Voor het hof van assisen van Vlaams-Brabant in Leuven is het proces tegen Kim De Brabanter maandag met vertraging begonnen. Een discussie over de juridische waarde van een polygraaftest leidde meteen tot schorsing. Bij tussenarrest van het hof werden elementen van het onderzoek met de leugendetector uit het strafdossier geweerd.

Kim De Brabanter (40) wordt beschuldigd van moord op Liselotte De Coninck in zijn woning in Ternat op 5 november 2017. Het 32-jarige slachtoffer kwam door diverse vormen van geweld om het leven. Het eerste afspraakje met de trucker werd haar fataal.

LEES OOK. Hij vermoordde Liselotte (32) op hun eerste afspraakje, en daarna kwamen de vreemdste verklaringen

De beschuldigde werd op 16 mei 2019 aan een polygraaftest onderworpen. Die test moest achterhalen of De Brabanter een broeksriem heeft aangebracht rond de hals van het slachtoffer. De riem werd aangetroffen op de salontafel. De Brabanter beweert dat hij die niet gebruikt heeft. De vraag werd driemaal gesteld en het resultaat was evenveel keer leugenachtig.

Volgens de verdediging beschouwt het openbaar ministerie de polygraaftest als “een heilig evangelie”. Tom Bauwens en Saskia Kerkhofs, de advocaten van De Brabanter, lokten een debat uit over de waarde van de test. Dat leidde tot een schorsing en een tussenarrest. De resultaten worden niet uit het dossier gehaald, maar wel de elementen die leidden tot de conclusie van dit onderdeel van het onderzoek. Het hof volgde daarmee de argumenten van de verdediging.

Bij het uiteindelijke oordeel over schuld of onschuld en de strafmaat mogen de resultaten van een leugendetectortest sowieso niet meespelen.