Italianen naar stembus voor referendum en regio’s: wankelt de regering-Conte?

De Italiaanse premier Giuseppe Conte

Komende zondag en maandag kunnen de Italianen zich in een nationaal referendum uitspreken over een afslanking van het parlement en de Senaat. Tegelijk hebben in zeven regio’s verkiezingen plaats voor een nieuw regiobestuur. Het is de eerste stembusgang sinds de uitbraak van de coronapandemie en een belangrijke test voor de nationale regering-Conte.

Aanvankelijk stonden de regionale verkiezingen en het referendum in het voorjaar op de agenda, maar de coronacrisis besliste daar anders over.

In het referendum wordt aan de Italianen gevraagd of ze het eens zijn met de grondwetswijziging die het aantal verkozen parlementsleden terugbrengt van 630 naar 400 en het aantal senatoren van 315 naar 200.

De afslanking van Kamer en Senaat stond hoog op het verlanglijstje van de links-populistische Vijfsterrenbeweging (M5S). De Partito Democratico (PD) stemde er schoorvoetend mee in om ze in het regeerakkoord op te nemen, op voorwaarde dat ook de kieswet daaraan zou worden aangepast. Vorig jaar werd de grondwetsherziening uiteindelijk met een overweldigende meerderheid goedgekeurd in het parlement, omdat ook de rechtse oppositie van de Lega, Fratelli d’Italia en Forza Italia ze steunden.

De hervorming is niet bedoeld om de macht van het parlement of de Senaat te kortwieken, zoals in het veel ingrijpender voorstel van Matteo Renzi in december 2016. Renzi wilde de Senaat tot een louter adviserend orgaan herleiden om het wetgevend werk sneller en efficiënter te laten verlopen, maar het werd zijn zwanenzang. Het voorstel werd met een grote meerderheid weggestemd en Renzi moest noodgedwongen als premier aftreden.

In de grondwetswijziging die nu voor ligt, blijft het tweekamerstelsel intact. Tot grote frustratie van heel wat PD-parlementsleden blijft voorlopig de Rosatellum-kieswet ongewijzigd. Grosso modo bepaalt die wet dat een derde van de parlementsleden en senatoren via het meerderheidsstelsel worden verkozen en twee derde volgens het proportioneel stelsel.

Eén espresso per Italiaan per jaar

De M5S beschouwen de afslanking als een noodzakelijke stap om het bestuur van het land transparanter, minder corrupt en minder kostelijk te maken en – dixit het oude M5S-boegbeeld Beppe Grillo – ‘de oude dinosaurussen uit het pluche te verdrijven’.

Andere voorstanders wijzen er graag op dat parlement en Senaat met hun bijna 1000 zitjes opvallend meer verkozenen per 100.000 inwoners telt dan in Frankrijk of Duitsland.

Tegenstanders van diverse pluimage zien in de hervorming dan weer een afbouw van de democratische vertegenwoordiging, een gebrek aan respect voor de grondwet of simpelweg populistische window dressing. Want al beweert M5S dat de staat zo 500 miljoen euro per legislatuur bespaart, volgens de berekeningen van de prominente econoom Carlo Cottarelli bedraagt de besparing slechts 0,007% van de overheidsuitgaven of één espresso per jaar per Italiaan.

Nicola Zingaretti, de partijsecretaris van de PD, steunt officieel de hervorming maar heel wat bekende PD-kopstukken hebben al aangekondigd te zullen tegenstemmen, onder meer omdat van de aanpassingen in de kieswet voorlopig niets in huis komt.

Ook bij de rechtse oppositiepartijen Lega en Fratelli d’Italia spreken Matteo Salvini en Georgia Meloni zich uit voor een ja-stem en dus een afslanking, maar ook zij leggen tegenstanders binnen hun partij geen strobreed in de weg. Elke partij telt dus voor- en tegenstanders, maar volgens de peilingen stevent het ja-kamp af op een comfortabele meerderheid.

De strijdregio’s: Toscane en Apulië

De regionale verkiezingen van zondag en maandag zijn ook gedeeltelijk een test voor de nationale regering, meent Davide Vampa, professor internationale politiek aan de Aston University in Birmingham. De strijd tegen de coronapandemie en het economisch herstelbeleid wordt ook nationaal gevoerd en de Europese financiële steun die naar de regio’s doorsijpelt, heeft premier Conte en zijn regering onderhandeld.

Maar binnen de nog steeds unitaire Italiaanse staat beschikken de regio’s uitgerekend op het vlak van het gezondheidszorgbeleid, dat zowat 70 procent van het regionale budget opslorpt, over uitgebreide bevoegdheden. Daardoor liepen de regiogouverneurs tijdens de coronacrisis in de kijker en kunnen ze nu op de kwaliteit van hun crisismanagement door de kiezer worden afgerekend.

Zo kibbelde in het zwaar geteisterde Lombardije de Lega-gouverneur Attilio Fontana voortdurend met de nationale regering, die tijdens de noodtoestand een deel van de besluitvorming naar zich toe trok, en nam de nationale pers zijn soms eigengereide beleid op de korrel, terwijl in de regio Veneto zijn partijgenoot Luca Zaia met lof werd overladen voor zijn succesvolle strijd tegen de pandemie.

Lees verder onder de foto

Georgia Meloni
Georgia Meloni© Belga Image

In vier van de zes grote regio’s waar er wordt gestemd, bestuurt momenteel een linkse coalitie en twee of drie daarvan vallen mogelijk in handen van de rechtse alliantie.

In Toscane en Le Marche zetten de zittende linkse gouverneurs een punt achter hun carrière. Volgens de peilingen verliest links met zijn nieuwe kandidaat al zeker in Le Marche, terwijl in Toscane, dat al vijftig jaar door links wordt bestuurd, de voorsprong van Eugenio Giani op Legakandidate Susanna Ceccardi flinterdun is.

In Apulië lijdt de linkse gouverneur Michele Emiliano dan weer onder de verdeeldheid van links. Hij probeerde er een alliantie te smeden met de M5S, maar dat liep mis en ligt nu licht achter in de peilingen op de FdI-kandidaat Rafaele Fitto.

Alleen in Campanië, de regio rond Napels, is links al quasi zeker dat het de regio blijft besturen. De populaire zittende gouverneur Vincenzo De Luca lijkt er te zullen worden beloond voor zijn doortastende aanpak van de coronacrisis.

In de twee regio’s die al door een rechtse coalitie worden bestuurd, Ligurië en Veneto, blijft de rechtse kandidaat onbedreigd in het zadel zitten. In de rijke regio Veneto mag de huidig Lega-gouverneur Luca Zaia zelfs op een monsterscore hopen. Zaia wist een corona-uitbraak zoals in het naburige Lombardije te vermijden door massaal in te zetten op testen. Na premier Conte is hij zowat de populairste politicus van het land. In de zevende (mini-)regio van de Aosta-vallei zijn vooral regionalistische partijen aan zet.

Geen bedreiging voor de regeringscoalitie

Dat Salvini nu al verkondigt dat een overwinning van rechts in vijf regio’s het einde van de huidige regering-Conte betekent, is wel heel kort door de bocht. Verliest centrumlinks Toscane en Apulië dan is dat wel een zware mentale klap voor de sociaaldemocraten, maar de regering-Conte kan als excuus voor haar nederlaag inroepen dat, op Ligurië na, in geen enkele regio de PD en M5S een gezamenlijke lijst indienden en de regeringscoalitie dus eigenlijk niet werd afgestraft.

Ook bij een vertrouwensstemming in het parlement moet de regering waarschijnlijk niet vrezen voor haar voortbestaan, aldus Davide Vampa. Want als het referendum inderdaad de grondwetswijziging ratificeert, dan vallen heel wat parlements- en Senaatszitjes weg en dreigen heel wat senatoren en parlementariërs hun eigen zetel definitief te verliezen wanneer ze bij een stemming hun vertrouwen in de regering opzeggen.

Bovendien kan het land nu niet zonder een regering, want de dreiging van een nieuwe pandemie-uitbraak blijft bestaan en de hard onderhandelde fondsen uit de EU voor het economisch herstel beginnen binnen te komen. En zelfs wanneer de regering het vertrouwen van het parlement verliest, aldus de krant La Repubblica, beslist uiteindelijk president Sergio Mattarella of er een poging wordt gedaan om een nieuwe regering te vormen dan wel of er verkiezingen komen.

Toch is de terugkerende verdeeldheid bij links een probleem. In Apulië gaan zelfs de voormalige PD-kopstukken Matteo Renzi met zijn Viva Italia en Carlo Calenda met zijn Azione samen campagne voeren tegen de linkse zittende gouverneur Michele Emiliano. Het spreekt vanzelf dat centrum-links in de huidige omstandigheden al triomfeert, wanneer ze naast Campanië ook Apulië en Toscane weet te behouden. Net zoals ze dat in januari in haar andere bolwerk Emilia Romagna deed.

Tanende ster

Salvini van zijn kant kan een overwinning van de Lega-kandidate in Toscane best gebruiken. In de peilingen gaf de Lega al tien procent prijs ten opzichte van haar 34 procent bij de Europese verkiezingen van 2019. Ook Salvini’s eigen populariteitsscore is al lang niet meer wat ze geweest is. Zijn mislukte poging om in de zomer van 2019 verkiezingen uit te lokken, zijn onsamenhangende en tegenstrijdige uitlatingen over de te volgen strategie tijdens de coronacrisis en de gerechtelijke onderzoeken naar frauduleuze partijfinanciering hebben hun sporen nagelaten.

Of misschien is het gewoon zo dat Italianen nu eenmaal snel uitgekeken zijn op politici met een sterstatus, besluit Vampa. Voor Salvini is er één troost, de stemmen blijven voor het merendeel in de rechtse familie, want ze gaan hoofdzakelijk naar de nieuwe rijzende ster, Georgia Meloni, en haar Fratelli d’Italia die nu op ongeveer 15 procent peilen.

Matteo Salvini
Matteo Salvini© Belga Image

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content