Direct naar artikelinhoud
AchtergrondJapan

Terwijl wij niet weten waar we besmet raken, isoleert Japan massaal superverspreiders

Terwijl wij niet weten waar we besmet raken, isoleert Japan massaal superverspreiders
Beeld Getty Images

‘Kijk naar het bos, niet alleen naar de bomen’, zegt de Japanse viroloog Hitoshi Oshitani. Dat inzicht is de basis van het intussen geroemde Japanse model in de strijd tegen Covid-19. Japan zoekt niet naar wié je besmet heeft, maar wáár je het virus hebt opgeraapt. ‘De data bewijzen het: onze aanpak is efficiënter dan die in het Westen. Door al dat testen, zitten jullie in een uitputtingsoorlog.’

“We varen blind”, zegt biostatisticus Geert Molenberghs (UHasselt en KU Leuven). Hij doelt op het totale gebrek aan kennis over wáár we besmet worden met Covid-19. Lopen we het virus op terwijl we met vrienden op café zitten, of tijdens de koffiepauze op het werk? Of gebeurt de verspreiding toch vooral thuis, door contacten met onze familie? En zijn het dan de kinderen die op school of in de jeugdbeweging van een vriendje het virus krijgen die het vervolgens naar huis brengen? Of zijn toch de intussen verboden muffe kleedkamers na de wekelijkse zaalvoetbalmatch de hotspots van coronabesmettingen? 

Die informatie hebben we niet, ondanks alle inspanningen rond contactopsporing - u hebt vast al tientallen keren uw naam en telefoonnummer achtergelaten op café - of restaurantbezoek, maar de keren dat u vervolgens bericht kreeg dat de gezellige man aan het tafeltje naast u besmet bleek, zijn op de vingers van één hand te tellen.

De Japanse viroloog Hitoshi OshitaniBeeld ZUMA Press

In Nederland en Duitsland weten ze dat ondertussen wél. Bijna 60 procent van de besmettingen vindt in Nederland thuis plaats, 13 procent op het werk en amper 1,8 procent in de horeca. Maar het vaststellen alleen is niet genoeg, de beleidsmakers moeten er ook iets mee doén, vindt Molenberghs. En dat is precies wat ze in Japan nu al maanden met succes bewijzen: ze zoeken niet wie je besmet heeft, maar waar je besmet bent. Die strategie moeten we, volgens onder meer Antwerps gouverneur Cathy Berx en microbioloog Herman Goossens (UAntwerpen) bij ons ook gaan toepassen.

8 op 10 patiënten besmetten niemand

Volgens Hitoshi Oshitani, als viroloog verbonden aan de Tohoku-universiteit en lid van het panel dat de Japanse regering adviseert over de coronastrategie, was één vroege ontdekking van groot belang. “We zagen al snel dat veruit de meeste mensen met corona geen anderen besmetten en dat er dus slechts een kleine minderheid moest zijn die het virus doorgaf. Tegelijkertijd identificeerden de lokale gezondheidsdiensten plekken waar meerdere inwoners tegelijk besmet waren geraakt”, vertelt Oshitani. 

Hij verwijst naar onderzoek in Hongkong tijdens de eerste golf in maart en april. Dat toont aan dat 80 procent van de besmettingen veroorzaakt wordt door 20 procent van de patiënten. De resterende 20 procent is het werk van nog eens 10 procent van de patiënten. Met andere woorden: acht op de tien dragers van het coronavirus besmetten helemaal niemand. 

In Japan blijft het aantal nieuwe coronabesmettingen beperkt tot 326 per dag, ondanks de 126 miljoen inwoners.Beeld EPA

Dus gingen ze in Japan al in maart, door middel van zeer gerichte bronopsporing ter plaatse, op zoek naar die ene superverspreider - degene die wél uiterst besmettelijk is. De barman van de lokale karaokeclub, of de yoga-instructeur in een drukbezocht fitnesscentrum, bijvoorbeeld. Even werd de noodtoestand in de eerste golf uitgeroepen, maar intussen is er enkel het advies om de ‘san mitsu’ te mijden: drukke plaatsen, dichte ruimtes met slechte ventilatie en dichte gesprekken met andere mensen. “Contactopsporing zoals jullie het doen, is niet zo effectief”, zei Oshitani afgelopen weekend in De Standaard. 

“De meeste mensen geven het niet door aan hun hoogrisicocontacten. Zo vind je dus niet de belangrijkste gevallen. En het kost veel tijd en mankracht. Wij zoeken naar gemeenschappelijke kenmerken tussen gevallen. Er wordt aan mensen gevraagd naar hun activiteiten, en in het bijzonder of ze een risicovolle omgeving hebben bezocht. Denk bijvoorbeeld aan een karaokebar. Voor veel besmettingen hebben we de gemeenschappelijke bron niet gevonden, maar voor veel andere wel. Mensen die op dezelfde dag op dezelfde plek waren, kun je dan opsporen. Dát is een veel effectievere manier om gevallen te vinden, dan om enkel te gaan zoeken bij de contacten van een besmette persoon.”

5 doden op 126 miljoen Japanners

Van een lockdown in Japan is geen sprake - ook al omdat het wettelijk niet mág. Op 3 augustus hadden ze er een piek van - amper - 1.998 nieuwe besmettingen, op een totale bevolking van bijna 126 miljoen mensen. Op 13 oktober waren het er nog maar 326. Dat lage aantal is ook te verklaren door het lage aantal tests, omdat de overheid niet gelooft in massale testing. Maar het aantal Covid-19-doden blijft er zeer gering: op 5 september waren er 19 - het hoogste aantal in de tweede golf. Afgelopen maandag overleden er nog 5 mensen. In België, met 11 miljoen inwoners, zitten we gemiddeld aan 18 doden per dag. 

Intussen kijkt de hele wereld naar de Japanse aanpak, omdat het stilaan duidelijk is dat dankzij de gerichte opsporing van superverspreiders bestaande besmettingshaarden niet verder uitbreiden. Japanse hotelketens bieden zelfs kamers aan waar het, voor wie besmet is, milde symptomen heeft en mogelijk een superverspreider is, aangenamer toeven is in isolatie dan in een krap appartementje. 

‘Mori wo Miru’

“Je moet het bos zien, niet de bomen”, verwoordt Oshitani het principe dat intussen wereldwijd beroemd is geworden - ‘Mori wo miru’, in het Japans. In het tijdschrift Gaiko legde hij recent het verschil uit met de westerse aanpak: “De data tonen duidelijk dat onze aanpak efficiënter is dan die in westerse landen, waar men focust op het massaal testen van iedereen die in contact is gekomen met een besmet persoon, wat leidt vervolgens tot nóg meer testen. Op die manier probeert men in het Westen de besmettingen één voor één uit te schakelen. Zo verzeil je in een uitputtingsoorlog. Het is misschien een vreemde gedachte voor een westerling, om je niét te laten testen als je in contact bent geweest met een besmet persoon. Maar door dát te organiseren, creëer je net chaos. En: drukke omgevingen in wachtzalen bij artsen of ziekenhuizen, waar mensen elkaar nog meer kunnen besmetten.”