© RR
Enkel KV Mechelen en Beerschot tellen meer Belgen dan buitenlanders, Lierse spant de kroon in 1B
Sinds vorige week zit de zomermercato erop. De clubs in 1A zullen het tot begin januari dus moeten stellen met de spelers die ze op dit moment ter beschikking hebben. Opvallend: de 532 profvoetballers in België komt 60% uit het buitenland. Slechts twee clubs in 1A - KV Mechelen en Beerschot - hebben meer Belgen dan buitenlanders in hun A-kern. In 1B is vooral Lierse erg Belgisch getint.
Kentering sinds 2012
Van de 532 profvoetballers in de Belgische eerste klasse komen er maar liefst 319 uit het buitenland. Dat wil zeggen dat er slechts 213 Belgen actief zijn in de Jupiler Pro League. Nu ja, ‘actief’ zijn... Veel jonge Belgen dienen alleen maar om het wedstrijdblad te vullen. Daar moeten sinds 2018 minstens zes Belgen - of in België opgeleide spelers - op ingevuld worden, waarvan er twee voor hun 21ste minstens drie jaar in ons land hebben gespeeld.
Dat meer dan de helft van de voetballers in België uit het buitenland komt, is geen unicum. In de zomer van 2012 werd de historische kentering ingezet. Voor het eerst in de geschiedenis van het Belgisch voetbal speelden er toen meer buitenlanders dan Belgen op onze velden. Sindsdien heeft die trend zich verdergezet. Het aantal buitenlanders bleef zelfs stijgen. De voorbije seizoenen schommelde het percentage buitenlanders in de Jupiler Pro League steevast rond de 60%.
© BELGA
Vijf, zes of zeven Belgen in basisploeg
Met 15 Belgen op 26 A-kernspelers is KV Mechelen de beste leerling van de klas. Bovendien verschijnen er bij KV wekelijks zes - vaak zelfs zeven - landgenoten aan de aftrap. Beerschot is naast Malinwa de enige andere club in 1A die meer Belgen dan buitenlanders in de A-kern telt. En dan hebben ze op het Kiel in de slotweek van de mercato met Alex Maes, Jorn Vancamp en Brian De Keersmaecker nog drie Belgen laten gaan. Hernan Losada brengt meestal vijf - soms zes - Belgen aan de aftrap. De Belgen dienen bij beide clubs dus niet louter om het wedstrijdblad te vullen, ook qua aantal Belgen in de basiself doet geen enkel team beter dan KV en Beerschot.
Wat met 1B?
Van de 212 spelers in 1B komen er slechts 98 uit het buitenland. Met 53,8% Belgen doet 1B het dus een stuk beter dan de 40% in 1A. Nochtans leek ook daar de trend de andere kant op te gaan. Vorig seizoen vielen er voor het eerst meer buitenlanders dan Belgen te bespeuren in de spelerskernen van de acht ploegen in 1B. Dit seizoen is er opnieuw een daling ingezet, mede dankzij de vele Belgen bij nieuwkomers Lierse K., Deinze en Club NXT. Die drie clubs hebben samen slechts achttien buitenlandse spelers in hun kernen - dat zijn er liefst zes minder dan bij pakweg Moeskroen alléén. Seraing en Union tellen zowel in absolute getallen als procentueel gezien het laagste aantal Belgische speler.
Koen Frans, Diederik Geypen
Beerschot: “Belgen maar ook jeugdspelers zijn heel belangrijk voor ons”
Met dertien Belgen op 25 spelers is Beerschot - net na KV Mechelen - de op een na beste leerling van de klas. “Onze supporters moeten zich blijven herkennen in onze club en ons team”, zegt technisch manager Sander Van Praet. “Daarom is het essentieel dat onze spelers het DNA van de club dragen. In dat opzicht zijn Belgische spelers en jeugdspelers heel belangrijk. Wij bouwen voort op de kern die voor de promotie heeft gezorgd en waarin ook de Belgische spelers een belangrijke rol hebben gespeeld.”
Beerschot heeft in het verleden meermaals de ambitie uitgesproken om op (lange) termijn een A-kern te vormen die voor minstens 30% uit eigen jeugdspelers bestaat. Momenteel is Ryan Sanusi - zij het via enkele omzwervingen - de enige jeugdspeler in de A-kern van de club. Brian De Keersmaecker, een ander jeugdproduct, wordt dit seizoen uitgeleend aan de Nederlandse tweedeklasser FC Eindhoven. (kofr)
KV Mechelen: “Supporters moeten zich met de ploeg kunnen vereenzelvigen”
KV Mechelen ging deze zomer ook op de transfermarkt de Belgische toer op. “Onze supporters moeten zich kunnen vereenzelvigen met Belgen en jongeren”, legt directielid Gert Van Dyck uit. “Daarover zijn belangrijke afspraken gemaakt. De kern moet minstens 25 procent jongeren onder de 23 jaar tellen, en zo veel mogelijk Belgen. Op dat laatste plakken we geen cijfer. Nood breekt wel eens wet. En als een opportuniteit zich voordoet, willen we niet vastzitten door bepaalde veto’s. Kansen geven aan jonge Belgische spelers gaat gepaard met een grotere foutmarge. Veel clubs nemen dat risico liever niet. Dat is jammer.”
De Belgische verankering is zelfs op de buitenlanders van toepassing. Van Dyck: “Zij krijgen Nederlandse les, om ervoor te zorgen dat ze een kort gesprek kunnen voeren met de supporters.”
(dige)
Lierse K.: “Jonge spelers moeten weten dat ze hier prof kunnen worden”
Belgisch en jeugdig, dat is de visie van Lierse K. Het is geen toeval dat de A-kern nauwelijks twee echte buitenlanders telt. “Twee jongens die bovendien op huurbasis bij ons voetballen”, zegt CEO Yorik Torreele.
“Ons beleid is gestoeld op eigen jeugd en jonge Belgische voetballers. Zij moeten weten dat ze bij Lierse speelkansen zullen krijgen om zich als profvoetballer te tonen. Uiteraard hebben we zeker binnen onze jeugdwerking nog stappen te zetten. In twee seizoenen klommen we op van gewestelijk naar interprovinciaal voetbal en komend seizoen hopen we elite te spelen. Een enorme versnelling. De keuze voor deze lokale aanpak ligt zeker ook in het Belgische aandeelhouderschap binnen de club. We hebben er voor gekozen om Lierse in Belgische handen te houden, met de identiteit waar deze vereniging al jaren voor staat. Dat maakt dat we afwijken van de sterke financiële buitenlandse inbreng die je vaak elders ziet. De juiste keuze voor onze club.” (kugu)
