“Het is natuurlijk snel. Iets sneller dan dat ik goesting had om mijn valies terug te maken”, aldus Van Aert op Zaventem. “Ik had ze gelukkig niet leeggemaakt om wat tijd te besparen. Maandag ben ik thuisgekomen en met Sarah op controle geweest bij de gynaecoloog. Het was wel leuk dat ik daar bij kon zijn. Verder ben ik thuis geweest en heb ik wat losgereden. Ik heb genoten van in mijn eigen bed en eigen zetel te liggen. En het is mentaal wel leuk om ook iets buiten de koers te hebben om mee bezig te zijn (de aankomende baby, red.). Dat brengt je meteen opnieuw in de gewone wereld als je uit de Tour komt. Dan weet je opnieuw wat belangrijk is.”

Van Aert wil twee keer toeslaan in Imola, tegen de tijd en op de weg. “Hoe ik mijn aandacht verdeel? Best simpel. Wat eerst komt, heeft nu mijn volle aandacht. Ik denk dat die tijdrit niet in de weg zit voor de wegrit. Ik heb een vrij rustige week en misschien is het zelfs goed om die tijdrit in de benen te hebben, zodat ik op dreef blijf. De favorietenrol? Dat is leuk want ik heb veel ambitie en wil er altijd voor gaan. Als ik het gevoel heb dat ik niets kan betekenen, dan wordt het fietsen ook minder leuk. Het is voor mij altijd deel geweest van het fietsen om die druk erbij te hebben en proberen te presteren. Het is wel een uniek gevoel, mijn eerste WK bij de profs en meteen leider van de groep.”

Maar, waarvoor is de Kempenaar nu het best voorbereid? “De wegrit, daar zijn veel meer externe factoren die meespelen. Al is mijn voorbereiding misschien wel beter dan voor de tijdrit. Daarvoor heb je geen Tour in de benen nodig, daar kan je je perfect op voorbereiden. Zelfs zonder koers. Kijk maar naar Rohan Dennis vorig jaar. Voor de wegrit is het wel een voordeel om die klimkilometers van de Tour in de benen te hebben.”