, zou een nieuwe poging voorbereiden.

Ook de miljardairs Patrick Drahi (Altice Europe) en Oliver Samwer (Rocket Internet) kondigden de voorbije weken aan de aandelen van hun bedrijf die ze niet in handen hebben en ooit naar de beurs brachten, te willen terugkopen van beleggers. De relatief lage beurskoers van hun bedrijf en de ultralage rente scheppen kansen om dat goedkoop te doen.

Zo’n ‘delisting’ is wel makkelijker gezegd dan gedaan, want de externe beleggers in het bedrijf moeten eerst akkoord gaan met de aangeboden prijs.

Bemoeienissen

Dat sommige grote spelers onder de externe aandeelhouders zich almaar activistischer opstellen, is wellicht een van de hoofdredenen waarom investeerders als Son of Oliver Samwer, een van de broers die start-upgroep Rocket Internet in 2014 met veel bombarie naar de beurs brachten, hun imperium weer privé willen maken. Gespecialiseerde fondsen kopen bewust een belang in een beursgenoteerd bedrijf om het gezag van de stichter-CEO openlijk in vraag stellen en zelf te wegen op het beleid. Die bemoeienissen zijn Son en Samwer liever kwijt dan rijk.

‘Weg van de beurs zijn strategische beslissingen op lange termijn makkelijker te maken’, zegt Rocket Internet over de geplande ‘delisting’. Ook Patrick Drahi geeft ‘de langetermijnstrategie’ als reden aan voor zijn plannen om telecomgroep Altice Europe van de beurs te halen. Volgens de stichters worden hun bedrijf en zijn onderdelen misbegrepen en structureel ondergewaardeerd door de beurs. Volgens de critici ligt dat echter aan het gevoerde beleid.

Wat ook zeker meespeelt: een bedrijf in privéhanden hoeft niet meer te voldoen aan de door de beurstoezichthouders opgelegde verplichtingen op het vlak van rapportering en meldingen. Dat maakt het makkelijker om in de luwte grote deals te sluiten, ver weg van de schijnwerpers van de beurs.

Brede trend

Uit statistieken van nieuwsdienst Bloomberg blijkt dat het om een brede trend gaat. Dit jaar werden al voor 26 miljard dollar aan gelijkaardige transacties aangekondigd, of 26 keer meer dan dezelfde periode een jaar eerder.

Zakenbankiers wijzen op een tweede, minder zichtbare trend: niet alleen willen meer publieke bedrijven weer privé worden, ook bergen almaar meer niet-beursgenoteerde bedrijven hun lang gekoesterde beursplannen op. Een beursnotering wordt niet meer gezien als de kroon op het werk.

Henrik Johnsson, zakenbankier van Deutsche Bank, verwacht in de komende maanden een dubbele beweging: meer delistings én tegelijkertijd meer techbedrijven die naar de beurs trekken.

‘Er zijn verschillen per sector. Alles hangt af van hoe de eigenaars de waardering voor hun bedrijf percipiëren’, zegt hij aan Bloomberg. ‘Ondernemers die vinden dat de beurs hun bedrijf te laag waardeert, zoals Patrick Drahi, gaan over tot een exit. Maar voor jonge techbedrijven liggen de waarderingen via de beurs hoog. Zij zullen naar de beurs willen trekken.’

Meer