Direct naar artikelinhoud
ReportageMadrid

De arme buurten in Madrid gaan op slot, en dat maakt de bewoners woedend

Een vrouw checkt haar gsm in Vallecas, Madrid, waar veel gebouwen zijn gesloten vanwege de nieuwe corona-uitbraak.Beeld EPA

Het gaat bergafwaarts met de coronabestrijding  in Spanje. De arme buurten in de hoofdstad Madrid gaan daarom nu op slot. En dat maakt de bewoners zeer boos.

“Eerst ontnemen ze ons de angst, en moedigen ons aan om op vakantie te gaan. Dan laten ze ons in overvolle metro’s naar ons werk reizen, zonder dat we afstand kunnen houden. En nu zou het onze schuld zijn dat hier zo veel besmettingen zijn!”

José Antonio García (50), een jeugdig uitziende metaalbewerker, steekt zijn kartonnen bord nog wat hoger de lucht in. “Deze buurten zijn geen getto’s”, staat erop. Samen met enkele honderden buurtgenoten demonstreert hij bij de lokale huisartsenpost Los Rosales, in de wijk Villaverde. Verspreid staan ze op straat, tussen de met airco’s behangen flatgebouwen. De anderhalvemetersamenleving werkt in hun voordeel. Daardoor lijken ze met meer.

Niet alleen hier, in Villaverde, maar overal in de zuidelijke buitenwijken van Madrid zijn zondag zulke protesten. Het regiobestuur heeft besloten dat vanaf maandag 37 buurten worden afgegrendeld. Alleen voor werk, school en strikt noodzakelijke boodschappen mogen de bewoners straks hun buurt nog uit. Ze zijn bovendien veroordeeld tot een sober leven: buurtbars- en restaurants mogen maar op halve kracht draaien, tot maximaal tien uur ’s avonds, en parken blijven gesloten.

Het nieuwe regime gaat gelden in alle buurten waar meer dan 1 op 1.000 mensen besmet is met corona. Maar de buurten die worden onderworpen aan de nieuwe regels, hebben nog iets gemeen: ze liggen haast zonder uitzondering in de arme periferie van de stad. Door corona wordt de tegenstelling tussen de armere en rijkere delen van de stad zichtbaarder dan ooit.

Eén vraag keert daarbij steeds terug, bij de bewoners van Villaverde: kunnen wij er iets aan doen, dat hier meer besmettingen zijn? Ook Antonio Camacho (54), die een bar drijft in de wijk, begint onmiddellijk over het openbaar vervoer. “Mijn vrouw neemt iedere dag de metro, om te gaan werken in de schoonmaak”, zegt hij. “Het is altijd druk. Trouwens, het kan toch geen toeval zijn dat alle wijken die nu op slot gaan langs dezelfde metrolijn liggen?”

Aan de toog stemmen de mannen die hun ochtendkoffie drinken zwijgend in. De enige vrouwen in het café zijn in bikini afgebeeld op de gokautomaat.

Door kleine ondernemers zoals hij komt het in elk geval níet, vervolgt Camacho. En ondertussen betaalt hij wel de prijs: het is voor hem rampzalig als hij straks om tien uur ’s avonds al dicht moet. “Daarna beginnen juist de beste uren”, verzucht hij. “Dan verkoop ik de duurste drankjes. Een whisky, een cuba libre.”

Immigranten

Ook de rechtse regiopresidente van Madrid, Isabel Díaz Ayuso, waagde zich aan een speculatie over de uit hand gelopen besmettingscijfers in het zuiden. Dat komt door “de manier van leven van de immigranten daar”, zei ze plompverloren. Het kwam haar op veel protest te staan: alsof de werkende klasse ervoor kiest om met het ov te reizen, of om dicht opeengepakt in een klein flatje te wonen.

“Het zijn net zo goed de Spanjaarden die zich niet aan de regels houden”, verweert Joni Ventura (32) zich. De kapper, die afkomstig is uit de Dominicaanse Republiek, neemt ook deze zondagochtend nog een klant onder handen. De tv staat aan op volle sterkte, en op de kaptafels staan nog de bierflesjes van de vorige avond – hier is geknipt worden duidelijk een sociale gebeurtenis.

De kapper vindt het “heel goed” dat er maatregelen worden genomen, zegt hij. Hij heeft er ook begrip voor dat alleen de buitenwijken de klos zijn. “Als het centrum weer op slot gaat, gaat alles daar kapot”, zegt hij. “In het centrum woont immers niemand, daar zijn alleen winkels.”

Maar zo denken de Spanjaarden die demonstreren bij de huisartsenpost er niet over. Zij voelen zich al tijden behandeld als tweederangsburgers. Bij hen in de buurt zijn de parken minder goed onderhouden, de straten viezer, de schoolgebouwen aftandser, het openbaar vervoer schaarser. En nog zoiets: tijdens de lockdown werden verreweg de meeste boetes uitgedeeld, in de armere wijken. Voor mensen die het niet meer uithielden in hun kleine en bedompte huizen, had de politie geen enkel begrip.

Nu er daadwerkelijk fysieke barrières worden opgeworpen tussen rijk en arm, is voor veel buitenwijkbewoners te maat vol. Opgezweept door de linkse beweging komen zij zondag naar al die protesten, bij al die huisartsenposten.

Voor een deel passen de demonstraties in de altijd voortdurende schermutselingen tussen links en rechts Spanje. Toen de linkse regering van Pedro Sánchez de economie lang plat legde, organiseerden rechtse partijen autoprotesten en waren er pannenconcerten in de rijkste buurten van de stad. Nu het rechtse bestuur van Madrid heeft besloten de arbeidersbuurten te kastijden, komt links in het geweer.

En toch is het niet uitgesloten dat deze protesten, nu nog klein en dicht bij huis, uitgroeien tot iets groters. Zo ging dat tijdens de economische crisis, toen een tentenkamp op het centrale plein van Madrid leidde tot een succesvolle nieuwe partij, Podemos. Zo verging het de feministen, die de afgelopen jaren de straat op gingen en nu een belangrijke politieke factor zijn in Spanje. En zo ging het met de afscheidingsbeweging in Catalonië, die wist te groeien op straat.

Discriminatie

Eén feitje gaat razendsnel rond onder onder de demonstranten. In Lavapiés, een buurt die midden in het centrum van Madrid ligt, gaan de nieuwe coronaregels niet gelden - terwijl daar relatief méér besmettingen zijn.

“Dit is pure discriminatie”, zegt Chari Valdivieso (75). Ondanks haar leeftijd staat ze midden in het demonstratie bij de huisartsenpost in Villaverde. “De rechtse politici weten dat we hier niet op hen stemmen”, zegt ze, “en daarom pakken ze altijd ons.”