Direct naar artikelinhoud
InterviewEuthanasieproces

Advocaat van familie Tine Nys in euthanasieproces: ‘Er is tien jaar gelogen tegen deze familie’

Advocaat Joris Van Cauter: ‘We willen toch niet dat de zelfmoordpreventielijn mensen gewoon doorverwijst naar euthanasiecentra?’Beeld Bob Van Mol

De dokter die euthanasie toediende aan Tine Nys, moet zich opnieuw voor de rechter verantwoorden. Voor strafpleiter Joris Van Cauter, die de familie Nys verdedigt, is dat niet meer dan normaal. ‘Als er duidelijk fouten gemaakt zijn maar er toch een vrijspraak volgt, dan wringt dat geweldig.’

“Moet dat echt hier?” Joris Van Cauter kijkt wat argwanend naar onze fotograaf wanneer die voorstelt om foto’s in de tuin van het advocatenkantoor te nemen “De mensen gaan denken: hij zou beter wat meer in zijn tuin werken dan de euthanasiewet aan te vallen.” (lacht)

Hij zegt het lachend, maar het zit hem naar eigen zeggen wel behoorlijk dwars: dat hij door de verdediging van de dokters weggezet werd als ‘advocaat van de kerk’ die vooral de euthanasiewet an sich wou dwarsbomen.  Waardoor volgens hem de essentie van de hele zaak, de vraag of de wet hier ja dan nee nageleefd werd, volledig ondergesneeuwd raakte. “Daarom is de familie naar het Hof van Cassatie gestapt tegen de vrijspraak voor dokter Joris Van Hove, de dokter die de dodelijke injectie heeft toegediend”, zegt Van Cauter. 

“Uit het assisenproces is duidelijk gebleken dat er fouten gemaakt zijn. Een van de adviserende artsen zei letterlijk tijdens het proces dat hij in ‘de maling is genomen’. Dat hij door Van Hove gevraagd werd om snel een briefje te schrijven waarin hij zei dat hij wist van de euthanasieprocedure van Tine en haar lijden kende. Dat briefje werd, zonder medeweten van de arts, gebruikt als verslag om de procedure rond te krijgen.”

Tine Nys had toch al herhaaldelijke keren aangegeven dat ze er echt uit wou? Ze had ook al veel zelfmoordpogingen achter de rug. Of het dan om een papiertje dan wel een verslag gaat, verandert daar toch niet veel aan?

“Toch wel. Bij euthanasie bij psychisch lijden heeft de wetgever een extra grendel ingebouwd: drie artsen moeten onafhankelijk van elkaar een advies uitbrengen. Dat is hier niet gebeurd. Want dat papiertje was geen advies, al is het wel zo gebruikt.

“Maar is er discussie over het feit dat Tine op dat moment een doodswens had? Neen. Helemaal niet. En die had ze inderdaad al eerder gehad, maar ze was daar telkens weer bovenop geraakt. De familie vindt dat ze door de snelheid waarmee de euthanasie afgehandeld werd niet meer de kans gekregen heeft om Tine te proberen helpen. De dokter die het verslag-dat-geen-verslag-was schreef, zei tijdens het proces zelf dat hij dat papiertje nooit had geschreven, mocht hij geweten hebben waarvoor het diende. Hij zou misschien uiteindelijk wel meegewerkt hebben aan een euthanasie, maar wou eerst nog met Tine zelf spreken. Die kans kreeg hij dus niet meer. En dat is voor de familie erg frusterend.”

Zal een nieuw proces die frustratie kunnen wegnemen? Het was al tijdens het assisenproces duidelijk dat er inderdaad een en ander niet helemaal correct verlopen was bij het volgen van de procedure. Maar dat was voor de volksjury geen reden om de dokter te veroordelen.

“Dat komt door het feit dat de zaak voor assisen gevoerd moest worden, wat overigens nooit de keuze van de familie is geweest. En ik begrijp de assisenjury ook. Het was duidelijk dat er dingen fout gelopen waren in de procedure. En dan is de juridische consequentie: dokter Van Hove is schuldig. Maar dan moet je hem veroordelen als gifmoordenaar, en daarvoor lag de lat misschien te hoog. Dat hebben ze proberen oplossen door hem vrij te spreken en in het arrest nogal vaag te blijven. Een arrest dat nu verbroken is door Cassatie, nét omdat het te vaag is.”

Vreest u niet dat een nieuwe proces bij de familie weer alles zal oprakelen? En dat allemaal om een schadevergoeding te kunnen eisen van de dokter? 

“Om een schadevergoeding toe te kennen, moet eerst de fout vastgesteld worden. En daar gaat het om. U moet ook begrijpen welke gigantische lijdensweg de familie heeft ondergaan. Tine is gestorven in april 2010. Pas het jaar nadien heeft de familie klacht ingediend, omdat ze al die tijd geprobeerd heeft antwoorden te krijgen van de betrokken dokters. Op een gegeven moment hebben de dokters, samen met professor Wim Distelmans, voorzitter van de euthanasiecommissie die de dossiers moet controleren, de rangen gesloten. Dat bleek ook op het proces. De familie stond voor een medische muur, waarvan de dokters dachten dat die nooit zou vallen. Een muur die tien jaar stand heeft gehouden. Hij is pas beginnen invallen toen de ‘de arts van het briefje’ net voor het proces aan de assisenvoorzitter eindelijk vertelde dat hij niet wist dat er op basis van zijn papiertje euthanasie werd toegediend.

“Er is dus bijna tien jaar lang consequent gelogen tegen de familie. Dan kan u niet van hen verwachten dat ze genoegen nemen met een vrijspraak. Als er duidelijk fouten gemaakt zijn maar er toch een vrijspraak volgt, dan wringt dat toch geweldig?”

Nu gaat het om een nogal technische discussie: zijn alle regels gevolgd?  Maar is de vraag waar de familie mee zit niet eerder: heeft Tine Nys hier nu echt zelf voor gekozen of is de euthanasie haar voor een stuk ‘opgedrongen’ door de dokters, zoals vader Nys onlangs in een opiniestuk op Knack.be schreef? Een vraag die je toch moeilijk voor een rechtbank beantwoord krijgt.

“De assisenprocedure heeft op veel punten de waarheid naar boven gebracht. Dat Tine een beetje een kameleon was, die soms ook wel kon manipuleren. Maar ook dat Tine met een enorme drugsverslaving zat. Iets wat geen van de drie betrokken artsen heeft gemerkt. De vraag is: is daar rekening mee gehouden in de procedure? Hoe goed heb je de psyche van je patiënt doorgrond als je die essentiële informatie niet hebt? Een verdoofde geest ziet de zaken niet helder. En de wens die ze had, had misschien ook daar mee te maken.”

Die wens was niet nieuw. Die ging al heel lang mee. Ook dat bleek heel duidelijk uit het proces.

“Ik heb het nu vooral over haar doodswens op dat ogenblik. Eerdere doodswensen zijn telkens gevolgd door de wens om toch verder te leven.”

De essentie van de euthanasiewet is toch net dat het de persoon zelf is en hij alleen die daarover beslist? En hier is er toch geen enkele twijfel dat zij beslist heeft dat het voor haar moest stoppen?

“Je moet je de vraag stellen: is de wet er gekomen om zelfmoord te faciliteren? Neen. Dat is niet wat de wetgever gewild heeft. De euthanasiewet is geen instrument om degene die een zelfmoordwens heeft op een humane manier te helpen. 

“Er zit een subjectief en een objectief element in de wet. Het subjectieve is het ondraaglijk lijden. En of iets ondraaglijk is voor jou, kan alleen jijzelf bepalen. Het objectieve is dat het lijden niet meer te lenigen moet zijn. En dat is de vraag die hier speelt. Om iemand eventueel te kunnen helpen, wat toch het eerste doel moet zijn van een dokter, moet je zijn situatie kennen. En dat was hier niet het geval.

“We proberen als maatschappij er alles aan te doen opdat mensen geen zelfmoord plegen. Hier wou de familie ook Tine helpen, maar ze zijn in snelheid gepakt.”

Tijdens het proces werden opnames afgespeeld die de familie stiekem gemaakt had van gesprekken met de drie dokters. Daar zei een van de zussen nochtans tot twee keer toe: ‘Wat is er mis met zelfmoord?’ Het leek alsof ze bedoelde: ‘Waarom heb je mijn zus geholpen, ze had het maar zelf moeten doen’.

“Dat is misbegrepen en was zeker niet wat ze wilde zeggen. Je moet dat in zijn context zien. Het was kort na het overlijden van Tine en er werd de familie van alles voorgelogen. Een van de dokters zei: hadden we haar niet geholpen, dan had ze wel zelf zelfmoord gepleegd. Wat de zus bedoelde was: dat is een gemakkelijk antwoord. Dat weten we toch niet zeker? Moet een arts of psychiater niet eerder proberen iemand van die zelfmoordgedachte af te krijgen in plaats van zelfmoord gewoon te faciliteren. We willen toch niet dat de zelfmoordpreventielijn, mensen gewoon doorverwijst naar euthanasiecentra?”

Door die passage te laten horen in de rechtszaal werd wel het idee verder verscherpt dat de familie tegen de euthanasiewet was. Dat dit een aanval was op de wet zelf.

“Dat was een bewuste strategie van de verdediging van de dokters om het zo te framen. En op die manier de publieke opinie én de jury op haar hand te krijgen. Het was voor hen alle hens aan dek, want de euthanasiewet zou zogezegd afgeschaft worden. Belachelijk natuurlijk, want een assisenproces kan zo’n wet helemaal niet afschaffen.”

Dat hoeft ook niet. Door een assisenproces kunnen artsen die euthanasie uitvoeren afgeschrikt worden, waardoor de wet de facto uitgehold wordt.

“Kijk, de enige vraag die relevant is in deze zaak is: is de wet hier gerespecteerd, ja of nee? Als je door die vraag te stellen de wet zelf in vraag stelt, dan is er een probleem. Want dan mag nooit nog iemand iets opwerpen tegen een uitgevoerde euthanasie.

“Want ook dat is waar: wie zal er ooit nog een klacht indienen tegen een euthanasie, nadat we gezien hebben wat de familie Nys overkwam? De familie is ronduit afgemaakt. Een assisenproces is geen bloemenwinkel en er komen altijd pijnlijke dingen naar boven. Mijn ervaring is wel dat er altijd nog met een minimum aan empathie omgegaan wordt met nabestaanden die iemand verloren hebben. Hier zijn alle grenzen van fatsoen overschreden. Het was du jamais vu. De familie moest per se afgeschilderd worden als disfunctioneel gezin om te verdoezelen dat er fouten gemaakt zijn.”

Over die framing: het gaat hier om een dossier dat van seponering plots voor assisen terechtkomt. Waarbij de familie bijgestaan wordt door twee advocaten die een link hebben met de kerk (Van Cauter is advocaat van Roger Van Gheluwe en Fernand Keuleneer, die zich aan het begin van het proces moest terugtrekken, verdedigde wijlen kardinaal Danneels). En dat alles op een moment waarop er stemmen opgaan om de euthanasiewet verder uit te breiden? Kan u het ons dan kwalijk nemen dat we meestappen in wat u framing noemt?

“Ik weet het. Dat is dus goed gespeeld van de advocaten van de tegenpartij. Mocht ik hen punten moet geven voor het bespelen van publiek en media, dan krijgen ze van mij tien op tien.

“En ja, ik heb een geestelijke verdedigd voor seksueel misbruik. En ik heb ook al LO-leraars verdedigd voor dergelijke feiten. Maakt mij dat dan de advocaat van de LO-leerkrachten?

“De familie Nys is tien jaar geleden naar een kantoor in Leuven gestapt dat gespecialiseerd is in medisch recht. Die hebben de klacht met burgerlijkepartijstelling ingediend. Niet ik, of meester Keuleneer. Het is ook dat kantoor dat de onderzoeksrechter in Dendermonde heeft gevat.

“Maar nu we het dan toch over manipulatie hebben: weet u wat ik raar vind? Dat er in Dendermonde met de klacht niets is gebeurd. We zeggen nu bij de zaak-Chovanec: hoe kan het dat we 2,5 jaar later nog niet aan het einde zitten van zo’n onderzoek. In dit dossier zaten we na vijf jaar nog niet aan het begin! Je zou je dus evengoed de vraag kunnen stellen: waarom is er daar vijf jaar lang niets gebeurd. Was het de Orde der Geneesheren? Het Humanistisch Verbond? Of de voorzitter van de euthanasiecommissie? Ik ga hier niets beweren, want ik heb daar geen bewijzen voor. Maar je zou evengoed het verhaal zo kunnen vertellen.”

Dus u heeft geen telefoontje gekregen van René Stockman (de generaal-overste van de Broeders van Liefde in Rome, die volgens  advocaat Walter Van Steenbrugge zijn invloed liet gelden)?

(lacht) “Neen. Ik wacht nog altijd. Misschien dat hij belt tijdens het interview, dan hebt u een primeur.”

U schreef onlangs een opiniestuk in De Standaard over trial by media, iets waar u het al vele jaren moeilijk mee hebt. Gebeurde dat tijdens het euthanasieproces ook?

“Ja, in artikels die verschenen nog voor het proces, werd de familie Nys al ‘disfunctioneel’ genoemd. Dat ligt hen nog altijd zwaar op de maag. Ik heb een probleem met wat tegenwoordig ‘onderzoeksjournalistiek’ heet. Een journalist kiest partij en haalt dan informatie bij die ene advocaat. Het is niet meer dan dat. Terwijl je als journalist toch ook de andere kant moet horen om te weten hoe het echt zit.

“Tijdens het euthanasieproces verscheen in Humo bijvoorbeeld een artikel over de vrienden van Tine. Die had de journalist ontmoet bij Vonkel, het centrum van Lieve Thienpont, een van de dokters die terecht moest staan maar dat stond er niet in. Zoiets verbergen, verraadt volgens mij je agenda.”

Dat hebt u toch onlangs ook gedaan? In dat bewuste opiniestuk haalt u als voorbeeld de zaak-Reuzegom aan. U schrijft daarin ook niet dat u een van de Reuzegommers verdedigt.

“Had ik dat erin moeten zetten? Reuzegom was maar een voorbeeld, niet de insteek van het artikel, laat staan dat ik mijn cliënt verdedig in dat artikel. Het was een reactie op de uitspraak van een strafpleiter (Hans Rieder, CG) die over het dossier-Chovanec zei dat hij niet kon begrijpen waarom de media de gezichten van de politieagenten verborgen hielden. Maar mijn punt is vooral dat journalisten altijd kritisch moeten zijn tegenover advocaten die hen voor hun kar willen spannen.” (lacht)