Wout van Aert lijkt ondanks zware Tour klaar om wereldtitel te pakken in tijdrit: “Nog steeds kracht in de benen”

LEES OOK.Professor bouwfysica tilt Wout van Aert naar hoger niveau: “Hij zit niet in een ideale positie op zijn fiets”

Zondag nog op de Champs-Elysées in Parijs, morgen een van de topfavorieten in de WK-tijdrit in het Italiaanse Imola: Wout van Aert moet wel heel snel de knop omdraaien. Maar de Belgische held van de Tour heeft geen decompressie toegelaten. “Dat WK zal al in de Tour in mijn hoofd en ik heb de focus blijven houden”, vertelde Van Aert deze morgen op zijn persmoment. Dat iets later startte omdat dopingcontroleurs van de UCI roet in het eten gooide. Maar Van Aert was niet te vermurwen. “Zo’n kansen op een regenboogtrui moet je voluit proberen grijpen. Fysiek is er zeker geen probleem: het feit dat ik in die laatste Tourweek ook nog top was, gaf vertrouwen. Ik voel geen vermoeidheid. Het is vooral mentaal dat je moet oppassen. Het verlies van de gele trui van Primoz Roglic was een domper, maar persoonlijk kan ik alleen positief terugkijken. Ik heb toch wat getoond hé.”

En of. Dus start hij morgen als een van de topfavorieten in de tijdrit van 32 km. “Die tijdrit zaterdag naar La Planche des Belles Filles heeft voor een boost gezorgd bij mij”, zegt Van Aert. “Op zo’n zware tijdrit tussen de toppers eindigen, deed deugd. Ik ben blij dat ik toch voluit ben gegaan en het niet heb laten lopen om wat rust in te bouwen. Ik ben er nu nog meer van overtuigd dat het kan in Imloa. Al is het nu natuurlijk op een heel andere omloop, zeer vlak. Ik ga straks verkennen, maar ben al bijgepraat door Victor Campenaerts. Het zal vanaf het begin volle bak zijn. In de Tourtijdrit moest je indelen en heb ik het beste overgehouden voor die klim in het slot. Dat is daar heel snel was, toont aan dat de kracht nog altijd in mijn benen zit. Morgen zal ik het moeten doen zoals Remi Cavagna; alles geven en proberen volhouden. Het is een tijdrit op pure kracht, dus dat is wel oké voor mij. En qua lengte is het ook prima.”

De wind kan een grote rol spelen, vooral in het begin blaast die in het nadeel. “Ja, dan speelt aerodynamica een grote rol. Daar sta ik nog niet zo ver als bijvoorbeeld een Victor Campenaerts, Filippo Ganna en Rohan Dennis. Zij hebben ook geen Tour gereden en hebben zich specifiek op die tijdrit kunnen voorbereiden. Maar het is nu niet dat ik achterstevoren op de fiets zit hé, bij Jumbo-Visma heb ik qua positie en materiaal een grote stap gezet. Sterke benen hebben blijft het belangrijkste. En die heb ik.”

Eerste WK

Zondag is er de wegrit, slechts twee dagen na de tijdrit. “Dat is geen nadeel, integendeel. Het is goed om nog eens voluit te gaan. Wat die wegrit betreft: de bondscoach heeft het goed gezegd: ik moet een superdag hebben. Maar dat geldt voor iedereen: zonder superdag win je nooit een WK. We moeten nog bespreken hoe we het gaan aanpakken. Met Remco Evenepoel erbij had het helaam anders geweest, kon ik meer mikken op de sprint. Maar ook zonder hem hebben we een sterke Belgische selectie. Ik vind dat we niet naar de rest moeten kijken en uitgaan van eigen sterkte.”

Het is voor Van Aert trouwens zijn eerste WK op de weg. “Dat is toch wat anders dan al die wereldkampioenschappen in het veld. Nu is het echt een ploegsport, in het veld moet je alleen met jezelf bezig zijn. Maar ook al rijden we tijdens de rest van het wielerjaar tegen elkaar, ik maak mij weinig zorgen over de Belgische ploegmaats. Het zijn toppers. Ja, ik ben kopman, maar ik heb dat ook afgedwongen. Het is niet dat ik extra druk voel.”

Misschien krijgt hij ook hulp van buitenaf. Primoz Roglic en Tom Dumoulin kunnen in de finale iets terugdoen voor Van Aert voor alle werk dat hij deed voor hen in de Tour. “Daar reken ik niet op”, zegt Van Aert. “Een regenboogtrui geef je niet weg. Er zullen misschien wel situaties voorkomen waar ik een ploegmaat tegenkom, maar het zal ieder voor zich zijn. Alhoewel, ze mogen mij altijd helpen hoor!”

LEES OOK .Victor Campenaerts acht zich niet kansloos op WK-tijdrit: “Ik sluit niet uit dat er twee Belgen op het podium staan”