Direct naar artikelinhoud
InterviewVragen van Proust

Boris Van Severen: ‘We zijn alletwee beginnen bleiten gelijk zot. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik zo’n intense liefde heb gevoeld’

Boris Van Severen: ‘Door de dood van mijn vader had ik altijd het gevoel gehad dat ik snel moest leven.’Beeld © Stefaan Temmerman

Schrijver Marcel Proust beantwoordde ze ooit in een vriendenboekje, nu geeft De Morgen er een eigenzinnige draai aan. Vijfentwintig directe vragen, evenveel openhartige antwoorden. Deze week: acteur Boris Van Severen (31). Wie is hij in het diepst van zijn gedachten?

en

1. Hoe oud voelt u zich?

“Ik heb daar even over moeten nadenken want eigenlijk voel ik me ergens tussen de achttien en de zestig. Als ik met ouders van andere kinderen op school aan het praten ben, voel ik mij oud en tegelijk heel jong omdat ik al vader werd op jonge leeftijd. Ik was 23 toen mijn eerste kind geboren werd. Dat was een bewuste keuze, maar in hoeverre is dat bewust als je zo jong bent? Je ziet er de romantiek van in en denkt: dat zal wel lukken. Nu, ik heb er geen spijt van, omdat ik mijn kinderen doodgraag zie, maar mocht ik kunnen herbeginnen ik zou toch nog een aantal jaren wachten.

BIO • geboren in 1989 • zoon van meubel­ontwer­per/­interieurarchitect Maarten Van Severen • studeerde kleinkunsten aan het Antwerps Koninklijk Conservatorium • maakte deel uit van theatercollectief Het KIP • speelde mee in films en tv-series als Ben X, In Vlaamse velden, De dag, Studio Tarara, Belgica, De 16, GR5 • is samen met actrice/­presen­ta­trice Frances Lefebure. Vader van twee kinderen uit vorige relatie

“Toen mijn vader stierf was hij 48 en ik 15 en ik heb lang het idee gehad dat het leven stopte op 48 omdat ik geen referentie meer had. 48 was voor mij het eindpunt. Daarom denk ik dat ik alles zo snel heb willen doen. Ik dacht: ik wil mijn kinderen nog zien als ze ouder zijn dan 15. Ik wil er nog zijn voor hen, en als ik ooit 48 ben, zijn zij 25 en 23, ideaal. Dan kan ik gaan. Dit is het idee-fixe waar ik lang mee gezeten heb. Pas recent is het tot mij doorgedrongen dat dit toch allemaal maar quatsch is. Pure inbeelding. Iets wat ik mijzelf heb ingeprent.

“Dat inzicht is er vorig jaar gekomen tijdens de opnames van GR5 (psychologische roadthriller op één, over vier vrienden die het Grote Routepad nummer 5 afstappen ter herdenking van hun vriendin, 2020, red.). Op rustdagen trok ik vaak op m’n eentje de bergen en de natuur in. Op zulke momenten heb je veel tijd om na te denken en ben je zowat je eigen psycholoog. En tijdens die wandelingen begon ik te beseffen dat ik mezelf veel druk op de schouders had gelegd. Door de dood van mijn vader had ik altijd het gevoel gehad dat ik snel moest leven, dat ik alles moest verwezenlijken, dat ik tijd te kort zou hebben.

“Ook de coronacrisis heeft er goed aan gedaan om een versnelling lager te schakelen en even te kijken: wat wil ik in het leven? Ik wil me vooral niet laten leven. Ik wil zélf leven. Het was ook goed om even stil te staan bij de vraag: wie ben ik? En wie zijn de mensen die iets voor mij betekenen?”

2. Wat zou u nog graag realiseren?

“Ik ben heel blij met wat ik nu doe. Spelen vind ik echt het leukste wat er is. Ik ben heel blij dat ik graag kan zien. Ik ben heel blij dat ik graag gezien word. Ik ben heel blij met mijn kinderen. Dat is voor mij nu het belangrijkste, met het hogere doel in mijn leven an sich ben ik nog niet bezig. Wat ik verwezenlijkt wil hebben op het einde van de rit doet er nu niet toe, omdat het nog niet in zicht is.”

3. Wat vindt u een kenmerkende eigenschap van uzelf?

“Ik ben heel passioneel. Zowel in de liefde als in mijn werk. Als ik iets heel graag wil, dan ga ik ervoor en laat ik niet meer los. Ik doe de dingen met volle overgave.

“Want los van de dood van mijn vader heb ik altijd beseft dat het leven zich afspeelt tussen onze geboortedatum en onze sterftedatum, ons leven is dat korte streepje. Tegelijk veelzeggend en nietszeggend. Laten we er het beste van maken.

“En mijn wenkbrauwen natuurlijk, die zijn heel kenmerkend. (lacht)

4. Wat is uw passie?

“Spelen, acteren. Ik denk dat ik een jaar of negen was toen ik al deelnam aan jeugdtheaterworkshops in de Kopergieterij in Gent. Maar ook daarvoor al ging er geen familiefeest voorbij waar ik geen showke opvoerde.

“Hang naar aandacht heeft altijd wel in mij gezeten. Ik speelde gitaar en regisseerde toneeltjes, maar zie dat mijn zonen dat ook doen. Dus zo uitzonderlijk was dat niet. Het was ook geen teken aan de wand van wat ik later wilde worden. Maar ik weet wel dat ik heel erg genoot van de aandacht die ik kreeg zodra ik op een podium stond.

“Van een podium gaat een enorme kracht uit. Zet twee mensen op een verhoogd niveau in het midden van een plein en mensen gaan kijken, ongeacht wat er gebeurt. Ook al staan ze gewoon wat bellen te blazen. Ergens is het heel bevrijdend om te weten: ik sta hier op dat podium en mag doen wat ik wil. Dat heeft me altijd geïntrigeerd.”

5. Welke geluksscore geeft u zichzelf?

“Vandaag een acht. Ik denk dat dat de laatste tijd mijn gemiddelde is.”

6. Hoe is/was de band met uw ouders?

“De band met mijn vader was goed op de momenten wanneer hij er was. Mijn ouders zijn uit elkaar gegaan toen ik elf was denk ik. En dan heb ik hem twee jaar niet meer gezien. Hij was vaak in het buitenland. En ik wilde hem toen ook niet meer zien. Nu, hij was ook niet bezig met ons, hij was alleen bezig met zichzelf. Nadat hij ziek is geworden is onze band weer versterkt. Omdat ik opnieuw zag dat hij iets menselijks had en iets vaderlijks, en op dat moment had ik dat wel nodig.

“De periode dat hij afwezig was heb ik hem kwalijk genomen en dat wist hij, ik heb hem dat ook verteld. Ik vond dat niet kunnen. Wat hij mijn moeder heeft aangedaan, wat hij ons heeft aangedaan. Maar bon ja, ik weet er ook het fijne niet van. Ik was een kind en dacht alleen aan het onrecht dat mij werd aangedaan. Maar we hebben dat wel goed kunnen maken, heb ik de indruk. We hebben erover gepraat en hij heeft zijn spijt betuigd. Waardoor de wrok die ik de jaren voordien gevoeld had instant weg was. Omdat ik voelde dat hij meende wat hij zei. Voor mij was dat een klare zaak.

“Zijn dood en de nasleep ervan beschouw ik als de zwaarste periode in mijn leven. Op het moment zelf was ik mij daar niet van bewust, maar dat heeft toch wel wat gedaan met mij als puber. Op die leeftijd je vader verliezen, dat is toch wel een heel slechte ervaring. Voor mij toch alleszins.

'Ik kan heel geconcentreerd aan iets werken, maar ik heb ook zwaar uitstelgedrag.'Beeld © Stefaan Temmerman

“Met mijn moeder is de band altijd goed geweest. Soms hoor ik haar minder dan ik zou willen omdat zij ook de hele tijd super druk is. Alleen zeg ik haar te weinig dat ik haar graag zie, dat merk ik wel. Onlangs waren we ik-weet-niet-hoe-lang aan het bellen, en achteraf dacht ik: shit, hoe lang is het nu geleden dat ik tegen mijn moeder gezegd heb: ‘mama, ik zie u graag’. Ik kon het mij zelfs niet meer herinneren. Dus ik nam mijn telefoon en stuurde haar nog rap een berichtje: ‘Ik zie u graag, hé.’ En dan zij: ‘Ja, ja, tuurlijk, ik u ook.’ Dat was de eerste keer sinds lange tijd dat ik me weer een kind voelde waarvoor gezorgd wordt. En dat was fijn, heel fijn.”

7. Welke kleine alledaagse gebeurtenis kan u blij maken?

“Koffiedrinken in bed met mijn lief.”

8. Wat is uw zwakte?

“Ik kan heel geconcentreerd aan iets werken, maar ik heb ook zwaar uitstelgedrag. Ik wacht altijd tot het laatste nippertje, tot wanneer het bijna niet meer klaar kan geraken. Wellicht heb ik die druk nodig.

“Anderen zouden waarschijnlijk zeggen dat mijn impulsiviteit mijn zwakte is, maar ik zie dat gewoon als een kenmerk van mijzelf, als een deel van mijn levensfilosofie, van hoe ik in het leven sta.”

9. Waar hebt u spijt van?

“Ik heb liever spijt van iets wat ik gedaan heb dan van iets wat ik niet gedaan heb. Dus ik zou liefst mijn leven geleid hebben zonder spijtgevoel achteraf van wat ik heb gemist. Mensen komen en mensen gaan. Ik had dingen anders kunnen aanpakken, maar dat wil niet zeggen dat ik daar spijt van heb.”

10. Wat is uw grootste angst?

“Doof worden.

“Ik leef super graag, maar ik ben niet bang om te sterven. Ook niet om jong te sterven. Als het zover is, dan zal het zo zijn.”

11. Wanneer hebt u het laatst gehuild?

“Goh, nog niet zo lang geleden. Een paar weken terug. Ik was heel moe want ik had nachtopnames gehad. Ik was pas laat thuis en mijn kinderen waren de hele tijd aan het ruziemaken en ik kon het gewoon even niet meer aan. Ik ben naast hen gaan zitten en ben beginnen wenen. Ik heb gezegd: ‘Jongens, ik kan niet meer. Stop met ruziemaken.’ Ze schrokken zo hard van mijn emotionele reactie dat ze meteen stilvielen. ‘Oei, sorry, papa, sorry.’

“Een efficiënte tactiek die ik nog ga toepassen. (lacht)”

12. Wanneer bent u ooit door het lint gegaan?

“Toen ik het afmaakte met mijn vriendin en ze zo boos werd dat ze mijn lievelings-T-shirt kapotscheurde. Een supercool T-shirt met een foto van bluesmuzikant Little Jimmy erop. Toen heb ik haar de huid volgescholden. Niet dat ik daar trots op ben.”

13. Welk moment uit uw leven zou u graag herbeleven?

“Ik denk dat een moment ook bestaat uit de herinnering die je eraan hebt. Als je dat moment zou herbeleven, zou dat helemaal niet stroken met je herinnering en zou dat weleens heel teleurstellend kunnen zijn. Dus neen, ik pas.”

14. Wat is uw vroegste herinnering?

“Een blauw kassaatje, zoals ze op scoutsfuiven en festivals gebruiken, van Hannes, de jongste van mijn twee oudere broers, met een sleuteltje erop. Ik herinner me nog dat hij mij toonde wat erin zat. Bommetjes. Van die piraten, van die groene met gele kopjes. Bomvol. Ik weet nog dat ik toen dacht: wow yow, hier kan je gans Gent mee platleggen. (lacht) Echt indrukwekkend. Die knalden ook zo super luid. Als je zo’n bommetje in het atelier van mijn vader smeet, klonk dat ongelooflijk hard. Fantastisch. (lacht)

“Wat ik me nog herinner van mijn grootvader (kunstschilder Dan Van Severen, 1927-2009, red.)? Mijn opa was een apart man, op een gesloten manier liefdevol. Soms ging ik hem goeiendag zeggen, mijn grootouders woonden naast ons. Maar ik denk dat ik hem als kind niet goed begreep. Een abstract schilder, als kind denk je: doe eens een normale job. (lacht) Ik herinner mij nog dat we met hem het spelletje Pictionary speelden. Dat was zo penibel, verschrikkelijk. Alles duurde zo lang. Hoe hij lijnen op papier zette, dat ging zo tergend traag! Op een bepaald moment trok hij een kaartje: broodrooster. En hij begon te tekenen: perfect evenwijdige horizontale en verticale lijnen. En iedereen had zoiets van: wat is dat, wat is dat? Bon, een broodrooster dus. Het volgende kaartje dat hij trok, begon hij opnieuw: twee horizontale lijnen, drie verticale lijnen. Waarop mijn kleine broer, hij moet een jaar of vier geweest zijn, riep: ‘broodrooster!’ En mijn opa: ‘Dat kind is geniaal!’ (lacht) Hij had gewoon hetzelfde kaartje opnieuw getrokken. (lacht) Dat was mijn opa.”

15. Wanneer hebt u het laatst gelogen?

“Dat moet tegen mijn kinderen geweest zijn. Toen ik zei: ‘de choco is op’, maar hij was niet op. (lacht) Ik wilde dat ze iets gezonders voor ontbijt namen.”

'Sommige mensen vinden mij hautain, arrogant en zelfverzekerd, maar ik denk dat die arrogantie eerder uit een gevoel van onzekerheid komt.'Beeld © Stefaan Temmerman

16. Wat is een misvatting over u?

“Sommige mensen vinden mij hautain, arrogant en zelfverzekerd, maar ik denk dat die arrogantie eerder uit een gevoel van onzekerheid komt. Onzekerheid is een grote constante in mijn leven. Op alle vlakken. Over het werk dat ik doe, soms denk ik dat mensen door zullen hebben dat ik eigenlijk helemaal niet kan acteren, over wie ik ben als mens, of gewoon, over hoe ik eruitzie. Ineens zie ik bijvoorbeeld dat mijn ogen te dicht bij elkaar staan. Zegt Frances: ‘Had je dat nog nooit gezien, of wat?’ Ik had daar nooit op gelet, en nu plots zie ik alleen maar dat. Ik ben gewoon een alien. (lacht)”

17. Welk film zou u aanraden?

“De film die ik al het meest bekeken heb in mijn leven is Back to the Future (Amerikaanse sciencefiction-komedie, onder regie van Robert Zemeckis, red.). Alle drie de delen, hoewel het laatste niet zo goed is, maar je hebt het wel nodig om het geheel af te sluiten.

“Mijn broers hadden de film gezien in de cinema en waren erdoor geobsedeerd geraakt. Ik heb hem eigenlijk met de paplepel meegekregen. Het is misschien niet de grootste kunst, maar ik vind dat kunst ook vermakelijk mag zijn of dat vermaak ook kunst kan zijn.”

18. Hebt u ooit een religieuze ervaring gehad?

“Ik weet wel dat ik al een soort kosmische ervaring heb gehad, samen met mijn lief. We zaten hier allebei aan de keukentafel en voelden gewoon wat we bedoelden zonder ook maar één woord te zeggen. Dat was een heel geladen, heel emotioneel moment. We zijn alletwee beginnen bleiten gelijk zot. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik zo’n intense liefde heb gevoeld en ik wens het iedereen toe.”

19. Hoe voelt u zich in uw lichaam?

“Soms goed, soms niet goed. Het lichaam is de taxi van de ziel. Als je taxi vies is ga je naar de carwash, en als er een bult in zit, ga je naar de garage, maar het belangrijkste van je taxi is wel de taxichauffeur en die zit hier in het kopje. Als ik mij mentaal niet goed voel, dan zal ik mij fysiek ook minder voelen en omgekeerd, dat is niet erg. Ik krijg een beetje het schijt van mensen die denken dat ze van een Peugeot een Ferrari kunnen maken. Je kunt onderdelen van een Ferrari op een Peugeot monteren, maar het blijft een Peugeot en daar is niets mis mee want Peugeots zijn ook schoon. Snap je? Ik denk dat we allemaal wat meer moeten accepteren wie we zijn. Die onzekerheid over het eigen lichaam is niet eigen aan één bepaalde groep, iedereen worstelt daarmee, en dat is jammer. We mogen best wel wat minder hard zijn voor onszelf.

“Welk merk ik ben? Ik ben een simpele Ford. (lacht)”

20. Wat vindt u erotisch?

“De geur van mijn lief ’s ochtends.”

'Ik heb wel heel goede vrienden, maar ikzelf ben niet de beste vriend besef ik.'Beeld © Stefaan Temmerman

21. Wat is uw goorste fantasie?

“Euhm. Een halfgekookte vleermuis eten, misschien wordt dat wel lachen. Of eens in een darkroom rondwandelen en roepen: ‘Heeft er iemand mijn hond gezien?’ Zodat al die mannen denken: fuck, wie zit er hier aan mijn gat te likken? Het moet iets ludieks zijn. Ik ga het hierop houden. (lacht)”

22. Bent u een goede vriend?

“Neen, eigenlijk niet. Ik heb wel heel goede vrienden, maar ikzelf ben niet de beste vriend besef ik.”

23. Hoe definieert u liefde?

“Liefde is alles, hé. Liefde is een complex recept waarbij alle ingrediënten en smaken in balans zijn. Niet te zuur, niet te zout, niet te zoet, maar wel net zuur en zout genoeg. Je mag ook niet vergeten om soms eens in je potje te roeren en te proeven om te zien wat er nog mankeert, wat je nog moet toevoegen.

“Liefde is zo ongrijpbaar en tegelijk zo voelbaar. Ik vind het een van de schoonste dingen die er zijn.

“Naarmate je ouder wordt krijgt de liefde wel een andere betekenis. Ik ben super gelukkig met de liefde die ik nu heb en ik zie haar ook als iets oneindigs, maar ik ben mij er wel van bewust als de liefde uitgewerkt is, dat je moet kunnen loslaten. Zoals in mijn vorige relatie. Pas achteraf besef je wat er fout is gelopen. Pas als de relatie beëindigd is, zie je waar je de mist bent ingegaan. Maar al die bouwstenen neem je mee naar je volgende relatie. Je zal proberen om niet in dezelfde cirkel terecht te komen.”

24. Hoe zou u willen sterven?

“Helder. Ik zou het verschrikkelijk vinden om alzheimer te krijgen of om af te takelen in mijn hoofd, ik wil met mijn volle verstand sterven.”

25. Wat zou u willen doen voor het te laat is?

“Stoppen met roken. Ik rook al zestien, zeventien jaar, waarvan tien jaar een pak per dag. Dit is dus mijn laatste sigaret nu? Neen. Shit. Het probleem is dat ik er geen last van heb. Vorig jaar nog heb ik de twintig kilometer van Brussel gelopen. En daarna een sigaretje opgestoken, ja. (lacht)

“Nee, ik moet ermee ophouden voor mijn lichaam zegt: ‘stop’. Het moet gewoon, het is belachelijk, ik ben er zo afhankelijk van. Van het moment dat ik opsta heb ik een sigaret nodig en net voor het slapengaan steek ik er nog vlug een op. Voor mocht ik ’s nachts goesting krijgen. Nee joh, je bent aan het slapen, dus je gaat geen goesting krijgen. (lacht) Het is echt een verslaving.”