Direct naar artikelinhoud
AchtergrondAttractiepark

Mini-Europa sluit de deuren: ‘Het is een ramp. Mijn tweede baby die ik afgeef’

Mini-Europa sluit de deuren: ‘Het is een ramp. Mijn tweede baby die ik afgeef’

De Heizel lijkt straks nog meer op de pampas, want ook Mini-Europa gaat eind dit jaar onherroepelijk dicht. Het attractiepark wijkt nu voor het toekomstige bouwproject Neo. Gedelegeerd bestuurder Thierry Meeùs hoopt wel nog op een verhuis van zijn levenswerk in Brussel, naar een van beide landshelften.

Flash back naar 1989. De hele vernieuwde site rond de Heizel straalt vooruitgang en optimisme uit. De bollen van het Atomium tellen, subtropisch gaan zwemmen in Océade en een filmpje meepikken in Kinepolis – toen het eerste megacinemacomplex van het land. En ook – nadat prins Filip was langs geweest met zijn schaar om het lint te knippen – de Eiffeltoren en de Big Ben op smurfenformaat gaan ontdekken in Mini-Europa. 

“Een themapark rond de Europese Unie? Iedereen had het me afgeraden. Twaalf landen waren bij onze opening lid van de EU én opgenomen in ons park. We moesten uitbreiden, telkens opnieuw, tot de 28 vandaag. Enfin, 27 plus het Verenigd Koninkrijk”, vertelt Thierry Meeùs. Hij is de zoon van wijlen Eddy Meeùs van de Walibi-groep met ook Aqualibi, Bellewaerde, Océade en Mini-Europa in eigendom. Thierry mocht dat laatste leiden. Dat deed hij met succes, een enorme drive én veel persoonlijk genoegen. De Europese eenmaking was met commissievoorzitter Jacques Delors in een hogere versnelling geschoten. Maar: “Europa leefde nog totaal niet bij de mensen, zei men. Ik voelde bij de bezoekers dat dat niet waar was. Men reisde toen nog niet zoveel als nu.” Ook niet naar de grote boze hoofdstad, trouwens. “Bij ons konden de mensen toch heel Europa zien. Ik ben blijven investeren. Het volk is blijven komen.”

In 1998 werd de hele Walibi-groep verkocht aan het Amerikaanse Six Flags. Maar dat stootte Océade en Mini-Europa al snel weer af, waarop Thierry Meeùs die twee zelf terugkocht. “Het was te mooi. Ik maakte er verder mijn levenswerk van.”

De Europese gedachte won enthousiasme. De almaar bijgebouwde miniversies van Europese architecturale pracht lokten meer en meer bewondering uit. “De ambassadeurs van alle lidstaten wilden meewerken. In Hongarije hield een parlementslid een vlammende speech tot zijn premier dat het ‘schandalig was dat hun land nog geen attractie had in Mini-Europa!’. Niet veel later schonk het land 200.000 euro voor hun eigen maquette.” Hij lacht eens om de schitterende anekdotes, maar de herinneringen smaken ook wrang.

Want Europa beleefde stilaan mindere tijden, zoals ook de miniversie. Zijn Océade moest al twee jaar geleden verdwijnen. En nu sluit Meeùs dus ook zijn Europa op schaal. “Voor mij is het een ramp. Dit is mijn tweede baby die ik moet afgeven. Ik had Mini-Europa in volle bloei willen overlaten aan mijn dochter. Maar zo kan het niet verder.”

Bouwproject

Het probleem? Er is nog steeds geen akkoord met de stad Brussel en de promotor van het nieuwe bouwproject Neo – dat ooit winkels, kantoren en woonblokken zou moeten gaan neerzetten op de Heizel. Mini-Europa hoopte te kunnen blijven. “Al vijftien jaar werk ik met korte verlengingen van het akkoord. Ik kan niet blijven geld stoppen in het park, in die onzekere situatie. Door corona zullen we dit laatste rampjaar bovendien wellicht afkloppen op maar 100.000 bezoekers, in plaats van 400.000.”

Koning (toen nog Prins) Filip tijdens de inhuldiging van Mini-Europa in 1989.Beeld RV

Hij is er droevig en bitter door. “Niemand heeft zo’n economische impact gehad in Brussel dan wij. We gingen zelfs tot in India om promotie te maken. Niemand anders deed dat. We waren met onze 10 miljoen bezoekers in 31 jaar belangrijker dan het Magritte Museum!”

Wat zo mooi was, is nu zo triest. Op de steeds kaler uitziende Heizel-vlakte. Meeùs: “Het is beter een andere plek te vinden. Maquettes verplaatsen doe je niet zomaar, zeg ik al jaren. Maar misschien biedt verhuizen toch nog een uitkomst. Ik praat met Vlaamse én Waalse geïnteresseerden. Het zal niet simpel zijn. Er moeten bouwvergunningen komen en geld. Zoiets raakt desgevallend maar rond in een tweetal jaar. Voor het huidige personeel is er dus geen oplossing. Sommigen zijn al 31 jaar in dienst. Helaas, zeg ik u. Helaas.”