Direct naar artikelinhoud
InterviewAlexandra Smarandescu

‘De onlinecampagnes van Vlaams Belang missen hun effect bij jongeren niet’

Alexandra Smarandescu.Beeld Tine Schoemaker

Tussen politiek en de Vlaamse jeugd gaapt een diepe kloof, blijkt uit de vijfjaarlijkse Grote Jongerenenquête van Humo. Slechts 15 procent gelooft in de democratie in ons land, het vertrouwen in politici bedraagt amper 12 procent. Tijd om jongeren actiever te betrekken in het beleid, zegt de voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad Alexandra Smarandescu. 

Slechts 12 procent van de jongeren vertrouwt onze politici. Welke verklaring ziet u daarvoor?

Smarandescu: “Ik denk dat de huidige regeringsonderhandelingen het perfecte voorbeeld zijn. Er wordt in interviews constant naar elkaar uitgehaald, interne gesprekken en documenten worden gelekt. Natuurlijk krijg je op deze manier niet de indruk dat de politiek naar behoren werkt. Ik denk dat een deel ook te wijten is aan de coronacrisis. Opeens moest een noodregering naar oplossingen voor de gezondheidscrisis zoeken. Soms was er tegenstrijdige communicatie en dat creëert een chaotische perceptie.”

Vlaams Belang blijkt ook bij jongeren de populairste partij te zijn. Verrast u dat?

“Nee. Onderzoek heeft aangetoond dat jongeren sneller geneigd zijn om te stemmen op partijen die zich aan de uitersten van het spectrum bevinden. Die partijen brengen nu eenmaal een simplistische, aantrekkelijke boodschap die authentiek overkomt. Ze kunnen zich meer permitteren dan de centrumpartijen die compromissen aangaan. Jongeren willen nu eenmaal geen halfslachtige oplossingen. Langs de andere kant zet Vlaams Belang hard in op onlinecampagnes en dat mist zijn effect bij jongeren niet.” 

Is er verjonging nodig in de politiek om jongeren weer mee te krijgen?

“Het kan zeker helpen. Ik denk dat jonge politici er beter in slagen om contacten te leggen met jongerengroepen. Maar sowieso zou het voor alle politici een goede zaak zijn om jongeren veel actiever te betrekken. Nu zie je politieke partijen de maanden voor de verkiezingen een inhaalbeweging maken om te tonen dat ze aandacht hebben voor de ‘problemen waar jongeren van wakker liggen’. Jongeren hebben een sterke mening over heel wat maatschappelijke vraagstukken. Het is belangrijk om daar niet alleen naar te luisteren voor de show, maar die ook mee te nemen in je beleid.”

Hoe ziet u dat concreet?

“Er zijn veel jongerenorganisaties bezig met thema’s waar politici op inzetten. Waarom zoeken ze daar niet meer contact mee? Bij de klimaatprotesten bijvoorbeeld had je een enorme groep jongeren die zich sterk uitte. Maar politici plaatsten hen voor valse tegenstellingen of voelden zich aangevallen in hun beleid. Het is een verspeelde kans om van dat momentum gebruik te maken.”

Een op de drie jongeren vindt dat ze in coronacrisis te veel moeten opgeven voor ouderen. Is dat een stem die niet genoeg aandacht krijgt?

“Ja, er was lang weinig aandacht voor het perspectief van jongeren in ons coronabeleid, terwijl de impact voor die groep net het grootst is. Elke gedragspsycholoog weet dat als je alleen maar zegt wat mensen niet mogen, het draagvlak afneemt. Als je jongeren zegt dat ze online les hebben, dat ze hun vrienden niet mogen zien of in het weekend niet naar huis kunnen, dan moet je hen ook alternatieven bieden. Waarom betrek je geen jeugdorganisaties hierin? Afgelopen zomer lieten zij zien dat ze op een verantwoorde manier jongeren kunnen samenbrengen.”